Bilthoven, 23 januari 2001
VOSSENLINTWORM IN GRONINGEN
VPR/01/2001
Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) heeft een
onderzoek afgerond naar het voorkomen van de vossenlintworm in
Groningen. Hieruit blijkt dat 9,4% van de onderzochte vossen besmet is
met deze parasiet. Dit is vrij gering in vergelijking met het
percentage besmette vossen dat gevonden wordt in Centraal Europa, het
gebied waar van oudsher het voorkomen van de vossenlintworm bekend is.
In 1996 verrichtte het RIVM al een onderzoek in opdracht van de
Veterinaire Hoofdinspectie, de tegenwoordige Keuringsdienst van Waren.
Uit dat onderzoek bleek dat vossen in Groningen en Zuid-Limburg besmet
waren met de vossenlintworm, Echinococcus multilocularis. In 1998
startte het RIVM daarom een vervolgonderzoek in Groningen om te
bepalen welk percentage van de vossen besmet is. Dit onderzoek is nu
afgerond.
Tien van de 106 onderzochte vossen (9,4%) bleken besmet met deze
lintwormen. Deze parasiet is de oorzaak van een ernstige
leveraandoening bij de mens, alveolaire echinococcose genaamd. Hoewel
het infectierisico waarschijnlijk vrij gering is, valt niet uit te
sluiten dat mensen besmet raken. Via de mest van besmette vossen komen
de eitjes van de parasiet in het milieu terecht. Deze kunnen
toevalligerwijze via de mond opgenomen worden en zo mensen besmetten.
Tot nu toe zijn er in Nederland bij mensen echter geen gevallen
geconstateerd van de ziekte alveolaire echinococcose, in Nederland
opgelopen.