Hoogvliet, deelgemeente Rotterdam

Wat gaat Heel de Buurt in 2001 doen?

11 januari 2001

De commissie BFW krijgt in de vergadering van 16 januari ter informatie het werkplan Heel de Buurt aangeboden. Vreemdgenoeg hoeft de deelgemeenteraad het werkplan niet vast te stellen, dat doet het ministerie.

Commissie BFW

Vergaderdatum 09-01-2001

Agendapunt:4

Aan de leden van de commissie

Betreft: Werkplan Heel de Buurt Hoogvliet 2001.

Bijlagen: Werkplan Heel de Buurt 2001

Advies landelijke organisatie Heel de Buurt


1. AANLEIDING


Het werkplan Heel de Buurt 2001 is vastgesteld in de stuugroepvergadering van 30 november 2000. Het is aangeboden aan het ministerie van VWS en aan de landelijke projectorganisatie van Heel de Buurt. De landelijke stuurgroep Heel de Buurt adviseert vervolgens VWS. Dit advies is voor Heel de Buurt Hoogvliet positief en vastgesteld op 13 december 2000. Het advies is bijgevoegd.
2. INHOUDELIJKE ANALYSE
Voor de inhoud verwijzen wij kortheidshalve naar het bijgevoegde werkplan.

3. VOORSTEL

Het Werkplan Heel de Buurt Hoogvliet 2001 ter informatie aan te nemen

Hoogvliet, 9 januari 2001

het dagelijks bestuur van de deelgemeenteraad van Hoogvliet.

Werkplan Heel de Buurt 2001.

1. Inleiding
Het werkplan Heel de Buurt Hoogvliet 2001 borduurt voort op het werkplan 2000 en het jaarverslag 1999. De algemene beschrijvingen worden niet herhaald. Voor de positionering, de doelen en de gemaakte keuzes wordt naar het bovenstaand verwezen. Dit werkplan 2001 is derhalve een update en een verdere uitwerking. Het gaat goed met Heel de Buurt Hoogvliet. Op alle niveaus is groei zichtbaar. Heel de Buurt wordt breder ingezet, in een groter gebied, levert meer producten, er is meer samenwerking, de personele inzet is verdubbeld en door Heel de Buurt ontwikkelde methoden worden regulier ingezet. In dit werkplan is derhalve geen sprake van afbouw van het project Heel de Buurt in Hoogvliet. Er is brede consensus over voortzetting van Heel de Buurt in Hoogvliet. Dit is mogelijk door de verankering van Heel de Buurt in de wijkaanpak en door de inmiddels opgebouwde samenwerking en cofinanciering. In welke vorm voortzetting plaatsvindt zal in de loop van 2001 verder worden uitgewerkt.

2. Twee jaar Heel de Buurt Hoogvliet


In vergelijking met de beschrijving van één jaar Heel de Buurt in het werkplan 2000 is inhoudelijk een verdieping zichtbaar en organisatorisch een uitbreiding. De lijnen zoals uitgezet in het werkplan 2000 zijn dezelfde, er is op voortgeborduurd en het is verder uitgewerkt. De verankering van Heel de Buurt binnen de wijkaanpak in Hoogvliet is essentieel gebleken. Hierdoor is het programma Heel de Buurt in de breedte, in de diepte en in de tijd door te ontwikkelen.

Ten opzichte van vorig jaar is de buurtgerichte aanpak, met aandacht voor de situatie waarin de buurt verkeert (verhuurstop, verandering straks, de nieuwe buurt) doorontwikkeld waardoor er in de 7 buurten van de twee Heel de Buurtwijken per buurt maatwerk wordt verricht. Dat kan alleen indien er vraaggestuurd gewerkt wordt, anders is immers geen sprake van maatwerk en als er integraal gewerkt kan worden. Beide zijn buitengewoon lastig te realiseren, maar ten opzicht van 2000 zijn we een hele stap verder.

Voor Heel de Buurt is de buurt het werkgebied. In alle gevallen is de bewoner het uitgangspunt. Of het nu is via huisbezoeken, via het benaderen van netwerken (van bijvoorbeeld allochtonen en jongeren) of via buurtbijeenkomsten. Daar komt de vraag in beeld. In het kader van Heel de buurt zijn inmiddels een aantal effectieve methoden voor ontwikkeld en te constateren valt dat die vraag beter en beter in beeld komt. Dat is een belangrijke stap in het realiseren van vraaggestuurd werken, maar slechts de eerste. De volgende stap is sturing van het aanbod op basis van deze vraag. In Hoogvliet is zichtbaar dat het aanbod waar in Hoogvliet direct invloed op uit te oefenen is die vraagsturing te realiseren is (het betreft dan aanbod van de deelgemeente, de Hoogvlietse instellingen, de wijkaanpak, de corporaties). Waar het gaat om aanbod van Rotterdamse en regionale organisaties is nog een wereld te winnen (vergelijk ook hoofdstuk 4, huisbezoeken), maar ook hier is beweging te zien. Om dit te realiseren is meer tijd nodig dan een jaar.

Voor integraliteit geldt eigenlijk hetzelfde. Dit is beter te realiseren naarmate organisaties dichterbij zitten en de verantwoordelijkheid zo decentraal mogelijk in de organisatie is neergelegd. Dan kunnen er op de werkvloer zaken worden gedaan. We zien dan ook dat integraliteit rond beheer en leefbaarheid op buurtniveau prima te organiseren valt en door directe contacten met bewoners ook steeds bijgesteld wordt op basis van de vraag, maar dat het rond toeleiding naar werk en opleiding veel lastiger is. Met de 4 stedelijke sociale diensten van Rotterdam is nu afgesproken om het jonge moeder project in Hoogvliet als testcase te nemen om het aanbod van de diensten hierop integraal te organiseren.

In de ontwikkeling van Heel de Buurt Hoogvliet voeren een aantal thema's de boventoon, namelijk:

* Herstructurering en de sociale opgave

Heel de Buurt is een onderdeel van sociaal investeren, de sociale poot van de wijkaanpak. Heel de Buurt concentreert zich vooral op directe contacten met bewoners en signalering enerzijds en anderzijds op participatie en betrokkenheid bij de nieuwe wijk. Met betrekking tot dit laatste is en wordt extra geïnvesteerd op jongeren en allochtonen. Dit heeft het afgelopen jaar tot goede resultaten geleid en wordt verder uitgebouwd en ontwikkeld. Heel de Buurt Hoogvliet werkt actief mee aan het onderzoeksprogramma van de landelijke organisatie op dit terrein.


* Activering

In Heel de Buurt Hoogvliet is inmiddels brede ervaring opgedaan met individuele en buurtgerichte activering. Als basis hiervoor fungeren huisbezoeken, netwerkbenadering en sleutelpersonen (met name voor jongeren en allochtonen. Met de landelijke organisatie wordt eind 2000 begin 2001 bezien in hoeverre een beschrijving van de methodiek en verdere ontwikkeling zinvol is.


* Integraal werken

De buurt als kader en vraagsturing als methode. Dit betekent noodzakelijkerwijs integraal werken in de praktijk. Eigenlijk is er sprake van geïntegreerd werken, maar deze term is minder gangbaar. Om de valkuil te vermijden dat alles met alles te maken heeft wordt niet iedereen bij alles betrokken, maar bekeken wie absoluut nodig is om bij te dragen aan een oplossing. De beperking is een essentieel onderdeel van het uiteindelijke succes. In Hoogvliet is vooral de verbinding van de verschillende schaalniveaus interessant en een grote uitdaging. Het gaat hierbij om de straat, de buurt, de wijk, Hoogvliet, Rotterdam en de regio. Aan het kennis- en methodiekontwikkelingstraject van de landelijke organisatie rond dit thema is en wordt vanuit Hoogvliet actief meegewerkt.


* Onderwijs

Dit thema overstijgt Heel de Buurt in tijd (10 jaar) en in grootte (heel Hoogvliet). Voor de wijkaanpak is het een van de belangrijkste investeringsprogramma's. Heel de Buurt speelt vooral een rol in de uitwerking op wijk- en buurtniveau, zoals bijvoorbeeld de brede school. Het programma, onder de naam Onderwijskansenzone Hoogvliet gaat in 2001 in uitvoering.


1. Activiteitenplan
In het werkplan 2000 is gekozen voor het ordeningsprincipe van de wijkaanpak in Hoogvliet. Dat blijft ook het gehandhaafd. Het onderstaande is een uitbreiding op hetgeen voor 2000 is beschreven. De 5 doelen van de wijkaanpak blijven richtinggevend.


1. Wonen naar wens in Hoogvliet


Voortzetting van de twee genoemde algemene activiteiten, namelijk:
* Sociaal café Hoogvliet, bij voorkeur twee keer per jaar

* Onderzoek naar sociale processen in herstructurering, door de landelijke organisatie is het OTB ingehuurd om de sociale processen in 4 Heel de Buurten in herstructurering te beschrijven. Een expertmeeting hierover vindt in het najaar van 2000 plaats. Een eventueel vervolg kan op actieve medewerking van Heel de Buurt Hoogvliet rekenen.

De betrokkenheid van Heel de Buurt bij de uitvoeringsplannen Maasranden (waarvan Meeuwenplaat een onderdeel is) en Oudeland is inmiddels veel verder uitgekristalliseerd, namelijk:
* Communicatie en participatie

De in 1999 en 2000 ingezette en ontwikkelde instrumenten worden in 2001 eveneens ingezet en door ontwikkeld. Er is wel een verschil tussen Meeuwenplaat en Oudeland, door de verschillende ontwikkelingsfasen van de wijken.
In Oudeland wordt in 2000 de structuurschets afgerond. Vanuit Heel de Buurt is met resultaat ingezet op het betrekken van bewoners bij de plannen voor de nieuwe wijk. De speciale aandacht voor het betrekken van jongeren en allochtonen bij deze plannen heeft tot goede resultaten geleid. De workshops van kinderen, jongeren en allochtonen waren goed gevuld en hebben onder andere de Oudeland-Rap opgeleverd. Deze wordt overigens verder uitgewerkt. Bij vervolg workshops zal Heel de Buurt weer zorgdragen voor goede deelneming. Eveneens een succes was de cursus `Taal en Inspraak' in Oudeland, deze wordt in 2001 herhaald. Gebleken is dat dit niet alleen een leuke manier is om het taalniveau te verdiepen, maar eveneens leidt tot enthousiasme voor de plannen, omdat duidelijk wordt op welke manier bewoners invloed kunnen uitoefenen. In Meeuwenplaat is de structuurschets vorig jaar al afgerond en zijn inmiddels de formele inspraakronden gehouden. In het KoBagebied zijn de eerste flats al gesloopt. Het wachten is op de start van de bouw. Heel de Buurt vervult een uitermate belangrijke rol in de communicatie met bewoners. Door de huisbezoeken in het KoBagebied en de Lampreibuurt kan snel en alert gereageerd worden op vragen van bewoners en ontwikkelingen in de buurt. In beide gebieden wordt volgend jaar een nieuwsbrief uitgeven in samenwerking met de corporaties. In het KoBagebied is verder de villa Kakelbont, het praatpandje voor senioren waar Heel de Buurt actief bij betrokken is. Informatieavonden voor de buurt of de straat worden met de regelmaat van de klok georganiseerd en zullen ook volgend jaar georganiseerd worden, telkens als blijkt dat er behoefte aan is. Als volgend jaar concreter aan bouwplannen gewerkt kan gaan worden zal Heel de Buurt een van de belangrijkste kanalen zijn via welke bewoners worden betrokken bij de uitwerking van de plannen.
Doordat Heel de Buurt zich inmiddels in de praktijk heeft bewezen wordt van nature naar Heel de Buurt gekeken als het gaat om het betrekken van bewoners bij de plannen. Debet hieraan zijn de goede contacten met bewoners in de wijk en de manier waarop de participatie voor en met bewoners wordt georganiseerd. Het uiteindelijke resultaat is beter voor bewoners en levert betere plannen op.

In 2001 wordt in ieder geval voor twee groepen extra ingezet:


* alleenstaande ouders: aangezien in Hoogvliet-Noord 45% van de gezinnen met kinderen één ouder hebben wordt onderzocht in hoeverre dit leidt tot aanpassingen in de woningen en voorzieningen die gebouwd moeten worden. Heel de Buurt levert hiervoor twee referentiegroepen. Indien dit ook tot bouwplannen leidt, levert Heel de Buurt een belangrijke bijdrage in het vinden van toekomstige bewoners.

* Jongeren: om jongeren te behouden in Hoogvliet moet er voor ze gebouwd worden. Ook hier gaan we met een referentiegroep aan het werk, die geleverd wordt door Heel de Buurt. In november 2000 vindt de afsluitende manifestatie plaats van het project `De straat is van ons.... En de toekomst ook' van Bosch Films en Stichting Alexander. Hieraan nemen 100 tot 150 jongeren deel. De lokale organisatie is verzorgd door de projectleider Heel de Buurt Oudeland in samenwerking met het jongerenwerk. Eén van de thema's is huisvesting. De manifestatie wordt aangegrepen om een referentiegroep te werven. De verdere idee-ontwikkeling wordt uitgewerkt met de IBT-organisatie en Maasoevers.

Er is de mogelijkheid dat een derde groep concreet aan de slag gaat, namelijk senioren. Maasoevers is in de wijk Westpunt met een groep senioren bezig die hun eigen vorm van groepsgebonden wonen ontwikkelen. In navolging hiervan is hetzelfde mogelijk in het KoBagebied in de Meeuwenplaat. Ongeveer 50 senioren hebben daar aangegeven geïnteresseerd te zijn. Een deel daarvan bezoekt regelmatig Villa Kakelbont, het praatpandje voor senioren in het KoBagebied, dat mede door de inzet van Heel de Buurt tot stand is gekomen en succesvol blijft.
Indien al in 2001 gestart kan worden met zo'n initiatief zal Heel de Buurt in het informeren en leveren van senioren een belangrijke bijdrage leveren.
De andere genoemde thema's blijven in beeld, maar zijn nog minder concreet:


* Verhuisbewegingen en bouwen voor bewoners
Op dit moment wordt bijna 60% geherhuisvest in Hoogvliet, op basis van onderzoek zou dat tussen de 70 en 80% moeten liggen. Dat kan bereikt worden door te bouwen voor deze groep. De bouwplannen hebben enige vertraging. De bovengenoemde initiatieven om te bouwen voor specifieke klantgroepen kunnen hierin verandering brengen.
Dit is onderwerp van continue monitoring en eventuele bijstelling van plannen. Heel de Buurt heeft hierin vooral een rol met betrekking tot het in beeld brengen van de zorg van en de consequenties voor bewoners.


* Leefwensen, verhouding tussen de mate van eenvormigheid en differentiatie is uitgebreid met woonmilieus en kwaliteit.

Heel de Buurt vervult hierin vooral een rol als het gaat om het organiseren van workshops voor en met bewoners. Naar verwachting zullen een aantal zeker in Oudeland plaatsvinden in 2001.


* Voorzieningen in de nieuwe wijk

Ook hier is sprake van een doorlopende discussie die steeds concreter wordt. Vanuit Heel de Buurt zal in 2001 in ieder geval een bijdrage geleverd worden voor wat betreft voorzieningen voor jongeren. Ook hiervoor wordt de manifestatie `De straat is van ons...en de toekomst ook' als start gebruikt.


1. Samenwonen en samenleven


Op dit terrein zijn veel ontwikkelingen. Dat is ook naar verwachting omdat het bij uitstek het terrein van Heel de Buurt is. Hieronder zijn ze geordend weergegeven. In vergelijk met het werkplan 2000 is er een enorme stap voorwaarts gemaakt.

Algemeen

De door Heel de Buurt ontwikkelde leefbaarheidsmonitor wordt vanaf januari 2001 regulier ingezet voor alle 8 wijken van Hoogvliet, volledig gefinancierd door de deelgemeente en de 2 woningcorporaties. Afspraak is de monitor elke twee jaar te herhalen. De Heel de Buurtwijken hebben een voorsprong, omdat ze al een nulmeting hebben gedaan twee jaar geleden. Net als twee jaar geleden zal de leefbaarheidsmonitor per buurt gepresenteerd worden aan bewoners en bediscussieerd. In Oudeland betreft dit 4 buurten en in Meeuwenplaat 3 buurten. De leefbaarheidsmonitor maakt het mogelijk om per buurt te moinitoren hoe de leefbaarheid zich ontwikkelt. Dit is van belang omdat de buurten in heel verschillende situaties zitten. Het sluit op deze manier ook nauw aan op de door Heel de Buurt ontwikkelde buurtgerichte werkwijze en aan de leefwereld van bewoners.

Gebiedsgericht

* Gebieden met een verhuurstop en start van sloop
In de Heel de Buurtwijken betreft dit de volgende gebieden: KoBagebied; Toscalaan en -weg; Troubadourlaan. In deze gebieden wordt op maat een aantal extra maatregelen genomen om de veiligheid en leefbaarheid te garanderen. Een opsomming is vermeld in het vorige werkplan.

Vanuit Heel de Buurt worden in de gebieden de volgende activiteiten getrokken:

Huisbezoeken en buurtactiviteiten

Model staat hier het KoBagebied, waar de huisbezoeken tot een veelheid van buurtgerichte activiteiten hebben geleid en tot een goed functionerend buurtnetwerk van eerste lijnswerkers en bewoners. Het vroeg signaleren van negatieve ontwikkelingen maakt snel en adequaat ingrijpen mogelijk. Met Maasoevers is afgesproken om te starten met een regelmatige nieuwsbrief voor de buurt waarin ontwikkelingen (bijvoorbeeld rond sloop en beheer) direct aan bewoners worden doorgegeven.
De aanpak wordt uitgebreid, onder andere naar Oudeland waar halverwege 2000 is gestart in de Troubadourlaan Participatie in het Hoogvliets overleg beheer slooplocaties De projectleider Heel de Buurt participeert in dit overleg met de beide corporaties, politie, deelgemeente en stichting Welzijn waar op basis van de signalen uit de buurtnetwerken en uit de verschillende organisaties bekeken wordt welke maatregelen waar genomen, dan wel aangepast moeten worden.
Seniorenbrigade
Aanstelling van een coördinator nog dit jaar, zodat deze met kwartiermaken kan beginnen. De brigade gaat begin volgend jaar aan de slag. Zij zal bestaan uit een groep jonge actieve ouderen, die op huisbezoek gaan bij de oudere ouderen in sloopgebieden. Ze worden hier apart voor getraind. De brigade is vooral signalerend bedoeld: gaat het wel goed, dient de professionele begeleiding aangepast te worden, moeten er aparte bijeenkomsten georganiseerd worden, et cetera. De seniorenbrigade is ontwikkeld door Heel de Buurt en wordt mede gefinancierd door de deelgemeente en de beide corporaties. Uitvoer geschiedt door het dienstencentrum, zodat direct gekoppeld kan worden met allerlei andere initiatieven voor senioren
Kunst en sloop
In 2001 zal naar verwachting de eerste sloop plaatsvinden in Oudeland (Troubadour- en Toscalaan). Dit zal met een kunstzinnige manifestatie gepaard gaan. Voor de zomer is, indien mogelijk, de Ouverture 1812 gepland. De manifestatie voor de start van de sloop van de Dura Croignet in de Zalmplaat ligt al vast en zal waarschijnlijk in maart plaatsvinden. Hiervoor wordt het BAF (bekend van de Millinxsoap) slooptheater gemaakt. Vier eenacters in vier sloopwoningen op basis van verhalen van bewoners, uitgevoerd door bewoners. Sinds midden 2000 vindt Heel de Buurt ook plaats in dit stuk van de Zalmplaat met huisbezoeken. Heel de Buurt zal dit initiatief ondersteunen onder andere door bewoners te stimuleren mee te doen.
Buurtgericht werken
Het op maat werken voor en met de buurt wordt verder uitgewerkt. Met name in Oudeland is inmiddels veel ervaring opgedaan. De wijk is verdeeld in vier buurten waar verschillende ontwikkelingen plaatsvinden. Het afgelopen jaar zijn verschillende buurtpresentaties en voorlichtingen gehouden. Heel succesvol is daarbij de kleinschalige voorlichting gebleken per straat. Met de Opzoomerbus werden 6 straten bezocht waar bijna één op één voorlichting aan bewoners kon worden gegeven. Dit gebeurde steeds op basis van signalen dat het nodig was. Gezien het succes wordt dit in 2001 voortgezet en verder ontwikkeld.

Gebieden met een aangekondigde verhuurstop in 2004

Dit betreft grote gebieden in Oudeland (in de buurtindeling buurt 3) en de Lampreibuurt in de Meeuwenplaat. Het afgelopen jaar is de onrust in deze gebieden toegenomen en de behoefte aan aandacht en aan goede voorlichting.

In Oudeland zijn deze signalen door de buurtgerichte benadering naar boven gekomen en versterkt door de maquette van de nieuwe wijk, waarop veel bewoners zagen dat hun huidige woning verdwenen was. Dit maakte duidelijk dat het echt ging gebeuren en dat 2004 veel dichter bij was dan ze gedacht hadden. In eerste instantie is hier op gereageerd door kleinschalige voorlichting en buurtavonden, waarmee veel misvattingen uit de wereld zijn geholpen. De methode van verhuurstop vereis regelmatig uitleg, die continu herhaald moet worden. Activiteiten: buurtbijeenkomsten over de monitor, met de opzoomerbus de buurt in, inzet van de Senioren Brigade.

De Lampreibuurt is een relatief grote buurt waar de spanningen onder andere toenemen door snelle instroom van nieuwe bewoners. De buurt die
3 jaar geleden nog vrijwel geheel bewoond werd door autochtonen en zich kenmerkte door rust en lage mutatie wordt nu ook bewoond door allerlei verschillende groepen allochtonen en kent een groeiende mutatiegraad. Doordat dit proces zo snel is gegaan eigenlijk niemand de kans om hier een beetje aan te wennen. De onderlinge spanningen nemen dan ook snel toe.

Heel de Buurt zet zwaar in op dit gebied, sinds midden 2000 is de personele inzet verdubbeld en daar is sinds november nog eens extra formatie aan toegevoegd. Drie mensen van Heel de Buurt, die op huisbezoek gaan, bewonersinitiatieven stimuleren, ondersteunen en faciliteren en een buurtnetwerk opbouwen. Ook hier is met beide corporaties afgesproken volgend jaar een buurtnieuwsbrief te ontwikkelen.

Op dit moment wordt samen met de deelgemeente, Maasoevers, Estrade Wonen en politie een beheerplan voor de hele buurt gemaakt. Inzet is `Schoon, heel en veilig' in dit gebied, het opbouwen van een buurtnetwerk en het bevorderen van onderlinge contacten van bewoners. Heel de Buurt levert hierin een belangrijke bijdrage door via huisbezoeken contact te leggen met bewoners, ze te stimuleren tot activiteiten in de buurt (van bankjes schilderen tot middagen voor de kinderen en in gesprek met Dagelijks Bestuur onder een parasol op het binnenterrein), signalen en vragen vertalen in adequaat aanbod en stimuleren van bewonersorganisatie.

Buurten in de verkoop

Voor wat betreft Heel de Buurt gaat het hier vooral om Oudeland (buurt
2), waar 638 woningen in de verkoop zijn. Ongeveer 20% hiervan is reeds verkocht. In deze buurt wordt geëxperimenteerd met een Vereniging van Wijkeigenaren. De vereniging moet directe invloed hebben op het onderhoud in het gebied en op de besteding van beschikbare budgetten. Ze heeft ook zelf budget. De situatie is ingewikkeld omdat er zowel huurders als eigenaren zijn. Om het initiatief een serieuze kans te geven en goed te ontwikkelen wordt in 2001 8 uur ondersteuning aan een initiatiefgroep van bewoners geleverd. Dit is cofinanciering Maasoevers en Heel de Buurt. Daarnaast zal de projectleider Oudeland een belangrijke rol spelen in communicatie met en stimulering van allochtone groepen in de buurt.

Wijkatelier

Het verder ontwikkelen van integraal wijkgericht werken is door de projectleider Oudeland op een aantal manieren in gang gezet, namelijk:
* Wijkpanel, minimaal 2 keer per jaar voor alle professionals die in de wijk werken.

Doel: informeren, afstemmen, ontwikkelen.

* Tienerpanel, 3 tot 4 keer per jaar 15 tieners ( 12-15 jaar) uit een wijk.

Doel: vraag en aanbod, brugfunctie andere tieners in de wijk.
* Jongerenpanel, 3 tot 4 keer per jaar, 15 jongeren (16-24 jaar) uit de wijk.

Doel: vraag en aanbod, brugfunctie

* De Spil, in 2000 gerealiseerd. Pand dat centraal in de wijk is gelegen waar gehuisvest zijn: politie, veiligheidsassistenten, Heel de Buurt, Stichting Welzijn Antillianen, Buurtbemiddeling en Case-management Antillianen. Van de onderlinge synergie wordt veel verwacht.

* Buurtpresentaties van de leefbaarheidsmonitor, 4 keer in mei 2001 samen met wijkbeheer, Maasoevers, welzijnswerk en Bewonersraad.
* Brede School de Notenkraker, de projectleider Heel de Buurt Oudeland is toegevoegd aan het Brede Schoolteam om met zijn kennis van de vraag in de buurt het programma te verbeteren.
* Buurtmoedersoverleg, de projectleider Heel de Buurt Oudeland organiseert een aantal keren per jaar overleg tussen alle buurtmoeders in de wijk. Doel: onderling informeren, afstemmen en vraag in beeld.

* Bewonersorganisatie en allochtone organisatie, de projectleider Heel de Buurt Oudeland heeft regelmatig overleg met de Bewonersraad Oudeland en de allochtone organisaties in de wijk (Turks Islamitische Vereniging, Kolibrie, Marokkaanse groep i.o.).

De in Oudeland gedachte ontwikkeling van één wijkatelier wordt door de praktijk en de vele ontwikkelingen ingehaald. Nu is een ontwikkeling zichtbaar van meerdere ateliers, die nu nog primair bezig zijn met afstemming.

Hiermee wordt de basis gelegd voor de toekomst, immers de wijk, bewoners en de voorzieningen staan voor grote veranderingen. Door nu samenwerking en afstemming te versterken wordt de basis gelegd voor anticiperen op de toekomstige verandering en de toekomstige vraag. De wijk zal de komende 10 jaar continu in verandering zijn, waarbij de vraag verandert en voorzieningen en professionals in de wijk hun aanbod constant dienen aan te passen. Heel de Buurt speelt hierin een belangrijke rol door aan de ene kant de vraag in beeld te blijven brengen en aan de andere kant de professionals op die vraag te organiseren. Een interessante mogelijkheid in de komende jaren is de eventuele nieuwbouw van een wijkvoorziening waarin twee scholen, peuterspeelzaal, kinderopvang en welzijnswerk gehuisvest zullen worden. De intentie van de betrokken partijen is er, de haalbaarheid wordt nu onderzocht. Indien haalbaar kan een voorziening ontwikkeld worden die veranderingen in de toekomst aan kan. Dit vereist ook inhoudelijk keuzes en veranderingen. Vanuit de huidige basis de door Heel de Buurt is ontwikkeld in de wijk kan dit proces worden doorgetrokken en uitgewerkt.

Huisbezoeken

Het project Huisbezoeken wordt voortgezet en is uitgebreid. Vooreerst is deze uitbreiding tot augustus 2001. De uitbreiding is midden 2000 tot stand gekomen door het verkrijgen van een extra subsidie voor 2000 en betreft een verdubbeling van de personele inzet. De huisbezoeken vinden nu plaats in de volgende buurten:

* KoBagebied Meeuwenplaat

* Lampreibuurt Meeuwenplaat

* Troubadourlaan Oudeland

* Dura Coignet ongerenoveerd Zalmplaat

KoBagebied

In het hele gebied is een verhuurstop en de eerste vier flats zijn al gesloopt. In 2001 komen daar zeker nog twee bij. Het project Huisbezoeken gaat in 2001 het derde jaar in. Het is succesvol waar het gaat om: contact leggen, vraag in beeld, buurtactivering en signalering. Waar het gaat om activering en toeleiding naar werk en scholing is het project wel succesvol, maar dat is vooral omdat vanuit het project steeds meer zelf gedaan wordt. In de eerste helft van 2000 zijn voor het eerst meer vervolggesprekken gehouden dan eerste huisbezoeken. Daarmee zij aangegeven dat de problematiek complexer is en meer aandacht behoeft, en dat het moeilijk overdraagbaar blijkt te zijn naar reguliere instellingen. Dat is nu juist wel de bedoeling. De constructie die in 2000 samen met de deelgemeente is gekozen om een medewerker SoZaWe in te huren is onvoldoende effectief gebleken en wordt naar verwachting beëindigd. De projectleider Heel de Buurt en de beleidsmedewerker Werkgelegenheid bezinnen zich op de mogelijkheden. In 2000 is door de deelgemeente een regiegroep en een uitvoeringsgroep Werkgelegenheid ingesteld. Deze structuur moet zich nog bewijzen. De Heel de Buurtmedewerkster Huisbezoeken heeft zitting in de uitvoeringsgroep. Dit komt onderlinge contacten tussen de uitvoeringsorganisaties absoluut ten goede. De projectleider Heel de Buurt heeft zitting in de regiegroep.

Lampreibuurt

Elders uitvoerig beschreven. De inzet van Heel de Buurt is meer dan verdubbeld en wordt net als in het KoBagebied steeds individueler. De combinatie van huisbezoeken en ondersteunen van bewoners die actief willen worden is veel effectiever dan portiek- en flatgesprekken. Met de huidige personele inzet kan deze individuele aanpak ook goed worden neergezet. Hiermee tekenen zich drie lijnen van inzet van Heel de Buurt af, namelijk:

* Individueel huisbezoek en activering

* Opbouwen buurtnetwerk en bewonersorganisatie
* Activiteiten gericht op multiculturele contacten
Gezien de spanningen in de buurt is een Taskforce Lampreibuurt in oprichting. Heel de Buurt is hiervan een essentieel onderdeel, samen met de deelgemeente, twee corporaties en politie.

Troubadourlaan

Gebied met verhuurstop nu in Oudeland en verwachte eerste sloop in 2001. Gezien het succes van de aanpak in het KoBagebied is gekozen voor uitvoer in Oudeland eveneens in een verhuurstopgebied. Door de aanwezigheid van een aparte projectleider Heel de Buurt in Oudeland kan de aanpak goed ingebed worden en de resultaten goed benut worden.

Dura Coignet Zalmplaat

Uitbreiding naar een complex van 304 ongerenoveerde woningen in Zalmplaat die nog zeker acht jaar blijven staan. Omdat het hier goedkope woningen betreft is de verwachting dat hier in de komende jaren soortgelijke spanningen zullen ontstaan als bijvoorbeeld nu in de Lampreibuurt. Door activering en verhoging van betrokkenheid bij de buurt kan de leefbaarheid in positieve zin beïnvloed worden.


1. Educatie en werk


Het Centrum voor Volwasseneducatie is gerealiseerd en in juli 2000 van start gegaan. In hoeverre dit tot maatwerk in Hoogvliet leidt zal zich in 2001 moeten bewijzen. Heel de Buurt heeft hierin een belangrijke rol door het inzicht in de vraag en de effectiviteit van het aanbod via de huisbezoeken.

Onderwijskansenzône Hoogvliet

In april 2000 is het convenant Onderwijskansenzône Hoogvliet getekend door de besturen van het onderwijs (Bo + Vo), Stichting Welzijn, peuterspeelzalen, kinderopvang, jeugdzorg, deelgemeente en gemeente. Daarna is hard gewerkt aan een uitvoeringsplan. Dat is in concept klaar in december en rust op 6 pijlers, namelijk:
* voor- en vroegschoolse educatie

* versterking primaire onderwijs- en leerprocessen
* doorgaande ontwikkelingslijn 0 - 18 jaar
* realiseren adequate zorgstructuur

* ondersteuning ouders, kwantitatieve en kwalitatieve versterking
* verruiming en verbetering naschools aanbod in relatie tot onderwijsachterstandsdoelstellingen

Onderwijskansenzône Hoogvliet is omvangrijk en ambitieus. In het Werkplan 2000 is uitgewerkt hoe Onderwijskansenzône zich verhoudt tot Heel de Buurt aan de hand van de Notenkraker. Die relatie is inmiddels versterkt. In 2000, als het uitvoeringsplan is vastgesteld, kan deze lijn in de Heel de Buurtwijken verder worden uitgewerkt. Heel de Buurt zal daar een belangrijke rol in spelen vanwege het inzicht in de vraag en de behoefte aan maatwerk.


1. Vangnet en zorg


Voortzetting van de in het Werkplan 2001 beschreven aandachtsgroepen en activiteiten. Er zijn een paar ontwikkelingen:
* Zwaan Kleef Aan; inmiddels is bekend dat de voorziening wordt uitgebreid

* Jonge (Antilliaanse) Moedersproject; voortzetting en uitbreiding van het project. Heel de Buurt is actief in het netwerk en in toelevering

* Case Management Antillianen en Sluitenede Aanpak Jongeren; worden voortgezet in 2001

* Maatschappelijke dienstverlening; wordt doorgelicht en in 2001 waarschijnlijk versterkt om wachtlijsten Bureau Raadslieden weg te werken

* Senioren Brigade; start (elders beschreven)
Al deze projecten zijn op de Hoogvlietse schaal gerealiseerd, maar zijn voor Heel de Buurt van wezenlijk belang en soms, zoals in het geval van de Senioren Brigade, ontwikkeld door Heel de Buurt. Veelal betreft het specifieke deskundigheid en hulpverlening waarvan de schaal van de buurt als organisatieniveau te klein is. Het is wel noodzakelijk. In vrijwel alle gevallen betreft het individuele trajecten die mensen weer zelfredzaam maken. Heel de Buurt benut deze voorzieningen in de buurt en draagt bij tot effectieve inzet.


1. Gunstig vestigingsklimaat


Hierin is ten opzichte van het Werkplan 2000 niets veranderd.