CDA wil versterking rol Chef Defensie Staf bij materieelbeleid
Het CDA wil naar een efficiënter en transparanter aanschaffingsbeleid van
defensiematerieel. Ontschotting van de krijgsmachtdelen is een belangrijk
element van dat proces. De Chef Defensiestaf moet meer bevoegdheden krijgen
om de krijgsmachtdelen te dwingen het aanschafbeleid beter op elkaar af te
stemmen. De Kamer moet meer op hoofdlijnen aansturen en scherper op de
behoeftestelling letten. Dat zijn enkele punten uit de notitie "Beter
bewapend voor je geld", die CDA-Kamerlid Van Ardenne vandaag om 13.00
presenteert.
De hoofdpunten van de notitie
1. De krijgsmacht heeft een steeds grotere rol gekregen in het handhaven van
de internationale rechtsorde. De veiligheidsrisico's voor de individuele
militairen zijn groter geworden en daarmee is de rol van het meegenomen
materieel in belang toegenomen. De positie van de Kamer in het
materieelaanschaffingsbeleid wordt versterkt op hoofdlijnen.
2. Hoewel bezuinigingen op Defensie nu absoluut niet aan de orde zijn, is
het belangrijk draagvlak te houden voor de uitgaven voor de krijgsmacht. Het
aanschaffings-beleid moet transparanter en efficiënter. De Kamer moet meer
en eerder betrokken zijn bij de behoeftestelling (A fase) maar zal zich na
deze beslissing moeten beperken tot controle op de hoofdlijnen (B/C/D fase).
Bij uitzonderlijke projecten qua omvang en/of budget kan de Kamer een
afzonderlijke procedure "grote projecten" opzetten. Deze procedure ziet toe
op het verloop van een project met nadruk op de financiën. De DMP-procedure
blijft in stand.
3. Ontschotting van het materieelaanschaffingsbeleid is nodig om tot meer
efficiëncy en betere benutting te komen van het Defensiebudget. Nu kunnen de
krijgsmachtdelen hun materieelbehoefte nog vaststellen zonder veel
afstemming met de andere krijgsmachtdelen. De rol van de Chef Defensie Staf
moet versterkt worden, niet alleen bij de aansturing van vredesoperaties
maar ook in het materieelbeleid. Er moet een afdeling planning materieel bij
de CDS komen waar de integrale afweging wordt gemaakt. Het materieel wordt
modulair ingedeeld, zodat meer maatwerk mogelijk is.
4. Er komt een beter overzicht van alle materieel projecten ( naar voorbeeld
Prioriteitennota 1993), waarin overzichtelijker wordt gerapporteerd over
wijzigingen.
5. De flexibiliteit om tussen projecten te schuiven wordt beperkter. Het
financiële spanningsveld is nu 20 %. Bij de behoeftestelling wordt het geld
per project juridisch vastgelegd. Er komt een gering percentage om
onvoorziene omstandigheden op te vangen. De financiering moet inzichtelijker
en verzekerd worden op basis van projectbudgettering.
6. Bij het nieuwe onderzoeksbureau van de Tweede Kamer komt een afdeling
defensiematerieelbeleid. Dit bureau kan onderzoek uitbesteden bij bestaande
onderzoeksinstituten en universiteiten in Nederland en het buitenland. Deze
onderzoeken (recentelijk bijvoorbeeld bij de vervanging van de F-16) zullen
voor de Kamer de functie hebben van "second opinion".
7. De Kamer moet zo vroeg mogelijk worden geinformeerd over de
behoeftestelling
(A fase). Na vaststelling van de behoefte door de Kamer wordt de Nederlandse
industrie via de NIID in de gelegenheid gesteld advies te geven over de
mogelijke rol bij vervulling van de behoefte. Na de behoeftestelling, A
fase, worden de B en C fase in de informatievoorzienig samengevoegd.
8. Europese samenwerking op defensiematerieelgebied is wenselijk en wordt
gestimuleerd maar dient uit te gaan van gelijkwaardigheid en wederkerigheid.
9. Door het uitstellen van investeringen ontstaat een boeggolfeffect voor de
begroting van het daaropvolgende jaar. Dit heeft schadelijke gevolgen voor
onderhoud en aanschaf van materieel en komt de inzichtelijkheid niet ten
goede. De investeringsquote moet reëel worden vastgesteld op 25% en er mag
niet bezuinigd worden op onderhoud, omdat dit slechts leidt tot verhoging
van de exploitatielasten en hogere slijtage (dus eerdere vervanging van
materieel). Goedkoop is duurkoop.
10. De Kamer zal een eigen gedragsregel dienen op te stellen voor de
aanschaf van het defensiematerieel om te voorkomen dat de defensie-industrie
inbreekt op bestaande procedures en afspraken.
Binnenkort is de nota te downloaden bij de notities van de Tweede Kamer.