http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=412958
Aan de Voorzitter van de Vaste Commissie Voor Buitenlandse Zaken van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Culturele Samenwerking, Onderwijs en Onderzoek Afdeling Onderwijs en Ontwikkelingslanden Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 6 april 2001 Auteur A.J. te Boekhorst
Kenmerk DCO-121/2001 Telefoon 070-348 4390
Blad /1 Fax 070-348 6436
Bijlage(n) 1 E-mail aj-te.boekhorst@minbuza.nl
Betreft Uw verzoek om inlichtingen betreffende 'lentelanden'
Zeer geachte Voorzitter,
Onder verwijzing naar de brief van de griffier van uw Commissie d.d. 15
maart 2001, kenmerk Buza 2001/26, kan ik u als volgt informeren.
Het Beleidskader nieuwe Internationaal Onderwijsprogramma's, de Kamer toegezonden op 23 februari 2001 (Kamerstuk 22452 nr. 16), spreekt in het
begin van paragraaf 2 van zgn. "lentelanden" in de context van de
landenkeuze
voor de beurzenprogramma's.
Deze term is door het hoger-onderwijsveld geïntroduceerd in het kader van de
discussie over de afbakening van de landenlijsten voor de nieuwe
IO-programma's bij de voorbereiding van het genoemde beleidskader. Daarbij
werd gedoeld op landen met recent gestarte democratisering en ontwikkeling
naar goed bestuur. De term is uitsluitend in die context gebruikt. Het is
geen categorie die in het kader van ontwikkelingssamenwerking verder nog
betekenis heeft. Er bestaan dan ook geen OS-programma's voor "lentelanden",
en derhalve evenmin financiële consequenties.
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Eveline Herfkens
Kenmerk
Blad /1
===