Consument staat voorop bij privatisering energiebedrijven
Groep: Tweede-Kamerfractie Datum: 8 februari 2001
Bij de privatisering van de regionale energiebedrijven moet het belang
van de Nederlandse consument voorop staan, aldus Tweede-kamerlid Hella
Voûte-Droste.
Op 8 februari vindt een algemeen overleg plaats over de Privatisering
van Regionale Energiebedrijven. VVD-Tweede Kamerlid Hella Voûte-Droste
brengt de volgende 10 punten in. Deze punten gaan in op wat de
overheid moet doen en laten opdat de consument in Nederland er door
marktwerking beter op wordt met lage prijzen, goede kwaliteit en
keuzevrijheid.
Belang voor de Nederlandse consument staat voorop
Een goed liberaliseringproces dat zn voltooiing vindt in een zorvuldig
privatiseringsproces geeft financieel krachtige bedrijven die in staat
moeten zijn om te investeren en te concurreren. Gezonde concurrentie
biedt de consument in Nederland de beste prijs-kwaliteitverhouding
voor zn energievoorziening en de vrijheid om te kiezen voor de best
presterende energieleverancier. Het publieke belang wordt gewaarborgd
door via democratische weg tot stand gekomen goede wet- en regelgeving
en een adequate en onafhankelijke toezichthouder.
Geen halfbakken privatisering
Ten onrechte wordt de afgelopen weken de elektriciteitscrisis, zoals
die in Californië is ontstaan, op het Nederlandse liberaliserings- en
privatiseringsproces geprojecteerd. De VVD-fractie staat open voor
best and worst practices, maar niet op een appels met peren-basis.
Daarvan is in het vergelijk met Californië helaas sprake. In
Californië heeft een halfbakken liberaliserings- en
privatiseringstraject plaatsgevonden, waarbij de overheid onder andere
maximumprijzen heeft vastgesteld De bedrijven moesten duur inkopen en
met verlies verkopen. Men moet zich dan niet verbazen dat bedrijven
failliet gaan. Niet vergeten moet worden dat Nederland al jaren met
een goed doordacht en gefaseerd liberaliserings- en
privatiseringsproces bezig is, waarbij een zorgvuldige vormgeving en
maatvoering is gekozen.
Niet ingrijpen in het prijsmechanisme
De overheid moet zich niet laten verleiden tot het ingrijpen in het
prijsmechanisme door een maximumprijs te stellen in een vrije
energiemarkt. Om tot gezonde marktwerking te komen is het van belang
dat vraag en aanbod zorgen voor een marktconforme energieprijs. De wet
kent een bepaling dat de overheid kan ingrijpen in de eindprijsvorming
ten behoeve van de consument. De lessen in Californië tonen echter aan
dat dit instrument slechts in absoluut uiterste nood mag worden
toegepast. Het verdient de voorkeur om via gezonde concurrentie tussen
energiebedrijven de beste prijs-kwaliteitverhouding voor de consument
te realiseren.
Effectief toezicht (DTe)
De rol van de toezichthouder in een vrije markt is van eminent belang
om ervoor te waken dat de publieke belangen (leveringszekerheid,
betrouwbaarheid, kwaliteit, milieu etc.) gewaarborgd zijn. De VVD
dringt aan op een kwaliteits- en capaciteitsversterking van de Dienst
Toezicht Elektriciteit (DTe).
Een goed functionerend klachtenloket
Het liberaliserings- en privatiseringsproces zal leiden tot meer
dynamiek in de energiemarkt, meer keuzevrijheid en innovatieve
producten. Het is niet ondenkbaar dat deze ontwikkelingen samengaan
met een toenemend aantal vragen danwel klachten van afnemers. Met het
oog op het vrijkomen van de energiemarkt voor het MKB in 2002 en de
consument in 2004 is het dan ook van belang dat er een goed en
adequaat functionerend klachtenloket wordt geopend. De VVD-fractie zal
aandringen op een dergelijk loket.
Tweejaarlijks capaciteitsbericht
Het vrijmaken van de energiemarkt betekent niet dat de overheid en de
politiek het overzicht op de ontwikkelingen op (import- en
productie)capaciteitsgebied hoeft kwijt te raken. Integendeel. De
VVD-fractie pleit ervoor om iedere twee jaar een jaarbericht uit te
brengen over de capaciteitsontwikkelingen, de kwaliteit van de
elektriciteitsnetten en de behoefteschatting voor capaciteit gezien de
ontwikkelingen in aanbod en vraag (denk bijvoorbeeld aan de
ICT-ontwikkelingen en de toenemende energievraag daardoor).
De elektriciteitsbedrijven moeten de ruimte krijgen op de
Europese markt
Het dreigende verbod op privatisering dat boven de markt hangt stuurt
de Nederlandse energiebedrijven met de handen op de rug gebonden de
Europese markt op. De elektriciteits- en gasnetten worden als
belangrijke activa voor de energiebedrijven gezien (ca. 50% van de
waarde van de onderneming volgens CGE&Ys Trends in Energy 2001 ). Deze
activa vergroten de mogelijkheden om, bijvoorbeeld via een beursgang,
kapitaal aan te trekken. En zonder kapitaal zullen de Nederlandse
energiebedrijven al snel weggeconcurreerd worden. Het is dan ook
noodzakelijk dat de regionale energiebedrijven mogelijkheden tot
privatisering krijgen, om althans de kans te hebben zich op de
Europese markt waar te kunnen maken.
Zonder privatisering worden de provincies in verboden
bankiersrol gedwongen
Netbedrijven zijn kapitaalintensieve ondernemingen, met grote
investeringen in de netwerken (CGE&Y, Trends in Energy 2001). Wanneer
de elektriciteitsbedrijven niet mogen privatiseren moet goed bedacht
worden dat de huidige aandeelhouders van de energiebedrijven, de
provincies (en enkele grote gemeenten), opdraaien voor verdere
investeringen in de netten en de financiering van
overnameactiviteiten. De provincie wordt daarmee een
risicokapitaalverschaffer. De provincies blijken hier niet toe bereid
te zijn en bovendien mogen ze de bankiersfunctie niet vervullen.
Niet privatiseren werkt averechts
Als de Nederlandse energiebedrijven niet de mogelijkheden cq kansen
krijgen om zich binnen de Europese markt te ontplooien, zullen
uiteindelijk de buitenlandse energiebedrijven de Nederlandse bedrijven
overnemen. Daardoor gebeurt juist datgene, waar CDA en PvdA nu voor
vrezen.
(Niet kort) door de bocht!!
Het liberaliserings- en privatiseringsproces dreigt in Nederland in
een flinke bocht terecht te komen. Wie in een bocht op de rem trapt,
vliegt eruit. De VVD vindt het belangrijk gas te blijven geven, zodat
de bocht genomen wordt en de weg naar de Europese energiemarkt weer in
zicht komt. En de Nederlandse energiebedrijven zijn voldoende in staat
om, zonder al te veel ballast van de overheid, hun route op deze weg
verder uit te stippelen ten gunste van de consument