Van Gisbergen (LTO Varkenshouderij) in reactie op LEI-rapport:
Boer in varkensarme regio wil ruimte voor bedrijfsontwikkeling
Maandag 29 januari 2001 - Varkenshouders in gebieden met relatief weinig varkens moeten betere mogelijkheden krijgen om hun bedrijf te ontwikkelen. Door bijvoorbeeld de handel in varkensrechten mogelijk te maken of minder rigide regels op het gebied van ruimtelijke ordering, krijgen deze veehouders niet alleen meer perspectief voor hun onderneming, maar ook meer ruimte om duurzaam te produceren. Dit zegt voorzitter Chris van Gisbergen van de vakgroep LTO Varkenshouderij in een reactie op het LEI-rapport 'Varkenshouderij in niet-concentratiegebieden; op weg naar duurzaamheid'.
Het aantal varkens in ons land loopt terug: van 14,5 miljoen medio jaren negentig tot 13 miljoen in 2000. LTO-Nederland gaat er vanuit, dat het aantal varkens de komende jaren door een reeks oorzaken (o.m. markt, opkoopregelingen, minder dieren bij handel in quota) verder zal teruglopen. Uitbreiding van het aantal dieren op bedrijfsniveau is alleen mogelijk als elders de productie wordt ingekrompen.
De varkenshouderij is in ons land sterk geconcentreerd: zo'n 80
procent van de bedrijven (met 84 procent van de productie) bevindt
zich in Midden- en Oost-Brabant, Noord-Limburg, Gelderland en
Overijssel. Elders in het land, waar de varkensbedrijven naar
verhouding kleiner zijn en minder gespecialiseerd, zijn provincies en
gemeenten lang bevreesd geweest voor een roze invasie. Hierdoor gelden
vrijwel overal starre regels, waardoor bestaande bedrijven in hun
ontwikkeling worden geremd.
Volgens Van Gisbergen legt het LEI de vinger op de zere plek: in de
varkensarme gebieden moeten andere regels gelden dan in de
concentratiegebieden. 'Om varkensbedrijven verder te kunnen
ontwikkelen zijn varkensrechten nodig. Deze rechten zijn in deze
varkensarme gebieden schaars. Het verhandelbaar maken van
grondgebonden varkensrechten zal zeker bijdragen aan een oplossing',
meent de vakgroepvoorzitter. Zijn organisatie zal dit punt, met dit
LEI-rapport in de hand, aankaarten bij de politiek en overheid.
Van Gisbergen heeft het LEI-rapport vanmiddag in Den Haag overhandigd
aan voorzitter Pieter ter Veer van de Tweede Kamercommissie LNV. Het
in opdracht van de vakgroep LTO Varkenshouderij uitgevoerde onderzoek
komt voort uit de behandeling van de Wet Herstructurering
Varkenshouderij, eind 1997 in de Tweede Kamer. In een motie is de
regering toen gevraagd om aanvullende maatregelen te formuleren
waarbinnen de varkenshouderij in de niet-concentratiegebieden zich
duurzaam zou kunnen ontwikkelen.
Dat duurzaam ondernemen wordt ook vaak gefrustreerd door strenge
regels in de ruimtelijke ordening; gemeenten en provincies hebben de
varkensbedrijven als het ware op slot gezet. Volgens Arie Geijsel,
voorzitter van de vakgroep NLTO Varkenshouderij, zijn die beperkende
maatregelen onterecht: 'Juist in de varkensarme gebieden zijn de
regels in de ruimtelijke ordening over het algemeen veel strenger dan
in de concentratiegebieden. Dat klopt niet, omdat wij juist de ruimte
hebben en zonder milieuproblemen meer dieren kúnnen houden'.
Geijsel noemt het de hoogste tijd dat de regels, die bedrijven in
gebieden op slot hebben gezet, worden aangepast. Bij maatwerk voor
bedrijfsontwikkeling snijdt het mes volgens hem aan twee kanten: de
varkenshouderij wordt meer over het hele land gespreid en per saldo
zijn voordelen te behalen op het gebied van milieubelasting en
dierenwelzijn; bij uitbreiding moet gebouwd worden met een groen
label, terwijl de laatste welzijnsnormen in een keer op het bedrijf
moeten worden doorgevoerd.
Een opvallende conclusie in het rapport gaat over de afzet van
dierlijke mest. Juist in de niet-concentratiegebieden is er letterlijk
ruimte voor structurele mestafzet en één-op-één-relaties. Door een
vereenvoudiging van het MINAS-systeem kunnen bij de mestafzet vaste
afspraken worden gemaakt tussen aanbieder en afnemer. 'Wij zouden hier
het liefst een proef voor opzetten', aldus Geijsel, 'maar dan moet
daar wel draagvlak voor zijn bij overheid en politiek'.
Nadere informatie: Dirk Hylkema (tel. 0512-305000) en Arie Geijsel
(tel. 0516-421865)
Wilt u hierop reageren? Stuur dan uw e-mail naar: info@lto.nl
(Auteur: LTO-Nederland)