Rechtbank 's-Gravenhave

AWB 00/5548

Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 3-01-2001

Witte-illegalenbeleid / sofinummer.
Betreft aanvraag om verlening van een vtv op grond van de tijdelijke regeling witte illegalen als bedoeld in TBV 1999/23. Verzoeker heeft naar het oordeel van de president niet aangetoond in de periode van 1 januari 1992 tot 1 april 1992 onafgebroken in Nederland te hebben verbleven. Voorts staat vast dat verzoeker niet eerder dan in juni 1992 en dus niet vanaf 1 januari 1992 (rechtmatig) in het bezit is geweest van een sofinummer. De president ziet geen aanleiding verweerder niet te volgen in diens verklaring dat door de afgifte van een sofinummer aan een hier te lande verblijvende vreemdeling een schijn van legaliteit wordt gewekt ten aanzien van het verblijf van de desbetreffende vreemdeling. In dit licht acht de president de in TBV 1999/23 opgenomen voorwaarde dat de vreemdeling reeds vanaf 1 januari 1992 (rechtmatig) in het bezit moet zijn geweest van een sofinummer, niet onredelijk. Dat oordeel wordt niet anders door het gegeven dat aan de eerste afgifte van het sofinummer geen enkel bewijs over later verblijf of arbeid hier te lande kan worden ontleend. Voor zover verzoeker een beroep doet op het gelijkheidsbeginsel met betrekking tot de zogenoemde Agneskerkzaken, kan dit beroep niet slagen omdat hij niet in het minst aannemelijk heeft gemaakt dat zijn situatie overeenkomt met één van die gevallen.
Afwijzing verzoek, bezwaar ongegrond.


Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AA9262