DIERENBESCHERMING
Dierenbescherming eist noodvaccinatie: anders kort geding
Mogelijk kort geding tegen de Nederlandse Staat: Dierenbescherming eist noodvaccinatie
Den Haag, 22 maart 2001 In Nederland wordt nog steeds niet geënt tegen mond- en klauwzeer. De Dierenbescherming heeft Minister Brinkhorst gevraagd in ons land direct over te gaan tot het inenten van alle evenhoevige dieren rondom ernstig door mond- en klauwzweer bedreigde bedrijven en de bedrijven waar mond- en klauwzeer is vastgesteld. Vóór maandag 26 maart moet het antwoord op deze vraag binnen zijn. Als de Minister het verzoek niet inwilligt, spant de Dierenbescherming een kort geding aan tegen de Staat der Nederlanden. Om situaties als in Engeland te voorkomen, acht de Dierenbescherming noodvaccinatie een voorwaarde om het mond- en klauwzeervirus zoveel mogelijk te isoleren en het gevaar van verdere verspreiding naar andere delen van het land in te dammen. Het 'stamping out' principe dat het Ministerie van Landbouw hanteert, is erop gericht om het virus uit te roeien door alle risico-dieren in een gebied te doden en af te voeren. Het aanleggen van een ringvaccinatie in een nader te bepalen straal rondom brandhaarden waar de Dierenbescherming voor pleit, heeft als doel veiligheidscordons aan te leggen rondom elke besmette of verdachte plek om zo dieren in de omliggende gebieden te beschermen tegen het virus en tegen zinloze vernietiging. De Dierenbescherming is zich ervan bewust dat de keuze voor ringvaccinatie als resultaat kan hebben dat in grote delen van Nederland gevaccineerd gaat worden. Dat mag en hoeft niet te betekenen dat alle geënte dieren dan ook direct ten dode zijn opgeschreven. De gevaccineerde dieren in de ring zelf betekenen immers geen gevaar meer; eventuele besmette dieren worden minder ziek en het virus dat ze dragen wordt minder actief. Het is niet nodig de ingeënte dieren direct te doden en weg te gooien. Dieren die voor de slacht bestemd zijn, kunnen gewoon worden afgemest of op een iets lager gewicht worden geslacht: het vlees van deze dieren kan zondermeer gegeten worden. Dat geldt na een korte wachttijd ook voor melk van melkvee. (einde bericht)