Achtergrond
De speciale IPCC-rapporten en het derde Assessment Report
door Koos Verbeek (KNMI) en Rik Leemans (RIVM)
Het intergouvernementele panel voor klimaatverandering (IPCC) is een
internationaal lichaam van WMO en UNEP, dat gezaghebbende overzichten
publiceert van wetenschappelijke, technische en socio-economische
aspecten van klimaatverandering en klimaatbeleid. IPCC rapporten zijn
qua kennis de basis voor de ontwikkeling van mondiaal klimaatbeleid
door het Klimaatverdrag van de VN (UNFCCC). Dit jaar zijn enkele
speciale rapporten gepubliceerd: "Methodological and Technological
Aspects of Technology Transfer", "Land Use, Land-Use Change and
Forestry" en "Emissions Scenarios". De samenvattingen hiervan zijn via
internet beschikbaar (www.ipcc.ch). Deze rapporten zijn gebruikt voor
de onderhandelingen tijdens CoP6. Zo gaat bijvoorbeeld het landgebruik
rapport in op de consequenties voor het gebruik van verschillende
definities voor het bepalen van CO2-sinks waarmee het van directe
invloed is op de implementatie van het Kyoto Protocol.
Begin 2001 worden ook de drie delen van het Third Assessment Report (TAR) gepubliceerd. Dit breed-gedragen overzicht van wetenschappelijke inzichten zal van belang zijn voor de verdere onderbouwing van klimaatbeleid. Het eerste Assessment Report (1990, supplement in 1992) was de wetenschappelijke basis voor het Klimaatverdrag van de Verenigde Naties. Het tweede Assessment Report (1995) speelde een cruciale rol bij de totstandkoming van het Kyoto Protocol. Naar verwachting zal ook het derde Assessment Report de partijen voorzien van de relevante kennis, die een rationeel standpunt betreffende de ratificatie van het Kyoto Protocol mogelijk maken.
De Special Reports
Emission Scenarios
Aan het begin van het TAR proces werd onderkend dat er behoefte is aan
een reeks nieuwe emissie scenario's, omdat de eerdere IPCC scenario's
gebaseerd waren op verouderde modellen en data. Bovendien waren de
grote maatschappelijke veranderingen van eind jaren tachtig er nog
niet in opgenomen. Om de samenhang te verhogen zijn ze gebaseerd op
een viertal kwalitatieve verhaallijnen (A1, A2, B1 en B2, zie onder)
voor een toekomstige wereld zonder specifiek klimaatbeleid. Deze
nieuwe scenario's zullen ook de komende jaren door de gehele
klimaatonderzoekswereld gebruikt worden.
Er zijn al verschillende modellering groepen geweest die de klimaat
effecten ervan hebben bepaald. Zo blijkt dat het B1 scenario met de
laagste emissies met een lage klimaatgevoeligheid `slechts' een
mondiale temperatuurstijging van 1.5 oC over de komende eeuw, terwijl
A2, met de hoogste emissies en een hoge klimaatgevoeligheid ruim 5 oC
laat zien. Dit heeft gevolgen voor de verschillende effecten niveaus,
zoals die door Werkgroep 2 van IPCC worden geëvalueerd.
Land Use, Land-Use Change and Forestry
De uitwisseling van koolstof tussen atmosfeer en biosfeer is een
belangrijke factor in het klimaatsysteem. De natuurlijke utwisseling,
die al honderden miljoenen jaren plaatsvindt, wordt steeds sterker
door mensen beïnvloed via landgebruik, de wijzigingen daarin (land-use
change) en bosbouw (LULUCF). Een goede beschrijving van deze krachten
is van wezenlijk belang om antropogene klimaatverandering te kunnen
begrijpen. De expliciete verwijzing naar LULUCF-activiteiten in het
Kyoto Protocol maakt dat het voor het beleidsproces van direct belang
is goed begrip te hebben van deze materie.
Methodological and Technological Issues in Technology Transfer
Een adequate aanpak van antropogene klimaatverandering vraagt om de
ontwikkeling en overdracht van milieuvriendelijke technologie tussen
en binnen landen. Het gaat hierbij om zowel aanpassing aan
klimaatverandering als de beperking van de uitstoot van
broeikasgassen. Kernvraag is hoe de omstandigheden te creëren die
technologieoverdracht tussen de ontwikkelde landen en de
ontwikkelingslanden maximaal bevorderen. Denk bij technologie niet
alleen aan hardware maar ook aan software (kennis). Goed begrip van de
betrokkenheid van de verschillende belanghebbenden krijgt bijzondere
aandacht.
Het Third Assessment Report
Aangezien het TAR rapport nog in wording is kan er niet uit geciteerd
worden, maar na de verschillende reviews kunnen we wel al een indruk
geven van een aantal nieuwe elementen, die aan de orde komen.
In de verschillende delen wordt veel aandacht besteed aan de verfijnde inzichten in de koolstofcyclus, de directe en indirecte effecten van aerosolen en roetdeeltjes, de rol van vegetatie in het klimaatsysteem, regionale klimaatverandering en aan scenario ontwikkeling. De bekende conclusie uit het Second Assessment Report "The balance of evidence suggests a discernible human influence on global climate" lijkt nu beter onderbouwd. Een klimaatreconstructie van de afgelopen duizend jaar plaatst de recente ontwikkelingen in een perspectief.
Bij de gevolgen wordt veel aandacht gegeven aan waargenomen effecten
over de laatste eeuw. Deze zijn consistent met verwachte en
geprojecteerde effecten. Daarnaast wordt een vernieuwende synthese
gemaakt van mogelijke gevolgen die "dangerous interference with the
climate system" (UNFCCC wording) concreet maken. Helaas is het wegens
tijdsdruk onmogelijk gebleken om de met computermodellen gesimuleerde
nieuwe klimaat scenario's (zie boven) voor de effecten studies te
gebruiken.
Werkgroep 3 bespreekt mogelijke beleidsmaatregelen en bijbehorende
kosten met betrekking tot emissiebeperking. Op basis van de nieuwe
scenario's worden een aantal mitigatie scenario's uitgewerkt.
Mitigatie wordt geplaatst in het algemene perspectief van duurzame
ontwikkeling.
De nieuwe emissiescenario's worden momenteel gebruikt in verschillende
hoofdstukken van de TAR. Uiteindelijk doel is de beschikking te
krijgen over samenhangende scenario's voor emissies, concentraties,
klimaatverandering en effecten. Zoals gezegd is een viertal
verhaallijnen onderscheiden (A1, A2, B1, B2) die een aantal mogelijke
denkrichtingen weergeven.
A1 is een wereld met een sterke economische groei in consumptie,
verdere globalisering, snelle introductie van nieuwe technieken en
kleiner wordende regionale inkomensverschillen. In de A1 scenario
groep zijn de effecten van verschillende energie-aanbod technieken
(fossiel en/of andere brandstoffen) doorgerekend. Het A2 scenario
beschrijft een heterogene wereld met grote regionale verschillen in
economische groei en technologische ontwikkeling. B1 beschrijft een
vergelijkbare wereld als A1, maar nu met sterke structurele
economische veranderingen naar een zorg en informatie economie.
Duurzaamheid, milieu en gelijkheid staan hierbij centraal. De B2
variant beschrijft een vergelijkbare verandering, maar nu met
specifiek lokale en regionale oplossingen in plaats van mondiale
convergentie. Deze verhaallijnen zijn door verschillende modelgroepen
geïnterpreteerd en geïmplementeerd. Dit heeft tot vele
emissieprofielen geleid, waaruit 6 illustratieve scenario's zijn
gekozen die worden gebruikt in de verschillende hoofdstukken van het
TAR.
Waarom niet eerder?
Het lijkt logischer het TAR beschikbaar te hebben vóór CoP6. De
praktijk is dat de totstandkoming van een Assessment Report dermate
complex is dat een eindsprint niet mogelijk is. Die complexiteit volgt
uit, mede, de volgende aspecten.
* Klimaatverandering is letterlijk een probleem van wereldklasse.
Vele disciplines en per discipline vele specialismen dragen bij
aan het completeren van de puzzel.
* Wetenschap gedijt goed bij gebrek aan consensus terwijl van een
Assessment Report geëist moet worden dat het op een gezaghebbende
manier lijn aanbrengt in de pluriformiteit van het denken. Dat
vraagt om een zeer zorgvuldig en open proces waarin zowel bij de
totstandkoming van de tekst als bij de review procedure zeer veel
mensen intensief betrokken zijn.
* Uiteindelijk zal het rapport door alle partijen moeten worden
geaccepteerd. Gezien de grote impact op de onderhandelingen is
zowel vorm als inhoud van het rapport van groot belang. Met andere
woorden, het rapport moet zeer goed zijn in de ogen van vele vaak
sterk verschillende partijen. Naast de vanzelfsprekende eis van
wetenschappelijke integriteit gelden hier criteria als
volledigheid, balans en het ontbreken van ieder waardeoordeel of
voorkeur.
Stand van zaken
Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de verwerking van het
commentaar dat wetenschappers en overheden hebben aangeleverd op het
TAR in de tweede review ronde. Tijdens de plenaire vergaderingen van
de drie werkgroepen zullen de rapporten met de bijbehorende Summaries
for Policymakers worden vastgesteld, waarmee het TAR een feit is.
De data:
Werkgroep I: 17- 20 januari 2001 te Shanghai/China
Werkgroep II: 13-16 februari 2001 te Buenos Aires/Argentinië
Werkgroep III: 28 februari- 3 maart 2001 te Accra/Ghana
Vervolgens zullen de drie delen van het TAR worden geïntegreerd in het
Synthesis Report dat ter goedkeuring zal worden voorgelegd aan de
Zeventiende Plenaire Vergadering van IPCC (24-29 september 2001, Groot
Britannië). De strekking van het Synthesis Report is gebaseerd op de
`policy-relevant scientific questions' die door de Subsidiary Body for
Scientific and Technological Advice van het klimaatverdrag en de
individuele partijen ingebracht zijn.
Uit: Change 54, Oktober-november 2000
Laatste wijziging: 12 januari 2001
Harry Geurts, PR & Voorlichting KNMI