31 januari 2001
Psychische bijwerkingen van Lariam komen vaker voor bij magere vrouwen
Psychische bijwerkingen tijdens het gebruik van Lariam, een middel
tegen malaria, treden vaker op bij vrouwen met een laag gewicht. Aldus
de resultaten van een onderzoek door Melanie van Riemsdijk, die
woensdag 31 januari 2001 promoveert aan de Erasmus Universiteit te
Rotterdam op het proefschrift Neuropsychiatrische effecten van
geneesmiddelen tegen malaria. Desondanks blijft Lariam een belangrijk
geneesmiddel tegen malaria. Bij patiënten die tijdens het gebruik
ervan bijwerkingen ontwikkelen moet door de voorschrijvend arts worden
overwogen om een ander, mogelijk minder effectief geneesmiddel tegen
malaria te geven.
Lariam is één van de weinige effectieve middelen voor de preventie van
malaria bij reizigers. Op basis van internationale gegevens over de
bijwerkingen van Lariam zijn de Nederlandse richtlijnen voor de
bescherming tegen malaria enkele jaren geleden aangepast. Hierbij werd
het gebruik van Lariam vooral beperkt tot reizigers die een
aanzienlijke kans lopen op ernstig verlopende malaria. Dat Lariam
psychische bijwerkingen kan veroorzaken was ook bekend uit meldingen
van Nederlandse artsen. Opvallend vaak betroffen deze meldingen
vrouwen. Om duidelijkheid over dit verschil in meldingen tussen mannen
en vrouwen te krijgen besloot de Inspectie voor de Gezondheidszorg tot
een onderzoek dat door de promovendus werd uitgevoerd op de afdeling
Epidemiologie & Biostatistiek van het Erasmus Medisch Centrum te
Rotterdam.
Uit het onderzoek van Van Riemsdijk blijkt dat de bijwerkingen van
Lariam zoals slapeloosheid, onrust en depressie vooral vaker bij
magere vrouwen voorkomen. Omdat malaria een zeer ernstige en
levensbedreigende ziekte is, blijft Lariam een belangrijk middel om de
ziekte te voorkomen. Naar aanleiding van eerdere gegevens uit dit
proefschrift werden de bestaande adviezen reeds aangepast. Wel
benadrukt het Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering dat met
Lariam 3 weken voor de reis moet worden begonnen omdat eventuele
bijwerkingen in 80% van de gevallen in de eerste 3 weken aan het licht
komen.
Promotores: prof.dr. B.H.Ch. Stricker en prof.dr. A. Hofman
Promotie woensdag 31 januari 2001, 9.45 uur
Plaats: Hoboken, Collegezaal 7
Info: bij de promovenda, tel. 06-55541019