Ministerie van Financiën


http://www.minfin.nl

MINFIN: Inzichten in effecten btw-compensatiefonds

PERSBERICHTNR. 01/086 Den Haag 22 maart 2001

INZICHTEN IN EFFECTEN BTW-COMPENSATIEFONDS

Minister Zalm van Financiën biedt inzicht in de budgettaire en administratieve effecten van het BTW-compensatiefonds voor provincies en gemeenten. Dit gebeurt in een nota over het wetsvoorstel BTW-compensatiefonds die vandaag aan de Tweede Kamer is gestuurd. Daarin wordt inzicht geboden in de budgettaire gevolgen van het wetsvoorstel voor de provincies en gemeenten. Ook wordt toegelicht waarom de administratieve lasten voor provincies en gemeenten beperkt zijn. Uit het BTW-compensatiefonds krijgen gemeenten en provincies in de toekomst een belangrijk deel gecompenseerd van de door hen betaalde BTW bij uitbesteding van diensten en activiteiten. De BTW-compensatie wordt mede gefinancierd door een uitname uit het gemeentefonds en het provinciefonds. In de nota is een onderzoekrapport openbaar gemaakt over de bepaling van die uitname. De instelling van het BTW-compensatiefonds is voorzien met ingang van 1 januari 2003. Met de nota zijn de vragen uit de Kamer over het BTW-compensatiefonds beantwoord.

De achtergrond van het wetsvoorstel BTW-compensatiefonds ligt in de verstorende werking die de heffing van omzetbelasting heeft op de afweging tussen inbesteding of uitbesteding door gemeenten en provincies. Deze verstoring is op drie punten zichtbaar. Ten eerste de afweging tussen het zelf uitvoeren van taken en het uitbesteden daarvan aan private partijen. De heffing van BTW stimuleert overheden taken zelf uit te voeren, omdat de BTW-lasten bij uitbesteden maximaal 19% hoger zijn, ook al zijn private partijen efficiënter in het uitvoeren daarvan. Daarmee kunnen belangrijke efficiencyvoordelen verloren gaan. Het gaat dan om taken als de inzameling van huisvuil, het onderhoud aan gebouwen, het straatbeheer, schoonmaakactiviteiten, archivering, ingenieurswerkzaamheden en groenbeheer. De tweede verstoring is de prikkel tot het aangaan van constructies om daarmee de lasten van de omzet-belasting te beperken. Omdat de heffing van omzetbelasting afwegingen door gemeenten en provincies beïnvloedt, proberen zij door het aangaan van belastingbesparende constructies de hoogte van de BTW-lasten te beperken. Met het BTW-compensatiefonds worden veel van deze constructies overbodig. De derde verstoring behelst de problematiek rond het onderling uitwisselen van personeel tussen gemeenten en provincies. De heffing van omzetbelasting leidt er toe dat het voor gemeenten en provincies relatief duur is om onderling personeel te detacheren. De gemeente of provincie treedt in dat geval op als belast ondernemer (vergelijk een uitzendorganisatie) en moet BTW in rekening brengen bij de gemeente of provincie die het personeel tijdelijk in dienst heeft.
De integrale tekst van de nota en het onderzoeksrapport is te vinden op de internetsite van het ministerie van Financiën: www.minfin.nl

Woordvoerder: drs. S.A.E. Schrover
telnr. 070 - 342 7140

22 mrt 01 15:18