30/01/2001
PERSBERICHT
PREMIES IN DE DIERLIJKE SECTOR - CAMPAGNE 2001
De Minister van Landbouw en Middenstand wenst de
producenten-rundveehouders in kennis te stellen van de
premievoorwaarden en modaliteiten voor de verschillende
premieregelingen in de dierlijke sector met betrekking tot de
campagne 2001.
1) PREMIE "MANNELIJKE RUNDEREN"
De premie voor mannelijke runderen kan worden aangevraagd voor stieren
en voor ossen.
Belangrijkste premievoorwaarden :
* Stieren :
+ éénmalige premie;
+ minimum leeftijd 7 maand;
+ verplichte minimale aanhoudingsperiode 2 maand.
* Ossen :
+ minimum leeftijd 7 maand en maximum leeftijd 19 maanden voor
de 1ste premie;
+ minimum leeftijd 20 maand voor de 2e premie;
+ verplichte minimale aanhoudingsperiode 2 maand.
* maximaal 6 aanvragen (stieren en ossen samen) per producent, per
bedrijf en per campagne;
* het individuele plafond van maximaal 90 geprimeerde runderen
(stieren en ossen samen) per leeftijdscategorie, per producent en
per bedrijf blijft behouden;
* een proportionele vermindering per Gebied van het aantal
premiegerechtigde mannelijke runderen wordt toegepast in geval van
overschrijding van het regionale plafond, zijnde 123.042 premies
voor Gebied I (noord') en 112.107 voor Gebied II (zuid').
Modaliteiten
* nieuwe aanvraagformulieren voor de campagne 2001 werden vóór
01/01/2001 automatisch naar de producenten-rundveehouders
toegestuurd;
* oude aanvraagformulieren zijn niet meer geldig vanaf 01/01/2001;
* blanco aanvraagformulieren kunnen steeds worden aangevraagd bij de
Provinciale Bureaus van het Ministerie van Middenstand en
Landbouw;
* de premieaanvragen dienen vergezeld te zijn van de originele
paspoorten van de betrokken runderen;
* de uiterste indieningsdatum van de premieaanvragen voor de
campagne 2001 zal ten gepaste tijde in een afzonderlijk
persbericht worden meegedeeld.
Betaling
* een voorschot op de premie wordt voorzien rond eind november 2001;
* het saldo wordt uitbetaald rond eind maart 2002;
* het premiebedrag voor de campagne 2001 bedraagt 7.462 BEF
(185 EUR) per stier en 5.486 BEF (136 EUR) per os.
2) PREMIE VOOR ZOOGKOEIEN
Premiequota
De herzieningen van premiequota voor jonge landbouwers die tijdens de
campagne 2000 werden aangevraagd, werden toegekend aan de jonge
landbouwers die aan alle voorwaarden voldoen. Aan deze landbouwers
werd 40 % van de aangevraagde herziening toegekend en zij werden
hiervan in de loop van januari 2001 schriftelijk op de hoogte
gebracht. Deze herzieningen gelden voor de campagne 2000.
Het verlies van premierechten op basis van niet-gebruik na afloop van de campagne 2000 werd eind januari 2001 aan de betreffende producenten schriftelijk medegedeeld. De verloren premierechten kunnen tijdens de campagne 2001 niet meer worden overgelaten aan een andere producent.
Overdrachten van premierechten voor de campagne 2001
Aanvragen voor overdracht van premierechten m.b.t. de campagne 2001
kunnen ingediend worden met ingang van 1 februari 2001 tot en met
28 februari 2001.
De formulieren kunnen vanaf einde januari 2001 worden bekomen bij de
Provinciale Bureaus van het Ministerie van Middenstand en Landbouw.
Een uitvoerig persbericht met de specifieke voorwaarden voor overdracht wordt eind januari 2001 gepubliceerd.
De aandacht van de producenten wordt gevestigd op de volgende
belangrijke aspecten :
* tijdelijke overdrachten zijn niet mogelijk voor de campagne 2001;
(alle overdrachten voor 2001 zijn definitief);
* bij overdracht van premierechten die niet gepaard gaat met een
volledige bedrijfsovername wordt bij de overnemer een afhouding
van 1 % uitgevoerd voor de nationale reserve;
* overdrachten tussen de zones probleemgebied' en
niet-probleemgebied' worden ook voor de campagne 2001 niet
toegestaan.
De producent met een premiequotum van meer dan 7 rechten dient zijn
premiequotum tijdens de campagne 2001 voor minstens 90 % te gebruiken.
De producent met maximaal 7 premierechten dient deze 90 % te
respecteren tijdens minstens één van twee opeenvolgende campagnes.
Voor beide gevallen wordt een premierecht als "gebruikt" beschouwd
indien het premierecht werd uitbetaald.
Premieaanvragen 'zoogkoeien'
De indieningsperiode voor de premieaanvragen 'zoogkoeien' voor de
campagne 2001 loopt van 1 mei 2001 tot en met 30 september 2001.
Een uitvoerig persbericht met de specifieke premievoorwaarden zal
begin mei 2001 worden gepubliceerd. Hierna worden een aantal
belangrijke aspecten toegelicht :
* voor de campagne 2001 wordt geen plafond melkquotum toegepast;
* de premie kan worden aangevraagd voor zoogkoeien én voor vaarzen.
Het aantal vaarzen dat in de premieaanvraag kan worden aangegeven mag
echter nooit meer dan 20 % bedragen van het totaal aantal voor de
premie aangegeven runderen. Steeds zal er slechts voor maximum 20 %
vaarzen premie worden uitbetaald.
Tijdens de verplichte aanhoudingsperiode van 6 maanden is vervanging
mogelijk op volgende wijze :
* zoogkoeien kunnen vervangen worden door andere zoogkoeien of door
vaarzen;
* vaarzen kunnen vervangen worden door andere vaarzen of door
zoogkoeien;
* gedurende de gehele aanhoudingsperiode mag het aantal vaarzen niet
meer dan 20 % bedragen van het totaal aantal voor de premie
aangegeven runderen.
Definities
'zoogkoe' : een koe van een vleesras of verkregen door kruising met
een vleesras, die behoort tot een beslag dat wordt gebruikt voor het
opfokken van kalveren voor de vleesproductie;
'vaars' : een vrouwelijk rund vleesras van ten minste acht maanden,
behorend tot een vleesras of verkregen door kruising met een vleesras,
dat nog niet heeft gekalfd;
* een aangegeven zoogkoe moet minstens 1 keer hebben gekalfd op het
ogenblik van de indiening van de premieaanvraag;
* aangekochte zoogkoeien en vaarzen moeten steeds op het bedrijf van
de premieaanvrager kalven en mogen bovendien nog niet ontvankelijk
zijn geweest in een premieaanvraag voor de campagne 2001 van een
andere producent;
Betaling
Het premiebedrag voor de campagne 2001 bedraagt 9.357 BEF (232 EUR)
per zoogkoe of vaars. Dit bedrag zal worden aangevuld met een extra
betaling op basis van de beschikbare nationale enveloppe (ca.
2.150 BEF of 53,29 EURO per zoogkoe of vaars).
3) ALGEMEEN
De premietoekenning voor de stelsels mannelijke runderen' en
zoogkoeien' wordt beperkt tot het aantal beschikbare grootvee-eenheden
(GVE) berekend op basis van een veebezettingsgetal van maximum
2 GVE/ha voedergewassen;
Ter bepaling van het aantal beschikbare GVE wordt rekening gehouden
met :
enerzijds :
het aantal melkkoeien (in GVE) dat nodig is voor de productie van de
referentiehoeveelheid melk;
het aantal ooien (in GVE) waarvoor de premie wordt aangevraagd voor
het jaar 2001, maar beperkt tot het premiequotum ooien';
het aantal mannelijke runderen, stieren en ossen (in GVE) waarvoor de premie wordt aangevraagd voor het jaar 2001; het aantal zoogkoeien en vaarzen (in GVE) waarvoor de premie wordt aangevraagd voor het jaar 2001, maar beperkt tot het premiequotum zoogkoeien';
anderzijds :
de aanvaarde oppervlakte voedergewassen (in ha) uit de
oppervlakteaangifte 2001.
Een producent wordt echter vrijgesteld van de toepassing van het
veebezettingsgetal wanneer het aantal dieren op zijn bedrijf dat in
aanmerking moet worden genomen voor de bepaling van het
veebezettingsgetal, niet groter is dan 15 GVE.
Het veebezettingsgetal van het bedrijf' van 2 GVE/ha dient duidelijk
onderscheiden te worden van het veebezettingsgetal voor extensivering'
dat in rekening wordt gebracht voor een eventuele uitbetaling van het
extensiveringbedrag (zie punt 4).
Opmerkingen :
De omrekening in GVE gebeurt op volgende basis :
* mannelijke runderen en vaarzen ouder dan 24 maanden, zoogkoeien en
melkkoeien stemmen overeen met 1,0 GVE;
* mannelijke runderen en vaarzen tussen 6 en 24 maanden stemmen
overeen met 0,6 GVE;
* ooien stemmen overeen met 0,15 GVE.
De referentiehoeveelheid melk die bij de berekening van het
veebezettingsgetal van het bedrijf voor de GVE-melkkoeien wordt
gehanteerd is het melkquotum (leveringen en/of rechtstreekse verkopen)
waarover de producent beschikt op 31 maart van het premiejaar 2001
(leasing inbegrepen). Het betreft hier het melkquotum van het melkjaar
2000-2001.
Voor producenten die hun melkquotum geheel of gedeeltelijk vrijgeven
via het quotumfonds of overdragen aan andere producenten, met name
melkquotum afstaan of overnemen met ingang van 1 april 2001, wordt het
nieuwe melkquotum op 01/04/2001 als referentie genomen; het
theoretische melkrendement of het werkelijke melkrendement (indien het
bedrijf deelneemt aan de melkcontrole) kan gebruikt worden voor de
berekening van het aantal GVE (melkkoeien) dat nodig is voor de
productie van het melkquotum;
voor de campagne 2001 wordt het theoretische melkrendement per koe
voor België vastgesteld op 5.450 kg of 5.291 liter melk per koe;
4) PREMIE VOOR EXTENSIVERING
Enkel producenten die de premie voor mannelijke runderen' en/of
zoogkoeien' ontvangen, komen in aanmerking voor de
extensiveringpremie.
De premie wordt toegekend op basis van het "veebezettingsgetal voor
extensivering", d.w.z. de verhouding tussen enerzijds het gemiddelde
op jaarbasis van alle runderen van minstens 6 maand oud, aanwezig op
het bedrijf, vermeerderd met de ooien waarvoor de premie is gevraagd
tijdens het lopend jaar; en anderzijds de voor extensivering aanvaarde
oppervlakte voedergewassen (oppervlakte-aangifte 2001).
Modaliteiten
De producent die voor de extensiveringpremie in aanmerking wenst te
komen, dient dit aan te duiden op het formulier van de
oppervlakteaangifte voor de campagne 2001 en er tevens voldoende
voedergewassen (grasland, klaver, voederbieten en luzerne) voor de
premiestelsels ooien', mannelijke runderen' en zoogkoeien' aan te
geven.
De producent dient dus geen formulier voor deelnameverklaring (zoals
voor de campagne 2000) meer in te dienen.
Verdere details met betrekking tot de extensiveringpremie zullen in
het specifieke persbericht over de oppervlakteaangifte worden
gepubliceerd (maart 2001).
Premiebedrag
indien de veebezetting voor extensivering van het bedrijf voor het
kalenderjaar 2001 groter dan of gelijk aan 1,6 GVE/ha en kleiner dan
of gelijk aan 2,0 GVE/ha is, wordt een extensiveringbedrag van
1.331 BEF (33 EUR) uitbetaald per mannelijk en/of vrouwelijk rund
waarvoor m.b.t. de campagne 2001 de premie voor mannelijke runderen'
en/of de zoogkoeienpremie wordt toegekend;
indien de veebezetting voor extensivering van het bedrijf voor het
kalenderjaar 2001 kleiner is dan 1,6 GVE/ha, wordt een verhoogd
extensiveringbedrag van 2.662 BEF (66 EUR) uitbetaald per mannelijk
en/of vrouwelijk rund waarvoor m.b.t. de campagne 2001 de premie voor
mannelijke runderen' en/of de zoogkoeienpremie wordt toegekend;
De betaling is gepland rond eind maart 2002.
5) SLACHTPREMIE VOOR VOLWASSEN RUNDEREN
De slachtpremie kan aan de producenten-rundveehouders, die actief zijn
en die voorafgaandelijk een deelnameverklaring voor het stelsel voor
het slachten van volwassen runderen hebben ingediend, worden
toegekend.
De runderen waarvoor de slachtpremie kan worden toegekend moeten :
* conform zijn geïdentificeerd en geregistreerd in Sanitel;
* minimum 8 maanden oud zijn op het moment dat ze geslacht worden;
* gedurende meer dan 2 maand aangehouden zijn op het bedrijf van de
producent;
* geslacht zijn binnen een periode van minder dan 1 maand na vertrek
bij de producent;
* geslacht zijn in de periode vanaf 1 januari 2001 tot en met
31 december 2001 in een erkend Belgisch slachthuis, in een
slachthuis van een andere EU-lidstaat of levend uitgevoerd zijn
naar een derde land (buiten EU).
Modaliteiten
De producenten die reeds een deelnameverklaring gedurende de vorige
campagne hebben ingediend, dienen geen nieuwe deelnameverklaring voor
de campagne 2001 meer in te dienen. Daarentegen, in die gevallen waar
een bedrijf overgenomen wordt (verandering productie-eenheid of
Sanitel-veebeslag), dient de overnemer zo snel mogelijk een nieuwe
deelnameverklaring in te dienen.
Voor runderen die voldoen aan de premievoorwaarden aan de
premievoorwaarden en die in Belgische erkende slachthuizen worden
geslacht, wordt de premie automatisch aan de rechthebbende producent
toegekend op basis van de in Sanitel geregistreerde gegevens.
Indien runderen geslacht worden in andere E.U.-lidstaten kan de premie
slechts worden uitbetaald nadat door de producent (of door de
uitvoerder) een premieaanvraag, vergezeld van de noodzakelijke
slachtbewijzen, werd ingediend. Speciefieke aanvraagformulieren zijn
beschikbaar bij de Provinciale Bureaus.
Premiebedrag
Voor de campagne 2001 bedraagt de premie 2.138 BEF (53 EUR) per rund.
De betaling gebeurt uiterlijk op 30/06/2002;
Vanaf de campagne 2002 zal het premiebedrag 3.227 BEF (80 EUR) per
rund zijn.
6) SLACHTPREMIE VOOR KALVEREN
Premievoorwaarden
Voor de campagne 2001 blijven de premievoorwaarden dezelfde als voor
de campagne 2000.
De kalveren moeten :
* conform zijn geïdentificeerd en geregistreerd in Sanitel;
* meer dan 1 maand oud zijn op het ogenblik van het slachten;
* minder dan 7 maanden oud zijn op het ogenblik van het slachten;
* gedurende meer dan 1 maand aangehouden zijn op het bedrijf van de
producent indien ze jonger zijn dan 3 maanden op de slachtdatum;
* gedurende meer dan 2 maanden zijn aangehouden op het bedrijf van
de producent indien ze 3 maanden of ouder zijn op de slachtdatum;
* geslacht zijn binnen een periode van minder dan 1 maand na vertrek
bij de producent;
* geslacht zijn in de periode vanaf 1 januari 2001 tot en met
31 december 2001 in een erkend Belgisch slachthuis, in een
slachthuis van een andere EU-Lidstaat of levend uitgevoerd zijn
naar een derde land (buiten de EU);
* een karkasgewicht hebben dat lichter is dan 156,5 kg of een levend
gewicht van minder dan 290 kg hebben in het geval van levende
uitvoer naar derde landen.
Aanvraagmodaliteiten
Om de slachtpremie voor kalveren te bekomen dient de producent in alle
gevallen een formele premieaanvraag in te dienen aan de hand van een
officieel premieaanvraagformulier dat telefonisch kan aangevraagd
worden bij het provinciaal bureau van het Ministerie van Middenstand
en Landbouw (DG 3).
De aanvraag dient vergezeld te zijn van een document met de volledige
slachtgegevens, afgeleverd door het slachthuis, en in geval van
levende uitvoer naar derde landen van een uitvoerdossier, geviseerd
door de douane-autoriteiten.
De slachtpremie kan ook aangevraagd worden voor kalveren die geslacht
worden in een andere EU-lidstaat, na de formele indiening van het
premieaanvraagformulier door de producent of zijn gemandateerde
vertegenwoordiger, minimaal vergezeld van bewijsstukken met volgende
gegevens afkomstig van het betrokken erkende slachthuis: naam en adres
van het slachthuis, identificatie van de dieren, slachtdatum,
slachtgewicht en intern slachtnummer. Enkel kalveren die aan alle
premievoorwaarden voldoen mogen worden aangegeven. De premieaanvraag
dient door de producent of zijn gemandateerde vertegenwoordiger
ingevuld, ondertekend en vervolledigd te worden met gegevens van het
slachthuis en dient aangetekend te worden opgestuurd naar, of tegen
ontvangstbewijs afgeven op, het provinciaal bureau. Het indienen kan
tot maximaal 6 maanden na het slachten van vermelde kalveren maar
moet in ieder geval gebeurd zijn vóór eind februari 2002.
De toekenning van de slachtpremie gebeurt op basis van de gegevens van
de premieaanvraag en na controle ervan in het gegevensbestand van
Sanitel.
Premiebedrag
Voor de campagne 2001 bedraagt het premiebedrag 1.331 BEF (33 EUR) per
kalf. De slachtpremies voor de campagne 2001 worden uitbetaald vóór
30 juni 2002.