Gemeente Amsterdam

Een referendum

Referendum Binnenstad
Woensdag 25 april wordt het referendum gehouden over de vraag: komt er een aparte deelraad voor de binnenstad, of blijft dit deel van Amsterdam onder de centrale stad vallen? Dat is de inzet van het referendum deelraad Binnenstad. Al met al kost het referendum bijna 3,5 miljoen gulden. Dat is zes gulden per stem, als iedereen naar de stembus gaat.

De gemeenteraad besloot op 19 juli 2000 een stadsdeel Binnenstad in te stellen. Bij de voorbereiding van dit besluit kwam onder andere een extra editie uit van Stadsnieuws, er waren opiniepeilingen, stadsgesprekken en er werd advies ingewonnen bij deskundigen. Voor deze activiteiten was in de begroting 1999 een half miljoen uitgetrokken. Tegen het raadsbesluit ontstond flinke weerstand van Amsterdammers die vonden dat de binnenstad onder de centrale stad moest blijven vallen. De Stichting Referendum Binnenstad werd opgericht en deze stichting organiseerde een handtekeningcampagne. Eind vorig jaar had deze stichting voldoende handtekeningen (circa 25.000) ingezameld zodat zij om een referendum kon vragen. Dit kostte 32.000 gulden, ruim een gulden per handtekening: 10.000 gulden subsidie voor het comité, 12.000 gulden voor de formulieren en 10.000 voor de controle van de handtekeningen.

Kosten
Een referendum is niet goedkoop. Het IJburg-referendum kostte ruim 2,2 miljoen gulden. Aangezien er 224.160 Amsterdammers hebben gestemd, is dat ongeveer tien gulden per stem. Dat bedrag van 2,2 miljoen was overigens exclusief de kosten voor de gemeentelijke campagne om het raadsbesluit te promoten. Ook de kosten die de tegenstanders maakten voor hun campagne, zaten niet in dat bedrag.

Het referendum stadsdeel Binnenstad valt ruim een miljoen duurder uit. Om te beginnen zal de organisatie van de stemming dit keer 2,2 miljoen gaan kosten, 4 ton meer dan bij IJburg. Het referendum krijgt aandacht in verschillende campagnes. De gemeente trekt hier in totaal 1,135 miljoen voor uit.

Een half miljoen gaat naar een informatieve en opkomstbevorderende campagne, georganiseerd door de gemeente. Nog eens een half miljoen is bestemd voor een campagne om het raadsbesluit uit te dragen. Voor maatschappelijke organisaties die een bijdrage willen leveren, is 75.000 gulden subsidie uitgetrokken. Het referendumcomité krijgt 50.000 gulden uit de gemeentekas voor haar tegencampagne. Iets meer dan een ton, 127.000, is bestemd voor diverse praktische zaken, zoals de kosten van de handtekeningen, de kennisgevingen in de kranten (15.000 gulden), de uitslagavond (50.000 gulden), evaluatie en onvoorzien (ieder 15.000 gulden). Dat brengt het totaal op 3.452.000 gulden. Mocht dit referendum evenveel voor- en tegenstemmers trekken als het IJburg-referendum, dan is dat 15,40 gulden per stem. Het stadsdeel Binnenstad gaat dan door. Als iedereen gaat stemmen, kost dit referendum een kleine zes gulden per stem en is de uitslag pas woensdagavond 25 april bekend.

Opkomst
Bij het Amsterdamse referendum is de opkomst van doorslaggevend belang. Aangezien een referendum gaat over een beslissing van de gemeenteraad, is er een zogeheten 'gekwalificeerde meerderheid' nodig om dit besluit te verwerpen. In de eerste plaats moeten er meer stemmen tegen de deelraad zijn dan stemmen voor. Maar dat is niet voldoende. Er moeten ook meer tegenstemmers zijn dan de helft plus 1 van het aantal stemmen dat is uitgebracht bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen. Dat betekent dat er minimaal 132.489 Amsterdammers tegen de deelraad Binnenstad moeten stemmen om het besluit van de gemeenteraad te kunnen verwerpen. Dat is een kleine 25 procent van de stemgerechtigde Amsterdammers. In praktijk is die drempel hoog.

Bij de vorige referenda over IJburg en de Noord-Zuidlijn waren er meer tegen- dan voorstemmers. Toch was het aantal tegenstemmers te laag om de toenmalige raadsbesluiten te verwerpen.

Het zesde referendum
Het referendum deelraad Binnenstad is het zesde referendum in Amsterdam. Het eerste referendum in 1992 ging over de autoluwe binnenstad (uitslag: voor). Drie jaar later waren er referenda over het weilandje De Vrije Geer (uitslag: tegen) en de stadsprovincie: (uitslag tegen). Bij de twee laatste referenda, IJburg en Noord-Zuidlijn, waren de meeste stemmers tegen. In beide gevallen was het aantal tegenstemmers te laag om het raadsbesluit te kunnen verwerpen.

naar boven

Uit: Krant amsterdam.nl, februari 2000


-

© gemeente Amsterdam - 29-01-2001