VERMINDERING ADMINISTRATIEVE LASTEN VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Datum: 25-04-2001
Het lid van de Tweede Kamer J.G. Wijn (CDA) heeft aan de minister van
Economische Zaken op 3 april 2001 de volgende schriftelijke vragen
gesteld.
1 Welke activiteiten worden er thans in IPO-verband ondernomen om tot
een substantiële reductie van de administratieve lasten voor het
bedrijfsleven op provinciaal niveau te komen?
2 Hoe beoordeelt u de voortgang hiervan?
3 Deelt u de mening dat het mogelijk moet zijn ook nieuwe provinciale
regelgeving voor te leggen aan het onafhankelijk orgaan voor toetsing
van de administratieve lasten (ACTAL)?
De minister van Economische Zaken, A. Jorritsma-Lebbink, heeft deze
vragen als volgt beantwoord.
1 In dit verband zijn drie initiatieven te noemen die zijn
aangekondigd in het eindrapport van de Commissie-Slechte. Deze
initiatieven liggen op het terrein van het milieubeleid en de
ruimtelijke ordening. Het gaat hier om het project 'Aanvraag op Maat',
het project 'Transport gevaarlijk afval' en het project 'Verklaring
van geen bezwaar artikel 19 WRO'.
2 Met alle genoemde projecten is goede voortgang geboekt die hierbij
wordt toegelicht:
- In het project 'Aanvraag op maat', een initiatief van de provincie
Noord-Brabant betreffende de provinciale vergunningverlening in het
kader van de Wet milieubeheer, is in eerste instantie een op de
bedrijfssituatie toegesneden integraal aanvraagformulier ontwikkeld.
Het formulier bestaat uit twee gedeelten: een algemeen deel en na
verwerking daarvan een op het bedrijf toegespitst tweede deel. Hiermee
is inmiddels praktische ervaring opgedaan. Voor een deel van het
bedrijfsleven bleek deze werkwijze een verbetering; bij een ander
deel, in het bijzonder kleinere inrichtingen, is er behoefte aan een
verdere vereenvoudiging. Om daaraan tegemoet te komen wil de provincie
voor een aantal veel voorkomende typen inrichtingen een toelichting
bij het formulier schrijven die wordt toegespitst op de kenmerken van
de betreffende branche; deel 1 en 2 worden dan gezamenlijk aan het
bedrijf toegezonden. Het ontwikkelde materiaal wordt door de provincie
Noord-Brabant kosteloos beschikbaar gesteld voor gebruik door andere
provincies.
- Het project 'Transport gevaarlijk afval' was een pilotproject met
betrekking tot de Provinciale Milieuverordening (PMV). De nadruk is
daarbij komen te liggen op bedrijfsafval. Trekkers van dit project,
dat onder de naam 'Goed vervoerd' is uitgevoerd, waren Transport en
Logistiek Nederland (TLN) en de Vereniging Nederlandse
Afvalondernemingen (VNA). Aan provinciale zijde was Zeeland nauw bij
het project betrokken. De aanbevelingen uit de eindrapportage, die met
name voor inzamelaars een reductie van de administratieve lasten
betekenen, zijn (in het kader van de evaluatie van de PMV, onderdeel
afval) over het algemeen bij de provincies goed ontvangen. Tot
implementatie is het tot dusver niet gekomen omdat in het kader van
het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet milieubeheer (structuur
beheer afvalstoffen) besloten is de regeling van het melden en
registreren over te hevelen naar het Rijksniveau. De betreffende AMvB
is nog in voorbereiding; de uitkomsten van genoemd project zullen
daarin worden meegenomen.
- Het project Verklaring van geen bezwaar inzake artikel 19 Wet op de
Ruimtelijke Ordening, dat per september 1999 is afgesloten, was een
succesvol beleidsexperiment in het licht van de wijziging van de WRO
die per 3 april 2000 van kracht geworden. Sinds die datum hebben
Gedeputeerde Staten van de provincies de bevoegdheid om in
overeenstemming met de Inspecteur van de Ruimtelijke Ordening,
categorieën van gevallen aan te wijzen waarin de gemeenten zonder
provinciale Verklaring van geen bezwaar vrijstelling mogen verlenen
van het geldende bestemmingsplan. De Commissie Administratieve Lasten
schatte in dat in de betreffende gevallen de administratieve lasten
voor de betrokken bedrijven meer dan gehalveerd worden.
De mate waarin gebruik wordt gemaakt van deze bevoegdheid varieert per
provincie.
3 De Kaderwet Adviescolleges maakt het niet mogelijk aan Actal
opdracht te verlenen tot toetsing van regelgeving van decentrale
overheden. Wel kunnen decentrale overheden op vrijwillige basis hun
regelgeving voor advies voorleggen aan Actal.