http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=407383
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Ministerie van Buitenlandse Zaken Directie Sub-Sahara Afrika Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 17 januari 2001 Auteur Gerda Dommerholt
Kenmerk DAF 01/012 Telefoon +31-(0)70-3486002
Fax +31-(0)70-3486607
E-mail gerda.dommerholt@minbuza.nl
Betreft Beantwoording vragen van de leden Karimi, Koenders en Ter Veer over Tsjaad oliegeld-wapens
Zeer geachte Voorzitter,
Onder verwijzing naar de brief van de Griffier Uwer Kamer d.d. 20 december jl., kenmerk 2000103940, waarbij gevoegd waren de door de leden Karimi, Koenders en Ter Veer overeenkomstig artikel 134 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer bij U ingediende vragen, heb ik de eer U, mede namens de Minister van Financiën, als bijlage dezes ons antwoord op de gestelde vragen te doen toekomen.
Antwoord van mevrouw Herfkens, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, mede namens de heer Zalm, Minister van Financiën, op vragen van de leden Karimi , Koenders en Ter Veer
Vraag 1
Kent u het bericht uit de Volkskrant van 24 november 2000 "Tsjaad koopt wapens met oliegeld van Exxon"?
Antwoord
Ja, het bericht in de Volkskrant van 24 november 2000 is mij bekend. Maar ik wil eraan toevoegen dat het betalen van de bonus alleen betrekking had op de oliemaatschappijen Chevron en Petronas. Zij betaalden een bonus omdat zij zich later bij het consortium aangesloten hebben en daardoor geen bijdrage hadden geleverd aan de kosten van de eerste investeringen die door Exxon gefinancierd zijn.
Vraag 2
Klopt het bericht dat Tsjaad, met een wapenaankoop van 3 miljoen dollar verkregen uit de bonus van het olieconsortium, de belofte breekt dat het land alleen met toestemming van de Wereldbank geld zal uitgeven van de olie-inkomsten van het Tsjaad-Kameroen-oliepijpleidingproject?
Antwoord
In overleg met de Wereldbank heeft de regering van Tsjaad een formeel
vastgelegd raamwerk aanvaard (de "revenue management law"), dat bepaalt dat
10% van de royalties en dividenden gereserveerd wordt voor toekomstige
generaties en dat 90% mag worden uitgegeven. Van het te spenderen gedeelte
zal 80% moeten worden aangewend voor ontwikkeling en armoedebestrijding in
de sociale sectoren (gezondheid, onderwijs en plattelandsontwikkeling), zal
5% worden gereserveerd voor de ontwikkeling van de olie-regio Doba en zal
15% ongeoormerkt toevallen aan het nationale budget. Dit raamwerk was de
voorwaarde voor de Wereldbank om in het project te gaan participeren.
De bonus van US$ 25 miljoen van de oliemaatschappijen behoort strikt genomen
niet tot de middelen waarop de raamwerk-overeenkomst van toepassing is, maar
de President van Tsjaad heeft in mei 2000 toegezegd dat het daarvoor toch
zou gelden.
Deze belofte is Tsjaad niet nagekomen. Het bedrag dat aan wapens besteed is,
zou uiteindelijk US$ 4,5 miljoen kunnen bedragen. De Wereldbank zegt niet
alleen erg bezorgd te zijn over deze uitgaven, maar ook over het feit dat de
besteding niet op een transparante wijze verlopen is.
Vraag 3
Zo ja, wat heeft de Wereldbank ondernomen om een schending van de afspraak
in de toekomst te voorkomen?
Antwoord
De Wereldbank heeft op diverse niveau's haar ongenoegen uitgesproken, onder
meer tijdens een bezoek aan Tsjaad door de Vice-President van de Bank in
oktober jl. en door middel van een samen met het IMF opgestelde brief, in
vervolg op een gezamenlijke missie. In deze brief heeft de Wereldbank o.a.
verzocht om verdere besteding van de bonusgelden stop te zetten en in de
toekomst ten aanzien van alle overheidsuitgaven voor transparantie zorg te
dragen De overheid van Tsjaad heeft hiermee inmiddels ingestemd. Totdat aan
de verzoeken van de Wereldbank volledig is tegemoet gekomen, is
HIPC-schuldverlichting echter tijdelijk gestaakt. Voor het
pijpleidingsproject heeft de Wereldbank overigens nog geen middelen
overgemaakt. Op dit moment heeft de regering van Tsjaad toegezegd om
volledig openheid van zaken te geven in de besteding van de 60% van de bonus
die de olie-maatschappijen tot nu toe hebben uitgekeerd. Men gaat ervan uit
dat de alsnog uit te keren 40% van de bonus op een transparantere wijze
besteed zal worden.
Vraag 4
Bent u bereid er bij de Wereldbank op aan te dringen dat de controle op het
nakomen van de afspraken te verbeteren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord
De situatie in Tsjaad en de ontwikkelingen rond het pijpleidingsproject
worden via de Nederlandse bewindvoerder bij de Wereldbank kritisch gevolgd.
Nederland was de drijvende kracht achter de instelling van een International
Advisory Group (IAG) als voorwaarde voor Wereldbank betrokkenheid bij het
project. De IAG zal met ingang van dit jaar de implementatie van het project
monitoren.
De Nederlandse bewindvoerder bij de Wereldbank had zijn zorg over de gang
van zaken rond de kwestie van de wapenaankopen reeds vóór uw vragen
aangekaart bij het management van de Wereldbank en de zaak is onderwerp van
discussie geweest binnen de Wereldbank.
Vraag 5
Indien Tsjaad nogmaals haar belofte schendt, bent u dan bereid er bij de
Wereldbank op aan te dringen om zich terug te trekken uit het project?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord
Mocht Tsjaad zich nogmaals niet aan de afspraken houden, dan zal ik de
Nederlandse bewindvoerder verzoeken een niet mis te verstane kritische
positie in de discussie in te nemen, gebaseerd op de situatie in Tsjaad op
dat moment en eventuele mogelijkheden die zich dan voordoen.
Kenmerk
Blad /5
===