Weinig uitloging schilderij na schoonmaak
Als restaurateurs van oude schilderijen oplosmiddelen voorzichtig
gebruiken, lekken weinig kleine moleculen weg uit de verflaag. Dit
uitlogen speelt wel een grote rol als verfmonsters worden
ondergedompeld. Dit blijkt uit onderzoek, uitgevoerd aan de National
Gallery of Art in Washington DC. Het onderzoek maakt deel uit van het
Molart-project van NWO.
De onderzoekers probeerden na te gaan welke effecten verschillende
oplosmiddelen hebben op olieverfschilderijen van Hollandse meesters.
De onderzoekers bestudeerden voornamelijk het fenomeen uitloging. Dat
is het weglekken van kleine moleculen uit de verflaag.
De chemici toonden met realistische proeven aan dat uitloging een
bescheiden rol speelt bij het schoonmaken van schilderijen met
schoonmaakmiddelen. Het schilderij staat zo kort in contact met het
oplosmiddel dat weinig organische olieverfbestanddelen uit het
schilderij verdwijnen.
Molart-onderzoeker Ken Sutherland, die op 25 april promoveert, maant
echter tot voorzichtigheid. Een schilderij wordt vele malen
schoongemaakt. Dat kan een cumulatief effect hebben zodat het
meesterwerk toch aftakelt. Daarnaast is uitlogen door oplosmiddelen
slechts een van de gevaren waaraan een schilderij bij de schoonmaak is
blootgesteld. Oplosmiddelen zorgen er waarschijnlijk voor dat
moleculen zich binnen het schilderij verplaatsen. Bovendien heeft
eerder onderzoek aangetoond dat schoonmaken de verflaag vochtig maakt
zodat deze zacht kan worden en zwellen.
Voor het onderzoek maakten de chemici gebruik van deeltjes uit
schilderijen van 17e-eeuwse Nederlandse meesters, zoals Jacob van
Campen en Cesar van Everdingen afkomstig uit de Oranjezaal in Huis ten
Bosch. Ook een beroemd paneel van de Westminster Retable van een
onbekende 13e-eeuwse schilder uit de Westminster Abbey en grote
aantallen teststukken uit het laboratorium van de National Gallery of
Art in Washington DC werden aan proeven onderworpen. De chemici
brachten de uitgeloogde moleculen uit de verflaag in kaart met
gaschromatografie. Tot de moleculen behoorden vetzuren, mono-, di- en
triglyceriden en soms relatief grote oligomeren. De moleculen zijn
gevormd na complexe reacties in de opdrogende olie.
Verfmonsters die waren ondergedompeld in oplosmiddel bleken na
onderdompeling aanzienlijk minder vluchtige moleculen te bezitten dan
voor de behandeling. De elektronenmicroscoop maakte zichtbaar dat de
structuur van de verf was aangetast. Naast de dompelproeven voerden de
onderzoekers experimenten uit die het schoonmaken nabootsen. Uit deze
resultaten bleek dat weinig tot geen van de vluchtige moleculen
uitlogen.
Gedegradeerde vernis, samen met opgehoopt vuil en oude, verkleurde
restauraties maken het periodiek schoonmaken van schilderijen
noodzakelijk. Schoonmakers beschikken over een scala aan methoden en
materialen. Meestal gebruiken ze schoonmaakmiddelen die organische
oplosmiddelen bevatten.
Nadere informatie bij:
* drs. Ken Sutherland (National Gallery of Art, Washington DC)
* tel. +1 202 842 6949, fax +1 202 842 6886
* e-mail k-sutherland@nga.gov
* Promotie 25 april