Titel: Vragen van kamerlid De Haan over de inwisseling van
De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR Den Haag
Datum
Uw brief (Kenmerk)
Ons kenmerk
8 februari 2001
2000104930
FM 2001-00117 U
Onderwerp
Vragen van kamerlid De Haan over de inwisseling van buitenlandse
muntgeld bij de invoering van de euro.
Ter beantwoording van de vragen van de heer De Haan stuur ik u
onderstaande antwoorden.
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het bericht dat de invoering van de euro de
Nederlanders met buitenlands muntgeld mogelijk 320 miljoen kan gaan
kosten?
Antwoord 1
Ja. De schatting van de Telegraaf lijkt mij evenwel aan de hoge kant.
De cijfers zijn waarschijnlijk gebaseerd op de inschatting van de
Stichting Nationale Eurocollecte. Daarbij zijn naast het muntgeld ook
de bankbiljetten meegerekend, evenals vreemd geld van buiten de
eurozone.
Overigens onderschrijf ik de bewering niet dat de euro-omwisseling de
Nederlanders met buitenlands muntgeld veel geld zou kosten. Juist voor
diegenen die veel binnen Europa reizen verdwijnt met de komst van de
euro de problematiek van de restanten buitenlandse muntgeld, om nog
maar te zwijgen van het (kosten)voordeel dat er geen geld meer
gewisseld hoeft te worden bij een voorgenomen reis naar een ander land
binnen de eurozone.
Vraag 2
Acht u het mede gelet op het maatschappelijke draagvlak van de euro
niet uitermate vreemd dat burgers na 1 januari hun buitenlandse
muntgeld alleen nog maar kunnen inleveren bij banken in het land van
herkomst?
Antwoord 2
Zoals reeds gemeld in de voortgangsrapportage chartale omwisseling die
ik onlangs naar uw Kamer1 zond, gelden voor het inwisselen van
buitenlandse valuta uit de eurozone in de periode van de omwisseling
dezelfde regels als thans.
Tot 1 april 2002 kunnen bij alle post- en bankkantoren biljetten van
valuta uit de eurozone worden ingewisseld tegen het gebruikelijke
tarief; bij kantoren van DNB is het -eveneens tot 1 april 2002-
mogelijk om buitenlandse biljetten gratis in te wisselen. Buitenlandse
munten zijn in Nederland niet inwisselbaar (op enkele uitzonderingen
na; sommige grotere denominaties2 kunnen worden ingewisseld bij de
Grenswisselkantoren). Dit heeft te maken met de hoge kosten die
verbonden zijn aan de repatriëring van de munten, zeker als het gaat
om kleine hoeveelheden en kleine denominaties.
Vanaf de start van de periode van dubbele circulatie op 1 januari 2002
doorlopend tot 1 april, het moment waarop het inwisselen van guldens
ook niet meer gratis is, zou het omwisselen van buitenlands muntgeld
een te grote belasting vormen voor de toch al zeer drukke
bankfilialen.
Vraag 3
Bent u bereid deze kwestie aan te kaarten bij uw collega-ministers van
Financiën tijdens de eerstkomende Ecofin Raad in Brussel om hier voor
een oplossing te vinden?
Antwoord 3
Nee. Het repatriëren van het betreffende muntgeld is een logistiek
complexe operatie waarvan de kosten, te dragen door de betreffende
overheden, naar mijn mening niet opwegen tegen de opbrengst voor het
publiek.
Vraag 4
Heeft u voorts kennis genomen van het feit dat de Eurolijn aan burgers
telefonische adviezen geeft om de buitenlandse munten maar weg te
geven aan goede doelen?
Antwoord 4
De Eurolijn adviseert het publiek om de munten in dit laatste jaar
voor de chartale euro nog zoveel mogelijk te gebruiken. Daarnaast
wordt aangegeven dat de grotere denominaties in een aantal gevallen
nog om te wisselen zijn.
Indien dit geen reële opties zijn, wordt ter overweging gegeven de
buitenlandse munten te doneren aan een goed doel. Daarbij wordt in
algemene zin gewezen op voorgenomen inzamelingsacties in het kader van
de euro-omwisseling. Deze acties zullen in de voorlichtingscampagne
van het Nationaal Forum worden ondersteund, mits de betrokken
organisaties er in slagen de verschillende acties onder één noemer te
laten plaatsvinden.
Vóór en in de komende vakantieperiode zal in de voorlichtingscampagne
van het Nationaal Forum aandacht aan het onderwerp buitenlands
muntgeld worden besteed; het publiek zal worden geadviseerd om zo
weinig mogelijk buitenlandse munten mee terug naar huis te nemen met
het oog op de ophanden zijnde invoering van de euro.
Vraag 5
Bent u van mening dat de burgers zelf de keuze moeten kunnen maken
tussen inwisselen en/of het - overigens door ons zeer waardevol
geachte - schenken aan goede doelen?
Antwoord 5
Ja, uiteraard bepalen de burgers zelf wat zij met hun (buitenlands
munt)geld doen.
De Minister van Financiën,