PERSBERICHT PVDA/D66
Den Haag, 11 april 2001
EEN WAARDEVAST PENSIOEN VOOR ALLE WERKNEMERS
Een waardevast pensioen voor alle werknemers. Dat willen de Kamerleden Staf
Depla van de Partij van de Arbeid en Arthie Schimmel van D66 bereiken met
twee initiatiefwetsvoorstellen die zij willen indienen. Depla en Schimmel
hebben de voorontwerpen van de initiatiefwetsvoorstellen op woensdag 11
april gepresenteerd en nader toegelicht. De twee wetsvoorstellen betreffen
enerzijds werknemers die buiten een pensioenregeling vallen en anderzijds
ouderen met een klein pensioen dat niet meegroeit met de stijging van de
prijzen.
Veel landen in Europa kijken jaloers naar de manier waarop in Nederland de
inkomenspositie van ouderen is geregeld. Dankzij ons pensioenstelsel bouwt
een groeiende groep ouderen een goede oudedagsvoorziening op. In schril
contrast hiermee blijft er ook in de toekomst een groep ouderen die naast de
AOW geen of nauwelijks aanvullend pensioen heeft kunnen opbouwen. Als zij
met pensioen gaan worden ze geconfronteerd met een fors verlies aan
koopkracht. Ook zijn er ouderen met een klein pensioen dat niet meegroeit
met de prijsstijgingen.
Met hun wetsvoorstellen willen Depla en Schimmel aan deze schrijnende
situatie een einde maken. Zij vinden het onacceptabel dat er bedrijfstakken
zijn die geen pensioenregeling kennen. Of dat in bedrijven of bedrijfstakken
waar wel een pensioenregeling bestaat bepaalde groepen werknemers niet mee
mogen doen aan het gezamenlijk opbouwen van een pensioen. Het zijn vooral de
werknemers met een zwakke positie op de arbeidsmarkt die hiervan worden
uitgesloten, zoals werknemers met een flexibel contract of mensen die korter
dan 2 jaar in dienst zijn. Relatief meer vrouwen dan mannen vallen buiten
een pensioenregeling. Het gaat in totaal om ruim 9% van de werknemers ouder
dan 25 jaar en een veel grotere groep jonger dan 25.
Met hun wetsvoorstellen beogen Depla en Schimmel dat alle werknemers het recht krijgen een waardevast pensioen op te bouwen. Zij hebben in hun voorstellen vastgelegd dat alle werknemers in bedrijven en bedrijfstakken waar al een pensioenregeling bestaat, aan die regeling mee mogen doen, ongeacht leeftijd, functiegroep of lengte van het dienstverband. In bedrijven en bedrijfstakken waar geen pensioenregeling bestaat wordt in de wetsvoorstellen een minimale pensioenopbouw verplicht gesteld.
De meeste pensioenen groeien mee met de jaarlijkse prijsstijgingen, het
zogenaamde indexeren. Dat geldt nu nog niet voor alle pensioenen. Het gevolg
daarvan is dat je met hetzelfde pensioen elk jaar minder kunt kopen. Dat
betekent dat je in 20 jaar tijd ruim 50% minder kunt kopen met hetzelfde
pensioen. Van het totaal aantal werknemers of gepensioneerden heeft 3 tot 5%
geen waardevast pensioen. In de voorstellen van Depla en Schimmel wordt
koopkrachtbehoud geregeld voor alle gepensioneerden. Dat geldt eveneens voor
'slapers' oftewel mensen die nog niet met pensioen zijn, maar die ook geen
pensioen meer opbouwen.
Depla en Schimmel zouden het liefst zien dat alle pensioenen welvaartvast
worden en dus meegroeien met het stijgen van de lonen. Dit vinden zij echter
het domein van werkgevers en werknemers. De verantwoordelijkheid van de
overheid gaat hierin niet verder dan het vastleggen van randvoorwaarden
waarmee elke werknemer aanspraak kan maken op een waardevast pensioen.