Technologische fascinatie: hart van de psychologie
De tachistoskoop is een oud en vertrouwd instrument in de psychologie,
vooral in de functieleer. Door aan proefpersonen heel kort beelden te
tonen, kunnen allerlei vragen over het geheugen en visuele perceptie
worden onderzocht. Evenals in veel andere wetenschappelijke
disciplines, gaat men er in de psychologie van uit dat
onderzoeksapparatuur en onderzoeksmethoden tot objectieve resultaten
leiden. Het interdisciplinaire wetenschaps- en techniekonderzoek
bestudeert het ontstaan van deze aannames over objectiviteit. Aldus
wordt het idee dat instrumenten eenvoudigweg functionele middelen zijn
om de werkelijkheid te ontdekken van kanttekeningen voorzien. De vraag
wat instrumenten dan wel zijn en doen wordt voor elke specifieke
wetenschappelijke context opnieuw gesteld. Ruth Benschop stelt deze
vraag in het verleden en heden van de tachistoskoop. Om dit voor
psychologen buitengewoon alledaags instrument op deze wijze te
onderzoeken, ontwikkelt ze een strategie die ze "methodische
onoplettendheid" noemt.
In één van de drie historische episodes die in het boek worden
behandeld blijken "experimenteel psychologen een opvallende passie
voor instrumenten en technologie te hebben", aldus Benschop,
"Instrumenten die bij uitstek bedoeld lijken om allerlei subjectieve
invloeden tegen te gaan, blijken zelf veel emoties op te roepen. Ze
zijn geliefd en gehaat, roepen ergernis en bewondering op, en worden
gekoesterd en verafschuwd." Voor deze emotionele verhouding van
onderzoekers met hun instrumenten is ook in het wetenschaps- en
techniekonderzoek nog nauwelijks aandacht geweest. Benschop gaat ook
in op de technieken die de traditionele tachistoskoop steeds meer gaan
vervangen: de computer en computersimulaties. "Instrumenten zijn meer
dan middelen om wetenschap te bedrijven: wetenschap en middel kunnen
maar moeilijk gescheiden worden.", concludeert Benschop. Psychologen,
zo blijkt, "keuren hun eigen passie voor technologie slechts goed als
deze is ingebed in een passie voor wetenschap. Deze twee passies
blijken echter meer met elkaar verbonden dan op eerste gezicht lijkt."
/ML
Ruth Benschop (Katanning, Australië, 1969) studeerde psychologie in
Leiden. Zij verrichtte haar promotieonderzoek bij de vakgroep Theorie
en geschiedenis van de psychologie van de RUG. Momenteel is zij
postdoc en universitair docent bij de vakgroep Gezondheidsethiek en
wijsbegeerte van de Faculteit Gezondheidswetenschappen van de
Universiteit Maastricht.
Datum en tijd
donderdag 22 maart 2001, 16.00 uur
Promovendus
mw. R.J. Benschop, tel. (043)388 11 26, fax (043)367 09 32, e-mail
ruth.benschop@zw.unimaas.nl (werk)
Proefschrift
Unassuming instruments: tracing the tachistoscope in experimental
psychology
Promotor
prof.dr. G.C.G. Dehue
Faculteit
psychologische, pedagogische en sociologische wetenschappen
Plaats
Aula Academiegebouw, Broerstraat 5 Groningen
Promotie