Titel: ONDERUITPUTTING BODEMSANERING HOLLDSE IJSSEL
Persberichtnr. 01/003 Den Haag 5 januari 2001
ONDERUITPUTTING BODEMSANERING HOLLANDSE IJSSEL
In het debat over de Najaarsnota 2000 is een schriftelijke reactie toegezegd
op de vraag van het lid Van Dijke waarom onderuitputting van 15 mln aan
bodemsaneringsmiddelen bij het project Hollandsche IJssel niet is meegenomen
in de totale onderuitputting op de rijksbegroting in 2000. Hieronder volgt
het integrale antwoord dat, mede namens de minister van VROM, heden aan de
Tweede Kamer is gezonden.
Het bodemsaneringsgeval Hollandsche IJssel is een omvangrijk project. De
sanering van de bodem wordt verder geïntegreerd in een herontwikkeling van
het gebied in en naast de rivier. Met de integrale aanpak wordt beoogd om
meer medefinanciering te vinden voor o.a. de kosten van bodemsanering. De
provincie Zuid-Holland heeft een provinciaal fonds ingesteld, teneinde meer
beheersing en samenhang te houden tussen de bijdragen van alle deelnemende
partijen en de uitgaven rond dit project. Aan het project nemen de
ministeries van VROM en V&W deel, de provincie, 6 gemeenten, 3
hoogheemraadschappen en een zuiveringschap. Daarnaast dragen diverse
betrokken bedrijven bij in de financiering. In 1997 is door de minister van
VROM een bijdrage in de bodemsanering van 195 mln beschikbaar gesteld over
een periode van 10 jaar.
Gegeven deze aanpak heeft de minister van VROM toegezegd dat de provincie
Zuid-Holland tot een bedrag van 15 mln een werkkapitaal mag aanhouden.
Hierdoor behoeven de bijdragen van de diverse betrokken partijen niet elke
keer opnieuw bezien te worden bij tekorten of overschotten door veranderende
omstandigheden in de projectuitvoering. Voorts kan er op deze wijze
aansluiting blijven tussen de uitvoering van activiteiten, de hiermee
samenhangende kosten en de bijdrage van deelnemende partijen. Deze werkwijze
betekent echter ook dat eventuele jaarlijkse onderuitputting in het fonds
tot een bedrag van 15 mln niet wordt teruggevorderd en deze derhalve niet
meeloopt in de onderuitputting op de rijksbegroting. Na afloop van het
project zal het werkkapitaal betrokken worden in de financiële afrekening
met het ministerie.
Deze tekst staat ook op Internet.