Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

31 januari 2001 Nr. 2001/18

Veel uitkeringsgerechtigden overtreden regels

Staatssecretaris Hoogervorst en minister Vermeend van Sociale Zaken en Werkgelegenheid nemen extra maatregelen om overtredingen en fraude in de sociale zekerheid effectiever aan te pakken. Zo worden onder meer het aantal controles uitgebreid. Veertig procent van de ondervraagde bijstandsgerechtigden heeft vorig jaar langere tijd opzettelijk weinig gesolliciteerd terwijl zij wel verplicht waren naar werk te zoeken. Bijna een kwart van de mensen met een WW-uitkering solliciteerde bewust onvoldoende en 16 procent van de ondervraagde WAO'ers heeft niet doorgegeven dat zij zich gezonder voelden dan bij hun keuring en daardoor in staat waren meer te werken.

Dit blijkt uit een onderzoek van het NIPO naar de overtreding van uitkeringsregels door mensen met een WAO-, WW- of bijstandsuitkering en een brief hierover van staatssecretaris Hoogervorst en minister Vermeend van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Tweede Kamer. Het onderzoek zal in de toekomst regelmatig worden herhaald. Tegelijkertijd is aan de Tweede Kamer een evaluatie aangeboden van de Wet Boeten, maatregelen en terug- en invordering Sociale Zekerheid.

De studie heeft betrekking op het niet nakomen van verplichtingen door uitkeringsgerechtigden. Hierbij gaat het om het niet of onjuist verstrekken van inlichtingen waardoor het recht op of de hoogte van een uitkering niet goed kan worden vastgesteld. Ook is onderzocht in hoeverre uitkeringsgerechtigden meewerken aan verplichte controles door uitkerende instanties en of zij zich inspannen om werk te vinden.

Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van de `randomized response methode' waarbij de antwoorden niet tot individuele deelnemers aan het onderzoek zijn te herleiden zodat het voor hen makkelijker is openheid van zaken te geven. Het is voor het eerst dat op deze wijze onderzoek naar overtredingen is uitgevoerd.

De tot nu toe bestaande statistieken zijn gebaseerd op fraude die is geconstateerd door de uitvoeringsinstellingen. Hoewel de gebruikte methode leidt tot een betere rapportage van de overtredingen is er waarschijnlijk nog altijd sprake van een onderschatting.

Uit het onderzoek komt naar voren dat 23 procent van de ondervraagde bijstandsgerechtigden het afgelopen jaar tegen betaling wel eens kleine klusjes heeft gedaan zonder dat door te geven aan de sociale dienst. Van de WAO'ers kluste 14 procent bij zonder de uitkerende instantie te informeren. Bij de WW'ers was dit 17 procent. Verder heeft 12 procent van de ondervraagde bijstandsgerechtigden vorig jaar naast de uitkering wel eens zwart gewerkt. Bij de WW gaat het om 7 en bij de WAO om 6 procent. Veertien procent van de WW'ers en van de bijstandsgerechtigden heeft in 2000 een of meer keren passend werk afgewezen of er bewust voor gezorgd dat zij niet werden aangenomen.

Gebleken is dat mensen met een WAO- of bijstandsuitkering de kans op een sanctie bij ontdekking van een overtreding hoog inschatten. Mensen met een WW-uitkering achten de kans op zo'n sanctie geringer. Bijstands- en WW-gerechtigden geven aan dat zij over het algemeen veel financieel voordeel hebben bij overtreding van de uitkeringsregels. Bovendien achten WW'ers de kans klein dat zij worden verklikt.

In de WAO doen vooral mannen klusjes of uitzendwerk en verzwijgen vrouwen vaker conclusies van de arts met betrekking tot vermindering van klachten. De groep WAO'ers van 35 tot en met 49 jaar maakt zich vaker dan jongere en oudere leeftijdsgroepen schuldig aan het verrichten van zwart werk of aan `wit' werk zonder de inkomsten daaruit op te geven. Ouderen vanaf 50 jaar overtreden de regels minder vaak dan jongeren.

Onder WW'ers verrichten met name mannen klusjes en vrijwilligerswerk zonder dit te melden. Voor vrouwen geldt dat zij vooral langere tijd bewust weinig solliciteren en zwart werken naast de uitkering. Ook hier blijkt dat ouderen de regels minder vaak overtreden dan jongeren en mensen van middelbare leeftijd.

In de bijstand verrichten meer mannen dan vrouwen klusjes tegen betaling en solliciteren zij bewust te weinig. Over het algemeen overtreden ouderen de regels minder dan jongeren en mensen van middelbare leeftijd. Het afwijzen van een passende baan en het opzettelijk weinig solliciteren komt vooral voor bij de groep van middelbare leeftijd.

De bewindslieden van Sociale Zaken en Werkgelegenheid laten de Kamer weten dat de sociale diensten en uitvoeringinstellingen van de WW en WAO meer onderzoek gaan uitvoeren om fraude op te sporen. Het aantal bezoeken aan bijvoorbeeld bedrijven of bedrijfsterreinen om zwart werk op te sporen wordt verdubbeld van 10.000 tot 20.000 per jaar. Het GAK zal meer controles in het buitenland gaan uitvoeren.

Er zal jaarlijks worden vastgesteld of de bestrijding van uitkeringsfraude verbetering vertoont. Hierbij zal onder meer worden gevolgd of de bekendheid van boetemaatregelen onder uitkeringsgerechtigden toeneemt. Nu heeft ongeveer eenderde van de uitkeringsgerechtigden hier weet van. Verder zal worden nagegaan of de alertheid op fraude bij medewerkers van uitvoeringsorganisaties verbetert. Ook zal worden bezien hoe snel gemeenten reageren op signalen van onder meer de Belastingdienst, het Inlichtingenbureau Gemeenten en het Internationaal Bureau Fraudebestrijding, waaruit kan blijken dat bijstandsgerechtigden ook andere inkomsten hebben.

Tot slot zal aandacht worden besteed aan de ontwikkelingen in de afhandeling van geconstateerde fraude en de uitvoering van sancties.