Persbericht Aan de algemene redactie / wetenschap Den Haag, 15 januari 2001

Genetisch gemanipuleerde aap: een stap in de verkeerde richting

Verschillende media berichtten vorige week over de eerste genetisch gemanipuleerde aap. Volgens Proefdiervrij is dit - ondanks juichtonen vanuit de medische wetenschap een volstrekt ongewenste ontwikkeling. De transgene mens, het schrikbeeld van veel burgers en politici, komt daarmee een stap dichterbij. Door de vele proefdieren die gebruikt zijn, valt een ethische verantwoording voor dit onderzoek absoluut niet te geven. Op 12 januari verscheen in Science een artikel over de eerste genetisch gemanipuleerde aap. De onderzoekers schrijven dat ze door deze techniek minder dieren hoeven te gebruiken in experimenten, maar de praktijk is heel anders. Ook in Nederland wordt door onderzoekers die werken met transgene dieren om het hardst geroepen dat deze ontwikkelingen het aantal gebruikte proefdieren zullen reduceren. Het tegendeel is waar: nadat in Nederland het aantal proefdieren jaren achtereen is gedaald, tonen de recentste cijfers aan dat het aantal proefdieren weer stijgt. De enige reden is een explosieve toename van het aantal transgene dieren; een stijging met 53% tussen 1998 en 1999 (van 68.329 genetisch gemanipuleerde dieren in 1998 naar 104.580 dieren in 1999). Naar verwacht zal de stijging van het aantal genetisch gemanipuleerde dieren in Nederland van 1999 naar 2000 zeker 25% zijn. In 1999 was al 1/7 van alle proefdieren in Nederland transgeen. De op dit moment buitengewoon populaire biotechnologie leidt dus tot een explosieve toename van het aantal proefdieren. De verwachting dat deze techniek zal leiden tot een reductie van het proefdiergebruik is niet gebaseerd op de feiten, die allemaal wijzen op een toe- in plaats van afname.

Genetische manipulatie; steeds meer dierproevenProefdiervrij wijst er op het grote aantal apen dat gebruikt is in dit experiment. Eerst werden er 224 onbevruchte eicellen voorzien van het GFP-gen. Na bevruchting ontstonden daaruit 40 embryo s, die werden ingebracht in 20 draagmoeders. Uit de 5 zwangerschappen die daaruit ontstonden werden 2 jongen dood geboren. Slechts in één van de drie levende jongen bleek het GFP-gen voor te komen. In dit dier kwam het gen dan ook nog eens niet tot expressie, zodat we kunnen spreken van een volledig mislukt experiment.

Proefdiervrij wijst de politiek er dan ook op dat deze ontwikkelingen in de medische wetenschap harder gaan dan veel mensen denken. Verscherpte richtlijnen voor de wetenschap moeten er dan ook snel komen, wil de ethische afweging waar we met onze wetenschap naar toe willen niet allang achterhaald zijn door de ontwikkelingen in het labarotorium. Het proefdier is dan allang de dupe. Beter zou het zijn als de wetenschap zijn aandacht richt op het ontwikkelen van alternatieven voor dierproeven. Een proefdiervrije wetenschap behoort tot de mogelijkheden van het nieuwe millennium en dan liever morgen dan over tachtig jaar.

Bij de aap in het experiment is een gen van een kwal ingebouwd dat een eiwit geeft dat oplicht onder een lamp. Onderzoekers menen dat dit experiment de kloof tussen transgene muis en mens verkleint en zo een behandeling van ziekten als Parkinson, AIDS, kanker, hart- en vaatziekten, diabetes en zelfs geestesziekten dichterbij kan brengen. De schrijvers van het artikel lijken critici van dit experiment de mond te willen snoeren door veel ziekten te noemen die misschien in de toekomst beter bestreden zouden kunnen worden met de techniek. De uitlatingen worden echter totaal niet onderbouwd met feiten waaróm hun onderzoek die medicijnen dan dichterbij brengt. Verder wordt volledig voorbij gegaan aan een levendig ethisch debat dat gevoerd wordt in de samenleving hoe ver de medische wetenschap mag gaan in haar drift tot experimenteren.