Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
MINOCW: Jury wijst twintig inzenders voor verdere uitwerking
10 april 2001
Persbericht:50
Selectie uit meer dan 400 inzendingen 'ontwerp het onderwijs van de
toekomst'
JURY WIJST TWINTIG INZENDERS AAN VOOR VERDERE UITWERKING
Twintig inzenders van de ontwerpwedstrijd 'Onderwijs in de
kennissamenleving' hebben vandaag te horen gekregen dat ze hun
inzending verder mogen uitwerken. Voor deze uitwerking krijgen zij
betaald op basis van een ingediende begroting. De onafhankelijke jury,
onder leiding van Pieter Winsemius, heeft de 'winnaars' vandaag van
deze beslissing op de hoogte gesteld. In september worden de meest
inspirerende uitwerkingen gepresenteerd op een conferentie over het
onderwijs van de toekomst.
De jury stond voor de lastige taak een selectie te maken uit ruim 400
inzendingen met een enorme diversiteit aan onderwerpen. De
inzendingen komen van leerlingen, ouders, leraren en schoolbesturen,
maar ook van vakbonden, onderzoeksorganisaties en
organisatie-adviesbureaus. De jury is er in geslaagd deze diversiteit
tot uiting te laten komen in de selectie van twintig. De inzenders van
de niet geselecteerde voorstellen, hebben hun werk niet voor niets
gedaan. Deze ideeën zullen via internet (www.onderwijsdebat.nl en
www.kennisnet.nl) toegankelijk worden gemaakt, zodat scholen deze
kunnen gebruiken. Ook in het uiteindelijke juryrapport zal aandacht
aan de niet uitgewerkte voorstellen worden besteed.
Minister Hermans en Staatssecretaris Adelmund zijn erg blij met de
overweldigende hoeveelheid inzendingen. Adelmund: 'Ik heb steeds
geweten dat er veel onaangeboorde creativiteit is in het onderwijs,
maar dat er zo'n enorme stroom reacties los zou komen overtreft mijn
verwachtingen.' Ook minister Hermans is erg tevreden: 'Ik zeg nog even
niets over de inhoud van de voorstellen, want daar gaat de jury over,
maar dit resultaat steunt ons in de gedachte dat scholen behoefte
hebben aan meer ruimte om zelf de kwaliteit van het onderwijs te
kunnen vergroten.'
Onderstaande 20 inzendingen krijgen een opdracht voor verdere
uitwerking van het ingediende voorstel. De daarmee gemoeide
geldbedragen variëren van 10.000 gulden tot 100.000 gulden.
1. Twee 4VWO-klassen van het Vlietlandcollege in Leiden hebben onder
leiding van hun leraar-in-opleiding maatschappijleer (Yarko van Vught)
de ideale inrichting van hun school op papier gezet.
2. Ton Duif, voorzitter van de Algemene Vereniging van Schoolleiders,
stelt voor de basisschool in te richten naar het concept
'team-teaching'. Geïnspireerd door zijn reis naar de Verenigde Staten
kwam hij tot dit concept van de school van de toekomst, waarin niet
een docent een klas lesgeeft, maar een team van vijf of zes
volwassenen een grotere groep kinderen bij hun leertraject
begeleidt.
3. Henk Bruijn en Jan van der Draai, twee docenten van het Horizon
College in Hoorn, stellen voor om leraren te trainen in een mentoraat
nieuwe-stijl. De mentor begeleidt de leerlingen bij het leren van
zelfstandigheid en verantwoordelijkheid in het leren.
4. Tijn Nuyens en Nico van der Meer van de Menu Groep, stellen voor de
schoolvakanties af te schaffen: een op het eerste zicht simpele
maatregel die vele onderbelichte voor- en nadelen heeft. De bedenkers
gaan de effecten en mogelijkheden in kaart brengen van het afschaffen
van schoolvakanties om zo de weg te plaveien voor een al dan niet
gefaseerde afschaffing van de vakanties.
5. De heer Van Hienen en mevrouw Vermeulen (Cinop en IVA) doen
voorstellen om tot een modern beloningsmanagement te komen. Dit zou
een combinatie van individuele en teambeloningsdifferentiatie moeten
worden. Het voordeel van een dergelijke vorm van prestatiebeloning
voorkomt geïndividualiseerd gedrag dat werknemers kunnen ontwikkelen
in een systeem van individuele beloning, maar beloont aan de andere
kant niet het meeliften dat bij teambeloning de kop kan opsteken.
6. Peter van de Ven en Jos van der Pluijn (Dongemond College
Raamsdonkveer) en Juliette Vermaas en Marc Vermeulen (IVA) gaan een
spelsimulatie ontwikkelen waarmee de gedragsconsequenties nagegaan
kunnen worden van meer vrijheid voor scholen. In het spel analyseren
deelnemers welke relaties veranderen en experimenteren zij met
veranderde en nieuwe rollen.
7. Caroline van Amerongen en Monica Robijns (Eduquality Amsterdam)
stellen een andere rolverdeling van de professionals binnen de school
voor. De rol van leraar valt uiteen in Coach, Host en Expert. Deze
werken niet meer met jaargroepen, maar met niveaugroepen.
8. Lorna Staats (speciale school voor basisonderwijs De Bonte Vlinder
in Den Haag) en Jorien Meerdink (bureau WESP) hebben een methodiek
ontwikkeld om leerlingen te bevragen op wat zij zelf belangrijk
vinden. Ze stellen nu voor om de verbouwing van de school vorm te
geven vanuit het perspectief van de leerlingen.
9. Jaap Bakkelo, Regien Bosman en Henk de Vries van het Zernikecollege
in Groningen, doen een voorstel voor een volledige herinrichting van
de eerste drie jaren van het voortgezet onderwijs. Kernwoorden zijn
variëteit, toegankelijkheid en kwaliteit. Door nauwe samenwerking met
maatschappelijke sectoren willen deze ontwerpers de school van de
toekomst inrichten.
10. Een onderzoeksvoorstel van een klas 5 HAVO/VWO, onder leiding van
hun mentor Kees Valentijn (Open Schoolgemeenschap Bijlmer in
Amsterdam) om uit te zoeken hoe een school eruit ziet als uitgegaan
wordt van de behoeftes van de leerlingen
11. Wouter van Jolingen en Allard de Hoop van het Instituut voor
Lerarenopleidingen in Amsterdam stellen voor een
competentiepuntenbeoordelingssysteem te ontwikkelen. Het gaat om een
systeem voor geïntegreerde kwaliteitszorg dat in de plaats kan komen
van het traditionele vakkenprofiel met exameneisen.
12. Marco Matthijsen uit Amsterdam wil de mogelijkheden onderzoeken om
te experimenteren met vraagfinanciering: laat het geld via de ouders
of leerlingen naar de scholen gaan. Door vraagfinanciering krijgt het
onderwijs directe prikkels om onderwijs op maat te leveren.
13. M. Ruijters (Twynstra Gudde) en P.R.J. Simons (Universiteit
Utrecht) willen leraren en andere actoren bij elkaar brengen in een
onderwijsatelier om onderwijsvernieuwing in de praktijk te realiseren.
Dit door het leren over, ontwerpen van en leren van de invoering van
onderwijsvernieuwingen.
14. Inge en Koen Molenaar doen een voorstel voor een Ontdeknet: een
ICT-voorstel om via een eenvoudige internettoepassing de maatschappij
te integreren in het onderwijs.
15. Irma van Hourik, Dirk Monsma en Netty Breedveld (SKVR, Rotterdam)
stellen voor de school uit te bouwen tot een kenniscentrum binnen de
wijk, waar kunstinstellingen en bibliotheek een integraal onderdeel
van vormen. Uitgangspunt voor het onderwijs is de relatie met de
omgeving. De omgeving heeft bij monde van de leerlingen en de ouders
direct invloed op het onderwijs. Maar de omgeving (zowel op micro-,
meso- en macroniveau) is tevens onderwerp van het onderwijs.
16. Erna Scholtes en Hugo Hopstaken (KPMG) stellen voor om voor het
onderwijs een uitwerking te maken van de franchiseformule, zoals die
in andere sectoren al voorkomt. Hun motto is: gebruik de voordelen van
franchise-ondernemingen om scholen veel rompslomp uit handen te nemen,
en tegelijk scholen alle ruimte te laten voor eigen vormgeving.
17. Peter Molenaar en Rola Hulsbergen van het Aloysius College in Den
Haag stellen voor een geïntegreerde lesmodule te ontwikkelen voor
Duits, geschiedenis, CKV en maatschappijleer, als uitwerking van een
visie op de toekomstige inrichting van de basisvorming: minder vak
georiënteerd, meer integrale leergebieden ('jezelf en de anderen',
'communicatie, kunst en cultuur', 'omgeving en natuur').
18. Rob Knoppert geeft een ruwe schets van een nieuwe visie op de
toekomst van het voortgezet onderwijs: geef scholen meer vrijheid bij
het bepalen van de onderwijskundige inrichting en de
kwalificatie-eisen voor het personeel. Hij stelt voor om deze visie
verder uit te schrijven, er een aantal referenten naar te laten
kijken, en er een conferentie over te organiseren.
19. Jan Slavenburg van het Centrum voor Educatieve Dienstverlening in
Rotterdam heeft een voorstel ingediend om in samenhang vorm te geven
aan de volgende vernieuwingen in het basisonderwijs: een systeem van
functiedifferentiatie; verbeteringen in de aansluiting tussen voor- en
vroegschoolse educatie, basisonderwijs en voortgezet onderwijs, en het
bevorderen van contextrijk onderwijs. Het gaat daarbij niet om een
sjabloon, maar om een ontwikkelperspectief dat samen met betrokken
basisscholen verder wordt uitgewerkt.
20. Boudewijn van Dongen, student aan de TUE, stelt voor om studenten
als bijbaantje naast de studie eerst een cursus didactiek te laten
volgen, gevolgd door een aanstelling als parttime docent aan een
school, voor één dag in de week. Voorstel heeft aandacht voor de
kwaliteitsbewaking en voor- en nadelen van dit idee.
Noot voor de redactie,