Kamervragen en antwoorden
Verplaatsing van het marinevliegkamp Valkenburg.
09-04-2001
Vragen van de leden Van der Steenhoven, Harrewijn en Van Gent (allen GroenLinks) aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en de staatssecretaris van Defensie over de verplaatsing van het marinevliegkamp Valkenburg. (Ingezonden 13 februari 2001)
1. Is het waar dat de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer het marinevliegkamp Valkenburg wilt verplaatsen naar Den Helder? (Leeuwarder Courant, 12 februari jl.)
1. In de ontwerp PKB deel 1 Vijfde Nota over de Ruimtelijke Ordening
geeft het kabinet aan dat het marinevliegkamp Valkenburg in 2010
beschikbaar komt als bouwlocatie. In de toelichting staat dat het
marinevliegkamp daartoe in principe wordt verplaatst naar Den Helder
(De Kooy) en dat over de uitvoering hiervan nadere besluitvorming zal
plaatsvinden in het traject van deel 1 tot deel 3 van de PKB Vijfde
Nota.
2. Deelt u de mening dat deze vliegactiviteiten in Den Helder strijdig
zijn met de uitgangspunten van de nieuwe PKB Waddenzee die uitbreiding
van militaire vliegactiviteiten in het Waddengebied niet toestaat?
2. Nee. Immers in de ontwerp PKB deel 1 Derde Nota Waddenzee staat dat
nieuwe activiteiten en uitbreiding of wijziging van bestaande
activiteiten worden getoetst aan de hoofddoelstelling voor de
Waddenzee. Daartoe is in deze nota een afwegingskader opgenomen. Dit
dient ook te worden toegepast voor activiteiten buiten het pkb-gebied
met een «externe werking». Bij de nadere besluitvorming over het
marinevliegkamp zal vanwege de externe werking ook het afwegingskader
worden toegepast.
3. Deelt u de mening, dat de vliegbasis Leeuwarden en Woensdrecht
alternatieve locaties zijn die de voorkeur verdienen boven Den Helder?
4. Bent u bereid om alle alternatieve locaties voor het vliegveld
Valkenburg in kaart te brengen, en daarbij aan te geven welke voor- en
nadelen aan deze alternatieve locaties vast zitten?
3 en 4. In de toelichting in de Vijfde Nota staat het voornemen dat het marinevliegkamp in principe wordt verplaatst naar De Kooy bij Den Helder. Conform het afwegingskader in de ontwerp PKB Derde Nota Waddenzee, en rekening houdend met het kabinetsvoornemen in de Vijfde Nota, dient dan te worden nagegaan of er sprake is van aantasting van wezenlijke kenmerken of waarden van de Waddenzee en, mede afhankelijk daarvan, of reële alternatieven voor de activiteit buiten het pkb-gebied gevonden kunnen worden zodat geen of minder aantasting plaats zal vinden. Bij het doorlopen van deze stap zullen voor-en nadelen van reële alternatieve locaties voor De Kooy worden verkend.