Gemeente Weert

25 april 2001
Sportonderzoek 2000:
KADERTEKORT SPORTVERENIGINGEN TOEGENOMEN

Het tekort aan bestuurlijk en technisch kader van de sportverenigingen in Weert neemt toe. Dat blijkt uit het Sportonderzoek 2000 dat de gemeente Weert heeft verricht. Dat tekort is sinds 1995 gestegen van 19 naar 51%. Voor de Weerter sportverenigingen blijkt dat op het moment het meest urgente knelpunt.
Het onderzoek maakt verder duidelijk dat een beperkt aantal, vaak oudere, vrijwilligers bij de sportverenigingen wordt belast met een (te) groot aantal taken. Hierdoor zeggen zij onvoldoende tijd te hebben om beleidsmatig de organisatie van de sportvereniging aan te sturen.

Er zijn overigens ook positieve ontwikkelingen te lezen in het onderzoek. Een aantal Weerter verenigingen heeft een beleidsplan opgesteld, met nieuwe ideeën en initiatieven. Bovendien heeft de verwachte daling van het ledental bij sportverenigingen niet ingezet. Verder is er volgens het rapport behoefte aan laagdrempelige vernieuwende ondersteuning van sportverenigingen en hun vrijwilligers.

Drie enquêtes
Het rapport Sportonderzoek 2000 van de gemeente Weert biedt naast enkele interessante conclusies over de ontwikkeling van sportstimulering, het bewegingsonderwijs en het beleid van sportverenigingen en sportgroepen, een beeld van hoe sporters de gemeentelijke sportafdeling SRT beoordelen. Het rapport is een uitwerking van een drietal enquêtes, die bij de sportverenigingen, de basisscholen en de recreatieve sportgroepen in het najaar van 2000 zijn gehouden. Het rapport, verkrijgbaar in het Infocentrum in de hal van het Weerter stadhuis, omvat een groot aantal conclusies.

Tevreden over gemeentelijke sportdienstverlening Een opvallende conclusie is, dat de dienstverlening van de gemeentelijke afdeling Sport, Recreatie en Toerisme als zeer positief wordt beoordeeld en bovendien positiever dan in 1995. Daarmee zijn enkele initiatieven om de kwaliteit van deze dienstverlening te verbeteren, succesvol geweest. Hier kan aan worden toegevoegd, dat de nieuwe sportsubsidieverordening en het nieuwe tarievenstelsel, beide in 1998 ingevoerd, in de ogen van de sportverenigingen rechtvaardiger en duidelijker zijn dan de vorige regelingen. Dit geldt niet voor de recreatieve sportgroepen, die vanaf dit jaar niet meer voor subsidie in aanmerking komen.

Prioriteit aan onderhoud sportaccommodaties
Een derde in het oog springende conclusie is, dat de staat van onderhoud en de hygiëne van de gemeentelijke sportaccommodaties door de sporters als onvoldoende wordt ervaren. Verbetering hiervan zal komende jaren hogere prioriteit moeten krijgen. Ten slotte wordt door de basisscholen het ontbreken van een vakdocent lichamelijke opvoeding als een gemis ervaren. Het onderzoek toont aan, dat er behoefte is aan vernieuwende impulsen van het bewegingsonderwijs, waarbij zowel de gemeente als de sportvereniging een rol van betekenis kunnen spelen.