Partij van de Arbeid

Den Haag, 10 januari 2001

Vragen van de leden Van Oven (PvdA), Rouvoet (RPF/GPV), Dittrich (D66), Rabbae (GroenLinks) en De Wit (SP), aan de Minister van Justitie



1. Kunt u het bericht(1)bevestigen dat de Britse Criminal Case Review Commission het verzoek van de Nederlandse vrachtwagenchauffeur Van T. om herziening van zijn veroordeling , althans voorlopig, van de hand heeft gewezen? Welke juridische mogelijkheden heeft de chauffeur nog tot zijn beschikking om zijn veroordeling in Groot-Brittannië aan te vechten? 2. Heeft de Nederlandse overheid inmiddels getracht om, zoals de minister tijdens het debat in de Tweede Kamer van 29 juni 1999 heeft toegezegd, de chauffeur via een WOTS-procedure naar een Nederlandse gevangenis over te laten brengen? Wat is het resultaat van deze inspanningen geweest? Welke moeilijkheden hebben zich in de onderhandelingen met de Britse overheid voorgedaan?



3. Is de minister bereid om, alles overziende, nu persoonlijk in contact te treden met zijn Britse ambtsgenoot teneinde te bezien wat er in dit stadium voor de chauffeur mogelijk nog gedaan zou kunnen worden? Op welke termijn denkt de minister zijn Britse collega hierover te kunnen spreken en de Kamer over de resultaten van deze bespreking te kunnen informeren?

(1)Vrij Nederland, 10 januari 2001