Den Haag, 5 april 2001
VRAGEN VAN DE LEDEN ARIB EN OUDKERK (BEIDEN PVDA) AAN DE MINISTER VAN
VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
1. Bent u op de hoogte van de uitslag van de twee landelijke peilingen
waaruit blijkt dat één op de vijf ouderen de ervaring heeft dat de huisarts
niet binnen een kwartier aanwezig is als met spoed om hulp wordt gevraagd en
voorts dat één op de zes ouderen in spoedgevallen buiten kantooruren de
eigen huisarts niet telefonisch kan bereiken, terwijl er ook geen melding
wordt gemaakt van de arts waar zij wel terechtkunnen? (1)
2. Wat is volgens u de oorzaak van de verslechtering van de bereikbaarheid van huisartsen ten opzichte van twee jaar geleden?
3. Bent u het eens met de ouderenbond PCOB die spreekt van een
'alarmerende' situatie? Zo nee, kunt u uitleggen waarom u het niet eens bent
met deze beschrijving van de situatie?
4. Acht u het door de ouderenbond PCOB gevraagde nader onderzoek
noodzakelijk? Zo ja, bent u bereid dit onderzoek te initiëren? Wie gaat het
uitvoeren? Op welke termijn kunt u de Tweede Kamer informeren over de
resultaten van dit onderzoek? Zo nee, waarom niet?
5. Bent u, vooruitlopend op dit onderzoek, bereid om op zeer korte termijn
in overleg met de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV) maatregelen te
treffen die de bereikbaarheid van huisartsen - in elk geval in de
onderzochte gebieden - verbetert? Zo ja, zou u de Tweede Kamer op de hoogte
willen stellen van de gemaakte afspraken met de LHV en hierbij tevens willen
aangeven welke concrete verbeteringen in de bereikbaarheid hieruit zullen
resulteren? Zo nee, waarom niet?
(1)