datum: 12-01-2001 / bericht: 1 van 20



Derde onderhandelingsronde bouw-CAO

Op 9 januari is voor de derde maal onderhandeld over vernieuwing van de bouw-CAO. Op de agenda stonden twee onderwerpen: vervolg van de discussie over kwaliteit van de arbeid en start van de discussie over arbeidstijden.

Kwaliteit van de arbeid

Na een eerste discussie over kwaliteit van de arbeid in de vorige ronde, kwamen nu nog twee onderwerpen aan de orde: de fysieke belasting bij het verwerken van kozijnen en bouwstaalmatten en het gratis verstrekken van persoonlijke beschermingsmiddelen (pbm's).

Kozijnen en bouwstaalmatten

Werkgevers konden nog geen helderheid verschaffen over het aangekondigde onderzoek van de Stichting Bouw Research (SBR). FNV Bouw zei dat niet te willen afwachten omdat ook zonder dat onderzoek duidelijk is dat de fysieke belasting bij het werken met kozijnen en bouwstaalmatten te groot is. De A-bladen over beide onderwerpen bevatten duidelijke richtlijnen die in de CAO opgenomen zouden moeten worden.

De werkgevers zijn bang dat een regeling in de CAO leidt tot concurrentie met zzp' ers en bedrijven die niet onder de bouw-CAO vallen. Ze zijn niet tegen die richtlijnen, maar zouden ze liever wettelijk vastleggen, zodat iedereen zich daaraan moet houden. Partijen zouden dus moeten bezien welke elementen uit de A-bladen bij de totstandkoming van het arbo-convenant moeten worden betrokken en zich sterk moeten maken om daarover beleidsregels op te stellen. FNV Bouw zou zo'n werkwijze toejuichen. Het gaat om het dwingend voorschrijven van de richtlijnen uit de A-bladen en dat hoeft niet per se via de CAO. Bovendien ziet ook de Arbeidsinspectie dan toe op naleving. Afgesproken werd op een ander moment op het onderwerp terug te komen.

Persoonlijke beschermingsmiddelen (pbm's)

Pbm's moeten door de werkgever gratis worden verstrekt. Daarover waren partijen het snel eens. De discussie richtte zich op de vraag of de doorwerkkleding die bescherming biedt tegen kou en vocht als een pbm beschouwt moet worden of als regulier werkkleding waarvoor een vergoeding per dag wordt uitgekeerd. De bonden vinden dat doorwerkkleding door de werkgever gratis verstrekt moet worden en dus los gezien moet worden van de kledingregeling in de CAO. Omdat daarover in de praktijk veel onduidelijkheid bestaat, moet dat nu in de CAO helder worden vastgelegd. Ook werkgevers vinden dat doorwerkkleding door de werkgever verstrekt moet worden, maar dat zou gevolgen moeten hebben voor de kledingvergoeding, temeer omdat die vergoeding in toenemende mate wordt belast. Besloten werd de discussie te laten 'bezinken' om er later op terug te komen.

Arbeidstijden

De werkgevers lichtten hun voorstellen kort toe. Ze komen voort uit hun wens om de bedrijfstijd te verlengen, omdat dat de continuïteit van de bedrijven - en dus de werkgelegenheid - ten goede komt. Dat vereist ten aanzien van de arbeidstijden meer flexibiliteit van de werknemers. Uitgegaan wordt van een standaardarbeidsduur van 1680 uur per jaar (het aantal huidige arbeidsuren plus atv). De arbeidstijd per week ligt dan tussen 30 en 45 uur. Daarnaast kan worden gekozen voor een standaard-plus arbeidsduur (tussen 32 en 50 uur per week) of een standaard-min arbeidsduur (tussen 26 en 40 uur per week). De uren van maandag tot en met zaterdag van 06.00 tot 22.00 uur gelden als normale arbeidsuren, zonder overwerktoeslag.

FNV Bouw neemt afstand van de voorstellen van de werkgevers, omdat daarin 'alles overhoop wordt gehaald'. Werkgevers willen werknemers afhankelijk maken van de nukken van de opdrachtgever: is er veel werk, dan moeten lange weken worden gemaakt en is er weinig werk dan zit de werknemer veel thuis. Dat brengt voor de werknemer veel onzekerheden over loon, pensioen en dergelijke met zich mee, en het doet ook afbruek aan het privéleven, met als gevolg dat nog eerder voor een andere bedrijfstak zal worden gekozen. Daarmee brengen de werkgevers zichzelf in problemen. De bond kiest in zijn voorstellen voor het uitgangspunt dat de zeggenschap van de werknemers over hun eigen arbeidstijden vergroot moet worden. Werknemers hebben in toenemende mate behoefte aan het combineren van werk en privé en door die behoefte te erkennen wordt de bedrijfstak aantrekkelijker. Het is met name niet van deze tijd dat werkgevers in verreweg de meeste gevallen nog steeds bepaalt wanneer de werknemer op vakantie gaat. En werkgevers die willen dat hun werknemers op zaterdag of in de avonduren werken, zullen daar een toeslag voor moeten blijven betalen.

Werkgevers spraken de vrees uit dat meer zeggenschap voor werknemers over de arbeidstijden leidt tot organisatorische problemen, vooral voor de kleinere bedrijven. Werknemers reizen doorgaans als groep naar het werk en dat laat weinig ruimte voor een individuele invulling. Verder trokken ze de behoefte van werknemers aan andere arbeidstijden in twijfel. De bonden noemden de organisatorische gevolgen een kwestie van uitwerking. Het gaat in de eerste plaats om het erkennen van de wens om meer zeggenschap van werknemers over hun dagelijkse en wekelijkse arbeidstijden. Er is wel degelijk aantoonbaar behoefte aan het afstemmen van de werktijden op de persoonlijke omstandigheden, zoals bijvoorbeeld bij werknemers met een werkende partner of in verband met de verdeling van de zorg voor kleine kinderen. Als de bereidheid er is om daaraan tegemoet te komen, zijn de organisatorische gevolgen op te lossen, waarbij ook van de kant van de werknemers een redelijke opstelling mag worden verwacht.

De volgende onderhandelingsronde vindt plaats op 15 januari van 10.00 tot 13.00 uur in Odijk. Dan komen de arbeidstijden aan de orde, in samenhang met de voorstellen over zorg en verlof. Ook de 'geparkeerde' arbo-onderwerpen staan dan op de agenda.



FNV Bouw
Postbus 520
3440 AM WOERDEN
Telefoon: (0348) 575575
Fax: (0348) 423610
E-mail: info@fnvbouw.nl