Partij van de Arbeid

Crone over akkoord privatisering regionale energiebedrijven

5 April 2001

Met lichte tegenzin heeft minister Jorritsma (Economische Zaken) ingestemd met het akkoord dat PvdA, D66 en VVD te elfder ure hebben gesloten over de privatisering van de regionale energiebedrijven. Daarmee is de slepende impasse doorbroken die was ontstaan over de spelregels die bij de privatisering moeten worden gehanteerd. Het akkoord komt erop neer dat de netwerken van de regionale energiebedrijven niet mogen worden verkocht aan commerciële organisaties en dat zij juridisch in handen blijven van de overheid.

PvdA-kamerlid Ferd Crone vindt dat nu de voorwaarden zijn geschapen voor een goed functionerende energiemarkt. 'Nu komt er de transparantie die waarborgt dat het netonderdeel van een energiebedrijf volledig losstaat van de commerciële afdelingen. Zo'n netonderdeel wordt in feite een onafhankelijke, zelfstandige onderneming.'

Crone zegt dat de PvdA niet per sé tegen privatiseren is, maar dat de voorstellen van Jorritsma te weinig spelregels behelsden waaraan de energiebedrijven dienen te voldoen, laat staan dat er al gedacht was aan een scheidsrechter die op het handhaven van de regels kan toezien. 'Dan hoef je niet verbaasd te zijn als er spelverruwing plaatsvindt en dat bedrijven met het oog op de privatisering alles in het werk stellen om hogere rendementen te behalen. Ze willen zich marktconform gedragen, maar dan wel op een beschermde markt. Met de nieuwe wettelijke regels wordt nu voorkomen dat energiebedrijven het monopolienetwerk als onderpand gaan gebruiken om sterk te worden in de handel en andere risicovolle activiteiten. De consument zou dan daarvoor de rekening moeten betalen, vooral als de commerciële activiteiten te weinig rendement opleveren.'

Crone zegt dat de nu gekozen methode overeenkomt met het zogeheten 'Schiphol-model'. 'Daar blijft de overheid de zeggenschap over de grond houden. In geval van de energiebedrijven blijven de kabels en de buizen in handen van de overheid die daardoor tegenover de netbeheerder niet in een afhankelijkheidsrelatie belandt.'