Gezamenlijke verklaring van de Regering van de Republiek Sudan en de Europese Unie Press Release: Brussels (08-12-2000) - Press: 498 - Nr: 14839/00
Brussel, 8 december 2000
14839/00 (Presse 498)
P 199/00
(OR. fr)
Gezamenlijke verklaring van de Regering van de Republiek Sudan
en de Europese Unie
De Europese Unie en Sudan zijn in november 1999 voor één jaar een
politieke dialoog (de "hernieuwde dialoog") aangegaan om de
ontwikkelingen die in Sudan aan de gang zijn op het gebied van de
democratisering, de mensenrechten, de rechtsstaat, de strijd tegen het
terrorisme en het vredesproces, alsook de betrekkingen met de
buurlanden, te bespreken.
In dat verband zijn er vijftien vergaderingen geweest tussen de
vertegenwoordigers van de EU-lidstaten en van de Commissie die in
Khartoem resideren of geaccrediteerd zijn en de Sudanese autoriteiten.
De discussies zijn vastgelegd in een gezamenlijk werkdocument waarin
latere evoluties nog kunnen worden verwerkt.
De lidstaten van de Europese Unie en Sudan beoordelen na één jaar deze
dialoog als positief want dank zij de dialoog is in een sfeer van
vertrouwen het wederzijds begrip gegroeid.
De Europese Unie en Sudan hebben derhalve besloten de dialoog met een
jaar te verlengen en daarbij in bredere zin te gaan nadenken over de
toekomst van de betrekkingen tussen Europa en Sudan, met in het
verschiet volledige normalisering van de betrekkingen en integrale
hervatting van de ontwikkelingshulp.
De Europese Unie is bereid de financiering van programma's die een
directe relatie hebben met de onderwerpen van de dialoog
(mensenrechten, democratisering en rechtsstaat enz.) te bestuderen.
In dat verband wil de Europese Unie onverwijld een uit het 6e EOF gefinancierd rehabilitatieprogramma ("humanitair plus") van 15 miljoen euro uitvoeren. Door dit programma, dat een einde moet maken aan een strikt humanitaire logica, zouden de begunstigde bevolkingsgroepen minder afhankelijk moeten worden van spoedhulp.
De Europese Unie en Sudan zijn verder overeengekomen dat de dialoog voortaan hoofdzakelijk over kwesties zal gaan die te maken hebben met het vredesproces in Zuid-Sudan, de mensenrechten
en de democratisering en met de openbare vrijheden. De Europese Unie bestudeert de mogelijkheid om de dialoog in te bedden in de Overeenkomst van Cotonou, meer bepaald artikel 8, al sluit zij andere vormen van overleg in het kader van die overeenkomst niet uit.