Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

Regeling Jacht en Vogelwet 1936 ivm MKZ 2001
dd.22-03-2001 17:30 uur

22 maart 2001

DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ,

Gelet op de artikelen 17, eerste lid, en 31, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

BESLUIT:

Artikel 1

* In afwijking van het bij of krachtens artikel 20 van de Jachtwet bepaalde is ter voorkoming van overbrenging van besmetting van dieren met mond- en klauwzeer de jacht gesloten.
* Het eerste lid is niet van toepassing op luchthavens. Artikel 2

* Het gebruik van vergunningen verleend op grond van de artikelen 27 of 53 van de Jachtwet en het gebruik van bevoegdheden verleend bij beschikking als bedoeld in artikel 54 van de Jachtwet is verboden.
* Het eerste lid is niet van toepassing, indien een vergunning is verleend op grond van artikel 53, eerste lid, onderdeel b, van de Jachtwet. Artikel 3

* Het gebruik van vergunningen verleend op grond van artikel 10 van de Vogelwet 1936 is verboden.
* Het eerste lid is niet van toepassing, indien een vergunning is verleend op grond van artikel 10, eerste lid, onderdeel b, van de Vogelwet 1936. Artikel 4

Deze regeling wordt op 22 maart 2001 om 17:30 uur bekendgemaakt aan de media en treedt onmiddellijk daarna in werking.

Artikel 5

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling tijdelijke sluiting jacht en verbod gebruik vergunningen en beschikkingen Vogelwet 1936 en Jachtwet.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,

Toelichting voor de Staatscourant

In verband met de dreigende verspreiding van de besmettelijke dierziekte mond- en klauwzeer is het noodzakelijk bepaalde activiteiten te verbieden ten einde overbrenging van besmetting te voorkomen. Artikel 17, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren biedt hiervoor de grondslag.

Artikel 20 van de Jachtwet regelt de opening van de jacht. Doordat de jacht over het algemeen plaatsvindt in het veld is het noodzakelijk de jacht voorlopig te sluiten. Derhalve is in artikel 1, eerste lid, van deze regeling bepaald, dat in afwijking van het bij of krachtens artikel 20 van de Jachtwet bepaalde de jacht gesloten is. Op grond van artikel 26, eerste lid, onderdeel 1, van de Jachtwet is het verboden te jagen op wild, waarop de jacht niet is geopend. Op deze wijze wordt de jacht verboden. In het belang van de veiligheid van het luchtverkeer is in artikel 1, tweede lid, van deze regeling een uitzondering gemaakt voor de jacht op luchthavens. Het is van belang dat de jacht mogelijk blijft voor de bestrijding van diersoorten die de veiligheid van het luchtverkeer in gevaar kunnen brengen.

In artikel 2, eerste lid, van deze regeling is het gebruik van vergunningen verleend op grond van de artikelen 27 of 53 van de Jachtwet en het gebruik van de bevoegdheden verleend bij beschikking als bedoeld in artikel 54 van de Jachtwet verboden. Deze vergunningen en beschikkingen omvatten mede de mogelijkheid om buiten de periode dat de jacht is geopend te jagen. Het is niet de bedoeling dat op grond van deze vergunningen en beschikkingen de jacht wordt uitgeoefend. In het tweede lid van artikel 2 van deze regeling is een uitzondering gemaakt voor vergunningen die verleend zijn op grond van artikel 53, eerste lid, onderdeel b, van de Jachtwet. Het betreft hier vergunningen verleend in het belang van de veiligheid van het luchtverkeer.

In artikel 3, eerste lid, van deze regeling is het gebruik van vergunningen verleend op grond van artikel 10 van de Vogelwet 1936 verboden. Op grond van dit artikel kan vergunning worden verleend tot het verrichten van bepaalde handelingen met betrekking tot beschermde vogels, zoals het vangen en doden. Deze activiteiten dienen te worden gestaakt ter voorkoming van de verspreiding van mond- en klauwzeer. In het tweede lid van artikel 3 van deze regeling is eveneens een uitzondering gemaakt voor vergunningen die zijn verleend in het belang van de veiligheid van het luchtverkeer.

DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,