Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

Persberichten / Dossier MKZ

Wijziging Regeling tijdelijke sluiting jacht en verbod gebruik vergunningen en beschikkingen Vogelwet 1936 en Jachtwet
dd. 12-04-2001

12 april 2001

Toelichting

Op 22 maart 2001 is de Regeling tijdelijke sluiting jacht en verbod gebruik vergunningen en beschikkingen Vogelwet 1936 en Jachtwet in werking getreden. In deze regeling zijn bepaalde activiteiten, waaronder de jacht als bedoeld in de Jachtwet, verboden ten einde overbrenging van besmetting van mond- en klauwzeer te voorkomen.

De grofwildsoorten als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a, van de Jachtwet zijn evenhoevigen en gevoelig voor mond- en klauwzeer. Ter voorkoming en verspreiding van deze besmettelijke dierziekte door grofwildsoorten en het voorkomen van belangrijke schade aan vee kan het gewenst zijn deze soorten te monitoren. Ten behoeve daarvan dient in incidentele gevallen de mogelijkheid te bestaan enkele stuks grofwild voor veterinair onderzoek te schieten, indien dieren worden gesignaleerd, waarvan het vermoeden bestaat dat deze besmet zijn met mond- en klauwzeer. Het moet mogelijk zijn deze dieren voor nader onderzoek te schieten.

Artikel 54, eerste lid, onderdeel c, van de Jachtwet biedt de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij de mogelijkheid opdracht te geven bepaalde diersoorten te schieten ter voorkoming van belangrijke schade aan vee. Aangezien in artikel 2, eerste lid, van de Regeling tijdelijke sluiting jacht en verbod gebruik vergunningen en beschikkingen Vogelwet 1936 en Jachtwet is bepaald dat geen gebruik mag worden gemaakt van de bevoegdheden als verleend bij beschikking bedoeld in artikel 54 van de Jachtwet, is een wijziging van deze regeling nodig. In deze regeling wordt aan artikel 2 een nieuw derde lid toegevoegd, waarin wordt bepaald dat het eerste lid niet van toepassing is voorzover door Onze Minister op basis van artikel 54, eerste lid, onderdeel c, van de Jachtwet is bepaald dat enkele exemplaren grofwild dienen te worden geschoten ten behoeve van monitoring van voor mond- en klauwzeer gevoelig grofwild.

DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,

G.H. Faber

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ,

Gelet op artikel 17, eerste lid, van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling tijdelijke sluiting jacht en verbod gebruik vergunningen en beschikkingen Vogelwet 1936 en Jachtwet wordt als volgt gewijzigd:

A.

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. Het eerste lid is niet van toepassing voorzover door Onze Minister op basis van artikel 54, eerste lid, onderdeel c, van de Jachtwet is bepaald dat enkele exemplaren grofwild dienen te worden geschoten ten behoeve van monitoring van voor mond- en klauwzeer gevoelig grofwild.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, ..

DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER
EN VISSERIJ,

G.H. Faber

Pers