De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
VVM 01.282a-dir
datum
24-01-2001
onderwerp
kamervragen van Atsma en Schreijer-Pierik (CDA)
doorkiesnummer
bijlagen
1
Geachte Voorzitter,
Naar aanleiding van de kamervragen van de leden Atsma en Schreijer-Pierik (beiden CDA) over Duitse runderen in Nederlandse slachterijen (kamervraag nummer 2000104770), bericht ik u het volgende.
up
datum
24-01-2001
kenmerk
VVM 01.282a-dir
bijlage
1.
Traditioneel worden in de Nederlandse slachterijen op jaarbasis
aanzienlijke aantallen Duitse runderen geslacht. Nadat bekend was
geworden dat in Nederland de kosten van het testen op BSE voorlopig
voor rekening van de overheid zouden komen zijn signalen opgevangen
dat met name vanuit Duitsland een vergrote stroom runderen ter
slachting in Nederland zou worden aangeboden. Gedurende de eerste 3
weken zijn in Nederland ongeveer 14.000 runderen uit Duitsland ter
slachting aangeboden. In januari, november en december 2000 waren dit
er respectievelijk ongeveer 6000, 8000 en 10.000.
2.
Vanaf 1 juli 2001 of zoveel eerder indien de testcapaciteit daartoe
toereikend is, zijn de lidstaten verplicht om alle runderen, ouder dan
30 maanden, bij de slacht te testen op aanwezigheid van BSE, voor niet
geteste dieren staat in betrokken lidstaten de mogelijkheid open tot
opkoop (voor destructie). In Nederland was vanaf 1 januari 2001
voldoende capaciteit aanwezig om alle runderen, ouder dan 30 maanden,
te testen. Alleen vlees van dieren waarbij de test een negatief
resultaat heeft mag op de markt worden gebracht. Dit houdt in dat ook
alle Duitse runderen ouder dan 30 maanden in Nederland op BSE worden
getest als deze in Nederland worden geslacht.
3.
Bij de problematiek rondom het Duitse slachtvee speelde de vraag dat,
in het licht van het gegeven dat in Nederland voor het testen niet
behoeft te worden betaald, een additionele stroom Duitse
slachtrunderen naar Nederland op gang zou komen. Vanuit het
gezichts-punt dat in Nederland te slachten Duitse runderen niet anders
zouden moeten worden behandeld dan wanneer ze in Duitsland zelf ter
slacht worden aangeboden heb ik besloten onder andere voor in
Nederland geslachte Duitse runderen de kostprijs van het monstername-
en testproces aan de aanbieders in rekening te brengen. Tevens wordt
daarmee bereikt dat de situatie op de slachterijen uit veterinair
oogpunt beheersbaar blijft.
4.
De situatie in Duitsland t.a.v. de kosten voor de BSE-testen zijn
complex. In Nordrhein-Westfalen bijvoorbeeld vergoedt de deelstaat een
klein deel van de kosten, Baden-Württemberg betaalt de gehele kosten,
terwijl in andere deelstaten het bedrijfsleven de totale kosten moet
dragen. Zoals reeds aangegeven is de maatregel om de kosten van het
testen van in Nederland geslachte buitenlandse runderen in rekening te
brengen juist bedoeld om verstoringen van de markt te voorkomen. Ik
heb overigens geen aanwijzingen dat de veehandel of de Nederlandse
boeren problemen hebben bij het ter slachting aanbieden van hun vee.
5.
Alle in Nederland geslachte runderen ouder dan 30 maanden worden op
BSE getest, dus ook de runderen die uit andere lidstaten of derde
landen worden geïmporteerd. Het rijk betaalt tot 31 maart 2001 de
kosten voor deze testen. Een uitzondering wordt daarbij gemaakt voor
runderen uit Denemarken, Duitsland, Frankrijk, Portugal en Spanje;
hiervoor wordt de kostprijs in rekening gebracht.
Het totaal van de kosten voor monstername en testen bedraagt per rund fl. 204,30, inclusief BTW. Dit bedrag behelst de kosten voor de testmaterialen, de monstername, het transport van de monsters en het uitvoeren van de test door het ID-Lelystad. Van deze kosten wordt een deel gefinancierd door de Europese Unie. De Europese financiële bijdrage is als volgt opgebouwd: voor het testen van in beginsel gezonde runderen ouder dan 30 maanden wordt een bedrag van maximaal 15 euro per test vergoed en voor het testen van risicodieren ouder dan 30 maanden een bedrag van maximaal 30 euro per test. Dit bedrag betreft alleen de aankoopkosten voor de testkit en de reagentia. Berekening van deze kosten leidt ertoe dat voor het testen van een gezond buitenlands rund een tarief moet worden betaald van fl. 171,24 en voor het testen van een buitenlands rund, met ziekteverschijnselen, een tarief van fl. 163,93. Deze tarieven zijn niet van toepassing op geslachte runderen, afkomstig uit andere lidstaten, die al meer dan 30 dagen voor het aanbieden voor de slacht in Nederland verbleven.
6.
Krachtens de Europese regelgeving dient het testen plaats te vinden
onder verantwoordelijkheid van het nationaal referentielaboratorium.
In Nederland is dat ID-Lelystad. Zoals u in de brief van 12 december
2000 is gemeld, is het ook deze organisatie die vooralsnog alle
BSE-tests uitvoert en waarvan dus ook gewaarborgd was en is dat de
testen overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen worden uitgevoerd. Aan
deze aanpak lag ook mede het praktische argument ten grondslag dat op
zeer korte termijn een enorme opschaling moest plaatsvinden, onder
gelijktijdige waarborging van die zorgvuldigheid. Op dit moment wordt
nader onderzocht welke procedure en welke criteria en voorwaarden bij
een eventuele "open inschrijving" van toepassing zouden zijn. Ik
streef ernaar u hierover op korte termijn nader te berichten.
De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,
mr. L.J. Brinkhorst
up
datum
kenmerk
bijlage
Vragen
Vragen van de leden Atsma en Schreijer-Pierik (beiden CDA) aan de
minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij over Duitse runderen
in Nederlandse slachterijen. (Ingezonden 18 januari 2001)
1
Is het waar dat de laatste weken op grote schaal Duits vee aan
Nederlandse slachterijen wordt aangeboden? Zo ja, om welke aantallen
gaat het?
2
Wordt in veel gevallen het Duitse vee in Nederland op BSE getest als
het in Nederland wordt geslacht?
3
Bent u ook van mening dat het niet de taak van de Nederlandse overheid
is om het op BSE-testen van Duits slachtvee te financieren? Zo ja,
zijn er mogelijkheden om dit tegen te gaan?
4
Is het waar dat in delen van Duitsland de slachterijsector de kosten
van de BSE-testen moet betalen en dat dit leidt tot lagere prijzen
voor het slachtvee? Is dit mogelijk één van de oorzaken van het
toenemende aanbod Duitse slachtvee in de Nederlandse slachterijen?
Bent u van mening dat dit een vorm van oneerlijke concurrentie is voor
zowel de veehandel als de Nederlandse boeren die vee ter slachting
aanbieden en het nu niet of moeilijk kunnen verkopen? Bent u bereid
hier iets aan te doen?
5
Kunt u een overzicht geven van de import sedert 1 januari van
(slacht)rundvee en rundvlees uit andere EU-landen en 'derde' landen?
Kunt u voorts aangeven op welke wijze het betreffende vee en vlees
wordt getest en hoe dit wordt gefinancierd?
6
Bent u van plan het uitvoeren van BSE-testen behalve bij ID-Lelystad
in de nabije toekomst ook elders in het land te stimuleren en toe te
staan? Bent u van mening dat bijvoorbeeld de vestigingen van de
Gezondheidsdienst voor Dieren te Deventer, Boxtel en Drachten daartoe
wellicht mogelijkheden kunnen bieden?