Ministerie EZ


PRIJZEN VERWARMINGSBRANDSTOFFEN VOOR KLEINVERBRUIKERS

Datum: 12-01-2001

PRIJZEN VERWARMINGSBRANDSTOFFEN VOOR KLEINVERBRUIKERS

De leden van de Tweede Kamer Blaauw en Voûte-Droste (beiden VVD) hebben aan de ministers van Economische Zaken en van Financiën op 15 december 2000 de volgende schriftelijke vragen gesteld.


1 Is het de regering bekend dat de prijsontwikkeling van petroleum en gasolie (huisbrandolie) voor kleinverbruikers sinds 1999 stevig uit de pas loopt ten opzichte van de prijsontwikkeling van aardgas voor kleinverbruikers? 1)


2 Wat is de verklaring dat de prijzen van petroleum en gasolie bovenproportioneel zijn gestegen ten opzichte van de prijs van aardgas?


3 Welke gevolgen heeft deze prijsontwikkeling voor huishoudens die niet op het gasnet zijn aangesloten en daarmee afhankelijk zijn van alternatieve verwarmingsbrandstoffen, zoals petroleum en gasolie?


4 Is bij de vaststelling van de aardgasprijzen door gasdistributiebedrijven nog altijd sprake van de "bandbreedte-formule" van maximaal 3 cent, zoals destijds afgesproken tussen de gasdistributiebedrijven en Gasunie? Hoe zou het aardgastarief er thans uitzien zonder deze formule?


5 Deelt u de mening dat er, waar het gaat om verwarmingsbrandstoffen, een scheve verhouding bestaat tussen een zich binnen bandbreedtes bewegende gasprijs voor huishoudens die op het gasnet zijn aangesloten enerzijds en een marktconforme petroleum- en gasprijs voor huishoudens die niet op het gasnet kunnen worden aangesloten anderzijds? Is de regering bereid om naar oplossingen te zoeken voor deze problematiek?



1) Zie bijlage: prijsontwikkeling petroleum, gasolie en aardgas.

De Minister van Economische Zaken, mw. A. Jorritsma-Lebbink, heeft deze vragen namens de Minister van Financiën als volgt beantwoord.


1 en 2 De prijs van gasolie wordt bepaald op de vrije markt van olieproducten. De hoogte van de ruwe olieprijs (crude) is hierbij onder meer van grote invloed.
De aardgasprijs voor de kleinverbruiker is (voorlopig nog) gekoppeld aan de prijs van huisbrandolie. De aardgasprijs wordt berekend aan de hand van de gemiddelde prijs van huisbrandolie over de voorgaande periode van een half jaar met een vertraging van

2 maanden. Voor de bepaling van de hoogte van de gasprijs is verder de afspraak tussen Gasunie en de gasdistributiebedrijven van belang dat de aardgasprijs met maximale stappen van 3 cent/m3 per half jaar mag stijgen of dalen.
Deze berekeningswijze en de maximale prijssprong van 3 cent/m3 per half jaar heeft tot gevolg dat de gasprijs momenteel achterblijft bij de prijs van huisbrandolie. Echter bij een dalende olieprijs zal de gasprijs door de maximale prijssprong niet evenredig met de huisbrandolieprijs dalen en zal zich de omgekeerde situatie voordoen.


3 Voor zover huishoudens nog gebruik maken van huisbrandolie als energiedrager en nu huisbrandolie inkopen, moeten ze voor huisbrandolie meer betalen dan dat ze voor aardgas betaald zouden hebben. Hierbij dient bedacht te worden dat de inkoopsystematiek bij huisbrandolie afwijkt ten opzichte van die voor gas. Zo is gas leidinggebonden en zal derhalve het moment van aankoop en moment van verbruik samenvallen. Bij huisbrandolie heeft de afnemer de keus van inkoopmoment en wordt veelal in de zomer of de herfst het totale verbruik voor de winterperiode ingekocht en opgeslagen in een voorraadtank. Hiermee geeft een prijsvergelijking van huisbrandolie op ieder moment in het jaar met gas geen correct beeld.


4 Ja.
Hoewel deze vergelijking niet relevant is zou de aardgasprijs in de tweede helft van 2000 zonder de maximale prijssprong 56,6 cent/m3 bedragen.


5 Neen.
Zoals bovenstaand is uiteengezet, is de inkoopsystematiek van de beide energieproducten niet te vergelijken. Daarnaast zal bij dalende olieprijzen het omgekeerde effect te zien zijn. De gasprijs zal dan vanwege de vertraging t.o.v. gasolie en de maximale prijssprong van 3 cent/m3 per half jaar enige tijd hoger uitvallen dan de vergelijkbare huisbrandolieprijs.
In het gekozen systeem ontstaat voor kleinverbruikers derhalve bij een stijgende olieprijs een prijsvoordeel voor gas en bij dalende olieprijzen een voordeel voor huisbrandolie.