Den Haag, 24 april 2001
VRAGEN VAN DE LEDEN KOENDERS EN APOSTOLOU (BEIDEN PVDA) AAN DE MINISTER VAN
BUITENLANDSE ZAKEN EN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
1. Hoe beoordeelt de Nederlandse Regering de recente politiek van de
Verenigde Staten ten aanzien van China en Taiwan en de noodzaak de
spanningen in die regio te verminderen?
2. Hoe beoordeelt de Nederlandse Regering daarbij het pakket wapenexport
waarbij o.a. onderzeeboten geleverd worden en wanneer vindt die export
plaats?
3. In hoeverre zijn Nederlandse en/of Duitse bedrijven bij deze order
betrokken?
4. Is het waar dat het Nederlandse ontwerp van de Moray, dat mede tot stand
is gebracht met fondsen van de ministeries van Defensie en Economische
Zaken, onderdeel van de leverantie is? Zo ja, hoe beoordeelt u dit?
5. Zijn bij de overdracht van technologie, zoals bijvoorbeeld ten aanzien van het Moray-ontwerp, condities gesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van verdere doorvoer of wapenexport? Zo nee, waarom niet?
6. Zijn Nederlandse bedrijven betrokken bij deze leverantie als
subcontractor of anderszins en is in dat kader een wapenexportvergunning
noodzakelijk? Hoe beoordeelt u zo'n vergunning?
7. Hoe beziet de Regering in meer algemene zin het wapenexportbeleid naar
China en Taiwan en welke Europese coördinatie vindt hierover plaats?