Kamervragen en antwoorden
Bij opgravingen gevonden lijken van gesneuvelden uit de Tweede Wereldoorlog
23-01-2001
1.Heeft u kennis genomen van de opgravingen langs de Bergse Maas bij
Waalwijk waarbij veel lijken van gesneuvelden uit de Tweede
Wereldoorlog worden gevonden? (Algemeen Dagblad, 7 november jl)
1. Ja
2.Op grond van welke gedragsverplichtingen en/of internationale
afspraken of gewoonten wordt kennelijk tot op dit moment terzake van
het teraardebestellen van gesneuvelden en inlichten van nabestaanden
een onderscheid gemaakt tussen respectievelijk Duitse en Geallieerde
gesneuvelden?
3.Meent u dat een zodanig verschil in behandeling nog altijd te
rechtvaardigen is?
4.Wilt u bezien of de nabestaanden van gesneuvelde Duitsers kunnen
worden geïnformeerd op een wijze die vergelijkbaar is met de
respectvolle manier waarop de nabestaanden van gesneuvelde
geallieerden worden geïnformeerd?
5.Wilt u eveneens bezien of de wijze van teraardebestelling op een
gelijke manier kan worden uitgevoerd?
2, 3, 4 en 5. Het humanitair oorlogsrecht, waaronder de Verdragen van
Genève, legt op voormalig strijdende partijen een algemene plicht om
zorgvuldig om te gaan met de stoffelijke resten van in een conflict op
hun grondgebied omgekomen militairen. Op basis hiervan
zijn tussen Nederland en de landen van het Gemenebest (waaronder
Canada), de Verenigde Staten alsmede Duitsland afspraken gemaakt over
de melding inzake het aantreffen en het overdragen van stoffelijke
resten van tot deze landen behorende militairen die in Nederland
worden gevonden.
Kern van deze afspraken is dat de Bergings- en Identificatiedienst van
de Koninklijke Landmacht (BIDKL) de vondst en eventuele positieve
identificatie van gevonden stoffelijke resten meldt aan de door het
betreffende land aangewezen nationale instantie. Aan deze instantie
worden ook de stoffelijke resten overgedragen. Vervolgens bepaalt die
nationale instantie of en hoe nabestaanden worden geïïnformeerd en
waar en op welke wijze de teraardebestelling plaatsvindt. Het
informeren van eventuele nabestaanden en de teraardebestelling is een
verantwoordelijkheid van de door het betreffende land aangewezen
autoriteiten. Nederland heeft terzake geen verdere rol of
bevoegdheden.