MISSIO

MISSIO-Europa roept op tot rechtvaardige vrede in Soedan

MISSIO-Europa roept op tot rechtvaardige vrede in Soedan

Van 24 tot 28 maart vond in Aken de jaarlijkse vergadering van de Europese Pauselijke Missiewerken (MISSIO) plaats. In de vergadering stond een bijdrage van bisschop Franz Kamphaus van Limburg centraal, naar aanleiding van de recente brief van de Duitse bisschoppen met de titel 'echtvaardige vrede'. De vertegenwoordigers van 25 landen in Europa benadrukten onder andere de verantwoordelijkheid van de Europese staten voor de conflicthantering en het voorkomen van conflicten in Afrika en elders in de wereld. Met name de situatie in Soedan is bijzonder schrijnend. Aan het slot van hun bijeenkomst hebben de vertegenwoordigers van de missiewerken de volgende verklaring afgelegd over de toestand in dit Afrikaanse land.

VERKLARING

Als nationale directeuren van de Pauselijke Missiewerken in Europa hebben wij ons gebogen over de zorgwekkende toestand in Soedan. Sinds bijna 45 jaar woedt daar een burgeroorlog. De berichten die ons onlangs hebben bereikt maken duidelijk, dat in de voorbije weken als gevolg van de burgeroorlog opnieuw minstens een miljoen mensen acuut door de hongerdood bedreigd worden - met mogelijke gevolgen voor nog eens twee of drie miljoen mensen.

Wij stellen vast dat een wezenlijke oorzaak voor het conflict gelegen is in het feit dat aan mensen van verschillende religie en ras de menselijke waardigheid en het recht op zelfbepaling wordt ontzegd. De allerzwaarste schendingen van mensenrechten zijn aan de orde van de dag. De vertegenwoordigers van het fundamentalistisch islamitische regime in Khartoem zijn daarvoor verantwoordelijk, maar ook de rebellenbewegingen in het zuiden van het land, de SPLA en de afsplitsingen daarvan. De regering bombardeert systematisch burgerdoelen in het zuiden. Bovendien zet de regering op een gruwelijke wijze het 'hongerwapen' in. De 'bevrijdingsbewegingen' van hun kant misbruiken het woord vrijheid en stellen machtsstreven en stammenstrijd boven het belang van de lijdende bevolking.

Zoals indertijd de dertigjarige oorlog in Europa wordt het conflict in de Soedan tot een doel op zich. De oorlog kent geen duidelijke kampen en intussen lijkt het erop alsof iedereen tegen iedereen vecht. Religie wordt misbruikt als middel om macht te veroveren. De zo noodzakelijke dialoog tussen Soedanezen van verschillende religie is onder een noodlottig minimum gekomen. Tenslotte vernemen we van de missionarissen en de bisschoppen ter plaatse dat humanitaire hulp dringend noodzakelijk is. Tegelijk dreigt de oorlog daardoor verlengd te worden, wanneer de hulp niet bij de armen terechtkomt maar in de handen valt van de oorlogvoerders. Internationale hulpmaatregelen hebben daarom duidelijke partners en veilige structuren nodig.

Wij, de leiders van de Pauselijke Missiewerken in Europa, roepen de conflictpartijen in Soedan op om de wapens te laten zwijgen en de mensenrechten te eerbiedigen. Tegelijkertijd doen we een beroep op de regeringen van onze eigen landen, de Europese Unie en de Verenigde Naties om alles te doen wat in hun macht ligt om eindelijk de vredesinspanning van de IGAD-staten (Soedan, Oeganda, Kenya, Ethiopië en Eritrea) aan een doorbraak te helpen komen. In het bewustzijn van de dodelijke samenhang tussen olieinkomsten en wapenhandel, roepen we de olie-industrie op om het regime in Khartoem niet verder te ondersteunen bij het plunderen van de bodemschatten in de Zuid-Soedan en zich uit deze bloedige handel terug te trekken totdat de rechtvaardige vrede structureel gegarandeerd is.

Tenslotte verplichten we ons zelf door te gaan met het bijstaan van de armen in Soedan, door solidaire materiële hulp te bieden, door in eigen omgeving en in alle culturen op te komen voor de dialoog tussen culturen en religies en door wereldwijd te werken voor vrede in rechtvaardigheid, temeer omdat dit een gebod van Jezus en zijn evangelie is.

Gegeven te Aken, 8 maart 2001

Noot voor de redactie (