Centraal Bureau voor de Statistiek

Conjunctuurbericht

Centraal Bureau voor de Statistiek april 2001

l Algemeen: lagere groeicijfers productie en gezinsconsumptie l Productie industrie: minder investerings- en consumptiegoederen l Consumentenvertrouwen: opnieuw gedaald

Algemeen Bruto binnenlands product (volume) De volumegroei van de productie in de industrie en van de gezins- Procentuele mutaties consumptie is begin 2001 lager dan in het laatste kwartaal van vorig jaar. De anticipatie van afnemers en consumenten op de BTW-ver- 8 1,6 hoging van 1 januari 2001 heeft de groeicijfers over de laatste maan- 7 1,4 den van vorig jaar waarschijnlijk positief beïnvloed en die van de 6 1,2 eerste maand(en) van dit jaar gedrukt. Het consumentenvertrouwen 5 1,0 is voor de vierde maand op rij gedaald. De koopbereidheid blijft 4 0,8 echter stabiel. De signalen over de arbeidsmarkt zijn positief. De werkloosheid is opnieuw gedaald, terwijl het aantal vacatures en het 3 0,6 aantal banen blijft groeien. Begin dit jaar zijn de tegoeden die consu- 2 0,4 menten aanhouden op spaarrekeningen aanzienlijk toegenomen. 1 0,2 Door het forse verlies op aandelen in het eerste kwartaal is het aan- 0 0 nemelijk dat er onder andere een verlegging van aandelenbelegging- I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV en naar spaargeld heeft plaatsgevonden. In april hebben de aan- 1997 1998 1999 2000 delenkoersen zich enigszins hersteld van de koersdalingen in het Zelfde kwartaal Voorgaande kwartaal eerste kwartaal. In maart is de inflatie uitgekomen op 4,6%. Boven- vorig jaar (links) seizoengecorrigeerd (rechts) gemiddeld zijn de prijsstijgingen voor voedingsmiddelen en alcohol- vrije dranken. De economische groei is in de loop van 2000 afge- nomen. Dit is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan een kleiner Productie industrie (volume) aantal werkdagen in de tweede helft van 2000. Procentuele jaarmutatie voortschrijdend 12-maandsgemiddelde


Productie industrie
Het productievolume van de industrie is in de periode januari­ 5 februari dit jaar 1,2% groter dan in dezelfde periode vorig jaar. Deze groei is lager dan de groei van 3,9% over heel 2000. Waarschijnlijk 4 hangt de lagere groei in de eerste twee maanden van dit jaar voor een deel samen met de BTW-verhoging per 1 januari 2001. Het is denk- 3 baar dat de producenten een gedeelte van de productie naar voren 2 hebben gehaald in verband met de anticipatie van de afnemers op de BTW-verhoging. Hierdoor zou de productie van goederen in de laat- 1 ste maanden van 2000 positief beïnvloed zijn, hetgeen een drukkend effect gehad kan hebben op de groei aan het begin van dit jaar. Dit is 0 j f m a m j j a s o n d j f m a m j j a s o n d j f met name zichtbaar bij de vervaardiging van investeringsgoederen en 1999 2000 2001 duurzame consumptiegoederen. Vooral in de metaalindustrie zijn de Industrie Metaal ontwikkelingen minder gunstig. Maar ook in de andere branches ligt de groei in de eerste twee maanden onder de jaargroei van 2000.

Consumentenvertrouwen Consumentenvertrouwen In april is het consumentenvertrouwen gedaald, voor de vierde Saldo positieve en negatieve antwoorden in % van het totaal achtereenvolgende maand. Het saldo van positieve en negatieve 40 antwoorden is in april uitgekomen op 0 en dat is lager dan tijdens het dieptepunt van de Aziëcrisis eind 1998. Terwijl in 2000 de optimisten 30 nog duidelijk de overhand hadden is nu het aantal optimisten even 20 groot als het aantal pessimisten. Het lagere vertrouwen is geheel toe te schrijven aan een minder gunstig oordeel over het economisch 10 klimaat. Voor het eerst sinds augustus 1996 vinden consumenten per 0 saldo dat het de afgelopen twaalf maanden slechter is gegaan met de economie. Bij het oordeel over de komende tijd hebben de pessimis- -10 ten al sinds begin dit jaar de overhand. Bijna de helft van de onder- -20 vraagden verwacht een verdere verslechtering. Slechts één op de tien voorziet een verbetering in de komende tijd. De koopbereidheid is -30 j f m a m j j a s o n d j f m a m j j a s o n d j f m a desondanks in de eerste vier maanden van 2001 stabiel, maar ligt wel 1999 2000 2001 op een lager niveau dan in 2000. Consumenten- Economisch vertrouwen klimaat Koopbereidheid

Inlichtingen: (045) 570 70 70 ­ Fax: (045) 570 62 68 ­ E-mail: Infoservice@cbs.nl l ISSN 0920-9743 l © Bronvermelding is verplicht l Verveelvoudiging voor eigen of intern gebruik is toegestaan l Actuele CBS-informatie wordt ook geboden via: NOS-teletekst, conjunctuurpagina 506, nieuwspagina 507 en internet: http://www.cbs.nl l Afsluitdatum gegevensverwerking 24 april 2001




Kerngegevens recente ontwikkelingen
Procentuele mutaties t.o.v. dezelfde periode het jaar daarvoor, tenzij anders aangegeven

1994/98 1999 2000 2000 2000 2001 gemidd. 1e kw. 2e kw. 3e kw 4e kw dec. jan. febr. maart

Economische kernvariabelen (volume)
Bruto binnenlands product 3,3 3,9 3,9 4,9 4,3 3,5 2,8 ­ ­ ­ ­ Invoer goederen en diensten 7,2 6,3 9,1 8,9 10,5 8,2 8,8 ­ ­ ­ ­ Consumptie 2,7 3,8 3,7 4,4 3,3 3,0 3,9 ­ ­ ­ ­ Overheid 1,5 2,5 3,1 3,0 3,1 3,1 3,0 ­ ­ ­ ­ Gezinnen 3,1 4,4 3,9 5,1 3,5 2,9 4,3 ­ ­ ­ ­ w.o. Individuele consumptie binnenland ­ 3,8 3,8 4,7 3,5 3,4 3,9 4,4 2,4 ­ ­ w.v. Voedings- en genotmiddelen 1,6 1,0 0,9 3,1 2,0 ­0,8 ­0,5 0,1 3,9 ­ ­ Duurzame consumptiegoederen 4,2 7,4 4,5 7,1 1,8 3,6 5,9 9,0 ­3,3 ­ ­ Overige goederen ­ 3,1 2,8 3,6 2,7 2,3 2,8 2,0 4,0 ­ ­ Diensten ­ 3,5 4,4 4,4 4,5 4,2 4,7 4,5 3,6 ­ ­ Bruto investeringen in vaste activa 4,8 6,5 4,0 5,4 7,1 2,5 1,1 ­ ­ ­ ­ Bedrijven 5,0 7,0 3,7 4,5 7,0 2,7 0,8 ­ ­ ­ ­ Overheid 3,9 3,4 5,9 12,0 7,7 1,7 3,3 ­ ­ ­ ­ Uitvoer goederen en diensten 6,8 5,6 9,1 8,7 9,7 9,5 8,3 ­ ­ ­ ­

Productie (volume)
Delfstoffenwinning 0,6 ­6,4 ­2,1 0,2 ­1,3 ­2,9 ­4,9 ­1,2 3,9 1,7 ­ Industrie 3,2 3,1 3,9 5,8 5,4 2,4 2,0 8,5 0,5 1,9 ­ Openbare nutsbedrijven 0,7 5,1 1,8 2,0 2,2 2,1 1,0 1,3 2,0 7,0 ­ Bouwnijverheid 1,0 5,5 3,8 7,7 5,5 0,8 1,0 ­1,3 ­ ­ ­

Prijzen
Consumentenprijsindex 2,2 2,2 2,6 2,0 2,4 2,7 3,0 2,9 4,2 4,5 4,6 Producentenprijzen industrie afzet 1,1 0,2 11,6 10,8 12,3 12,0 11,3 8,6 7,0 6,1 ­ Producentenprijzen industrie verbruik 1,1 1,9 19,4 20,9 19,5 18,3 17,7 11,8 7,1 5,8 ­ Aardolie, North Sea Brent (in $ per barrel) 17,17 17,99 28,53 26,68 26,76 30,59 30,07 26,26 25,97 27,63 25,66 Amerikaanse dollar (in gld) 1,81 2,07 2,39 2,23 2,36 2,44 2,54 2,46 2,35 2,39 2,42 Goud (in gld per 1 gram fijn) 20,92 18,94 21,88 21,32 21,70 22,13 22,36 21,97 20,57 20,62 21,33

Cao-lonen
Particuliere bedrijven 2,0 2,8 3,1 3,3 3,4 3,3 3,1 3,1 3,3 3,3 3,1 Overheid 1,5 3,2 2,8 2,7 2,0 2,8 2,9 3,0 3,7 3,7 4,8 Gepremieerde en gesubsidieerde sector 1,1 3,0 2,9 3,1 3,7 4,0 2,6 2,5 2,6 2,9 2,9

Stemming 1) (in %)
Orderpositie zakelijke dienstverlening ­ ­7,0 1,0 3,0 ­6,0 4,0 1,0 ­ ­ ­ ­ Producentenvertrouwen industrie 3,2 3,0 6,7 6,2 6,9 7,8 5,8 4,3 3,5 2,0 ­ Consumentenvertrouwen 6,0 14,0 24,0 25,6 27,7 24,8 19,6 18,6 15,2 10,7 5,3 Economisch klimaat 4,6 5,2 24,1 28,7 29,1 23,9 16,1 13,8 10,3 ­1,0 ­13,4 Koopbereidheid 7,0 19,9 23,9 23,6 26,8 25,3 21,9 21,8 18,5 18,5 17,8

Arbeidsmarkt
Aantal banen van werknemers (x 1 000) ­ 7 132 7 340 7 247 7 337 7 380 7 397 ­ ­ ­ ­ Arbeidsvolume werknemers ­ 3,5 2,9 3,1 3,0 2,8 2,8 ­ ­ ­ ­ Aantal vacatures (x 1 000) 74 158 188 201 202 169 189 ­ ­ ­ ­ Geregistreerde werklozen 2) (x 1 000) 410 221 188 217 173 176 186 187 184 176 ­ Aantal uren uitzendkrachten 18 ­13 ­ ­9 ­14 ­ ­ ­ ­ ­ ­ Uitgesproken faillissementen 3) ­6 ­6 13 ­2 ­1 27 33 0 12 ­ ­

Geld en krediet
CBS-herbeleggingsindex 4) 25,9 30,6 ­2,1 1,1 1,2 0,6 ­4,9 ­2,4 0,9 ­6,0 ­6,0 Europese liquiditeitenmassa (M3) ­ 7,6 6,3 7,1 8,1 7,5 6,8 6,3 8,6 8,4 ­ Spaartegoeden 4,4 7,4 3,9 4,5 4,4 3,6 3,3 3,0 6,3 5) 7,7 ­ Verstrekt consumptief krediet 9,5 9,7 ­ 10,1 4,3 ­ ­ ­ ­ ­ ­

Rente (in %)
Depositorente ECB ­ 1,71 3,08 2,33 2,92 3,33 3,75 3,75 3,75 3,75 3,75 Daggeldrente 3,7 2,7 4,1 3,3 4,0 4,4 4,8 4,8 4,8 5,0 4,8 Rendement op staatsobligaties 5,7 4,4 5,3 5,4 5,3 5,4 5,2 5,0 4,9 4,9 4,8 Hypotheekrente 6,4 5,1 5,9 5,6 5,7 6,0 6,2 6,2 6,2 6,0 ­

1) Saldo van positieve en negatieve antwoorden in procenten van het totaal. 2) Driemaandsgemiddelden opgenomen onder de middelste maand. 3) Bedrijven en instellingen exclusief eenmanszaken. 4) Mutaties t.o.v. voorgaande periode.
5) Reeksbreuk.
­ = gegevens zijn (nog) niet beschikbaar.

Consumentenprijsindex, alle huishoudens (1995=100) Procentuele mutaties t.o.v. het voorgaand jaar, tenzij anders aangegeven

Weging 1999 2000 1999 2000 2001 1995 1e kw. 2e kw. 3e kw. 4e kw. 1e kw. 2e kw. 3e kw. 4e kw. 1e kw.



Totaal 100,0 2,2 2,6 2,2 2,2 2,3 2,1 2,0 2,4 2,7 3,0 4,4

Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken 13,7 1,3 0,9 2,8 1,6 0,4 0,2 ­1,2 0,0 1,8 2,8 5,3 Brood en granen 2,3 1,7 1,4 1,6 1,5 2,0 1,6 1,4 1,0 1,1 2,5 3,6 Vlees 2,9 0,0 1,3 ­0,4 ­0,7 ­0,1 1,2 0,6 0,5 1,0 2,8 6,6 Rundvlees 0,4 2,0 2,0 1,7 1,7 2,0 2,3 2,0 2,3 2,0 3,9 5,2 Varkensvlees 0,5 ­2,7 3,7 ­3,9 ­4,8 ­2,4 1,2 2,8 2,8 3,7 5,8 9,8 Pluimvee 0,3 1,0 ­1,9 2,0 1,0 ­0,6 0,0 ­2,2 ­1,6 ­1,9 1,0 5,9 Vleeswaren en vleesgerechten 0,8 ­1,0 2,0 ­0,6 ­1,0 ­0,6 0,7 0,7 1,0 1,0 2,3 6,5 Vis 0,3 6,8 4,7 7,6 7,7 6,8 5,1 3,9 3,2 4,6 7,1 9,7 Melk, kaas en eieren 2,1 ­0,2 0,3 0,7 ­0,1 ­0,7 ­0,5 ­0,7 ­0,8 0,7 2,2 5,0 Oliën en vetten 0,4 1,0 4,1 0,8 0,6 ­0,2 2,8 4,8 3,8 3,9 3,7 5,5 Fruit 1,0 1,4 2,4 3,6 2,4 ­1,4 1,1 ­1,2 2,2 4,8 3,5 6,1 Groenten, aardappelen e.a. knollen 1,4 6,5 ­3,8 21,9 11,8 0,5 ­7,1 ­15,0 ­6,2 4,2 4,3 8,9 Suiker en andere zoetwaren 0,9 0,8 0,2 0,2 0,6 1,0 1,5 0,8 0,2 ­0,4 0,0 2,6 Alcoholvrije dranken 1,3 ­2,7 1,2 ­3,9 ­3,8 ­2,9 0,2 0,2 0,3 1,6 2,6 2,1 Alcoholhoudende dranken 1,9 1,7 1,1 1,3 1,6 1,7 1,8 1,1 0,5 0,8 1,8 5,4 Tabak 2,1 4,0 4,2 4,9 3,6 5,2 2,5 3,2 4,4 4,5 4,6 6,9




Landbouw: mond- en klauwzeer in Nederland uit op 158 duizend. Dat is 28 duizend minder dan in het laatste kwar- Sinds de uitbraak van mond- en klauwzeer (mkz) in Nederland is op taal van vorig jaar. Dit verschil valt buiten de onnauwkeurigheids- 26 boerderijen deze besmettelijke veeziekte vastgesteld (stand tot en marge van de steekproef. Daarom kan worden geconcludeerd dat na met 23 april). Bij een ruwe schatting van de economische gevolgen een periode van stabiliteit de werkloosheid opnieuw gedaald is. van deze epidemie door het Centraal Planbureau (CPB) is niet alleen Medio vorig jaar lag het aantal werklozen op 180 duizend en kwam er rekening gehouden met een afname van het productievolume en van een einde aan de jarenlange onafgebroken daling. De daling van de de productiecapaciteit in het deel van de veehouderij dat vatbaar is werkloosheid hangt mede samen met de aanhoudende krapte op de voor mkz. Daarnaast is ook sprake van een afname van de productie arbeidsmarkt, waarover het aantal vacatures een indicatie geeft. Eind in andere sectoren, zoals de toeristische sector en de pluimveesector. december 2000 stonden er 21 duizend vacatures meer open dan een Voorts veroorzaakt mkz hogere kostprijzen in de veehouderijsector jaar eerder. Het aantal vacatures in de particuliere sector kwam hier- en kunnen de binnenlandse prijzen van vee en vlees dalen door uit- mee op 189 duizend. De grootste stijging deed zich voor in de zake- voerbeperkingen. De invloed van de mkz-uitbraak op de economie is lijke dienstverlening. Eind december vorig jaar stonden in deze sector sterk afhankelijk van de uiteindelijke omvang van de epidemie. Als 9 duizend vacatures meer open dan een jaar eerder. deze beperkt blijft en in drie maanden achter de rug is, kan dit vol- gens het CPB een effect van totaal 0,1% van het bruto binnenlands Sparen: forse toename saldi spaarrekeningen product (bijna 1 miljard gulden) met zich meebrengen. Bij een `grote' In januari 2001 zijn de tegoeden die consumenten aanhouden op hun uitbraak, zoals in het Verenigd Koninkrijk, en een tijdsduur van spaarrekening aanzienlijk toegenomen. Per saldo werd er 6,2 miljard ongeveer een half jaar, wordt het effect globaal geschat op 0,75% van gulden meer op hun spaarrekeningen bijgeschreven dan er werd het bruto binnenlands product (ruim 7 miljard gulden). afgehaald. Dit is meer dan het dubbele van het hoogste niveau dat eerder werd gemeten. In februari heeft de spaarwoede zich op een Consumptie: groei in januari geremd iets lager pitje voortgezet: toen bedroeg het `spaarverschil' 2,8 miljard Lagere bestedingen aan duurzame goederen hebben de groei van de gulden. Het is op dit moment nog niet duidelijk of de hogere bespa- consumptie in januari geremd. Het volume van de binnenlandse ringen ten koste zijn gegaan van de consumptieve bestedingen of dat individuele consumptie in januari dit jaar is 2,4% groter dan in janua- het gaat om geld dat voorheen bijvoorbeeld in aandelen of in alterna- ri 2000. Deze ontwikkeling is op zich niet verrassend. De hogere tieve spaarvormen werd gestoken. Met name voor dit laatste is wel groeicijfers over het vierde kwartaal van vorig jaar wezen al op extra iets te zeggen. Door de herziening van het belastingstelsel per 1 janu- aankopen vooruitlopend op de verhoging van het hoge BTW-tarief ari 2001 is immers de aftrekbaarheid van de rente van lijfrentepolis- per 1 januari 2001. Zo zijn eind vorig jaar opvallend veel nieuwe sen beperkt. Verder zijn de zogenaamde dividendspaarrekeningen personenauto's gekocht. Normaliter kopen consumenten hun nieuwe onder het nieuwe belastingstelsel niet meer aantrekkelijk. Daarom auto juist graag aan het begin van een kalenderjaar. Het volume van zijn deze in veel gevallen opgeheven en deels omgezet in andere de bestedingen aan duurzame goederen in januari is 3,3% kleiner dan spaarvormen. Een verlegging van aandelenbeleggingen naar spaar- in januari vorig jaar. Deze afname komt volledig voor rekening van geld is echter eveneens aannemelijk: in het eerste kwartaal van 2001 de aankopen van vervoermiddelen. Daarvan nam het volume met heeft zich de koersdaling van de aandelen versterkt voortgezet. meer dan twintig procent af. De bestedingen aan voeding tonen door Ook in het Consumenten Conjunctuur Onderzoek (CCO) is in januari het gunstige koopdagenpatroon een relatief hoge volumegroei. Aan en februari een piek te zien bij de mate waarin huishoudens het diensten is 3,6% meer besteed dan in januari vorig jaar. zinvol vinden om te sparen `gezien de algemene economische situa- tie'. Afgaande op het CCO lijkt de plotselinge spaarzin van voorbij- Consumentenprijzen: in maart verder gestegen gaande aard: in maart neemt het aantal consumenten dat sparen De inflatie bedraagt in maart 4,6%. Dit is 0,1%-punt hoger dan in zinvol vindt weer af. Dit kan een gevolg zijn van de stabiele rente in februari. Bovengemiddeld zijn de afgelopen twaalf maanden de prijs- combinatie met de hogere inflatie: gecorrigeerd voor inflatie is de stijgingen voor voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken (6,8%). In de zogenaamde reële rente in maart nog maar 0,2%. Focus wordt hierop nader ingegaan. Binnen de twaalf landen van de Eurozone heeft Nederland op Portugal na de hoogst inflatie. In maart Geldmarkt: fors verlies op aandelen in eerste kwartaal van dit jaar lag de geharmoniseerde consumentenprijsindex in Neder- De koersdaling van de aandelen op de Amsterdamse beurs, ingezet na land 4,9% hoger dan in dezelfde maand van 2000. In de Eurozone als ge- het recordniveau van 4 september 2000, heeft zich in het eerste kwartaal heel bedroeg de inflatie in maart 2,6%, gelijk aan het cijfer van februari. van 2001 versterkt voortgezet. Grote onzekerheid over de ontwikkeling van de economie in Amerika en de invloed daarvan op Europa drukten Arbeidsmarkt: positieve ontwikkelingen de koersen in het eerste kwartaal van 2001 met 11%. Deze koersdaling De signalen over de arbeidsmarkt zijn positief. De werkloosheid is van 11% betekent de grootste daling in een eerste kwartaal sinds de start opnieuw gedaald, terwijl het aantal vacatures en het aantal banen van de CBS-beursindex in 1952. Inmiddels hebben de aandelenkoersen blijft groeien. Aan het eind van het vierde kwartaal van vorig jaar zich in de loop van april enigszins hersteld. Op 23 april sloot de her- bedroeg het aantal banen van werknemers 7,4 miljoen. Dat zijn er beleggingsindex op een stand van 1 526. Ten opzichte van het diepte- ruim 200 duizend meer dan aan het eind van 1999, een stijging van punt van 22 maart (1 411) is dit een stijging van 8%. De Europese 2,8%. Ook in de overige kwartalen van vorig jaar lag de banengroei Centrale Bank (ECB) heeft het rentetarief in de eurozone in het eerste op of net onder de drie procent. Eind 2000 werd de grootste procen- kwartaal van dit jaar onveranderd gelaten. De depositorente, het rente- tuele stijging van het aantal banen van werknemers waargenomen bij tarief waartegen de ECB de deposito's van de banken vergoedt, bleef op de commerciële dienstverlening. Het voor seizoeneffecten gecorri- 3,75% staan. Daarentegen is in de Verenigde Staten de rente voor de geerde werkloosheidscijfer kwam in het eerste kwartaal van dit jaar vierde keer dit jaar met een 0,5%-punt verlaagd.

Geregistreerde werkloosheid, voor seizoen gecorrigeerd Sparen Driemaandsgemiddelde (x 1 000) Saldo positieve en negatieve antwoorden mld gld

350 68 7 66 6 64 5 300 62 4 60 3 250 58 2 56 1 54 0 200 52 -1 50 -2 j f m a m j j a s o n d j f m a m j j a s o n d j f m 150 1999 2000 2001 jj ff m
m aa m
m jj jj aa ss oo nn dd jj ff m
m aa m m jj jj aa ss oo nn dd jj ff m m aa m m jj jj aa ss oo nn dd jj ff 1998 1999 2000 '01 Sparen zinvol? (links) Spaarverschil (rechts)




FOCUS Consumentenprijsindex, alle huishoudens (1995=100)

G Prijzen van voedingsmiddelen, dranken en tabak fors 120 omhoog
115

Een opvallende rol bij de toename van de inflatie is weggelegd voor 110 de artikelgroep voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken. Deze groep heeft met een prijsstijging van 6,8% tussen maart 2000 en maart 105 2001 bijna de hoogste prijsstijging van alle artikelgroepen. Dit is des te opmerkelijker omdat het verlaagde BTW-tarief, dat op deze artike- 100 len van toepassing is, niet is verhoogd.
Ook in historisch perspectief is deze stijging uitzonderlijk. Voedings- middelen en alcoholvrije dranken kennen in het algemeen een relatief 95 1996 1997 1998 1999 2000 '01 bescheiden prijsstijging. Tussen 1990 en 2000 is de prijsstijging in deze groep gemiddeld 1,3% per jaar. Dat is ongeveer de helft van de Totaal Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken gemiddelde inflatie die in deze tien jaar 2,5% bedroeg. Ook in het jaar 2000 was de gemiddelde prijsstijging van voedingsmiddelen en alco- holvrije dranken met 0,9% nog bescheiden. In de periode 1990­2000 Consumentenprijsindex, alle huishoudens fluctueerde de prijsstijging ten opzichte van een jaar eerder voor de Procentuele mutaties t.o.v. voorgaand jaar voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken tussen ­2,2% en +4,0%. Begin 2000 waren de prijzen van voedingsmiddelen 1,6% gedaald ten 8 opzichte van een jaar eerder. Daarbij speelden de lage prijzen van een 7 aantal versproducten een rol, en ook een prijzenoorlog tussen super- 6


marktketens die in het eerste kwartaal van 2000 uitbrak. In de loop 4 van 2000 liep het cijfer op tot rond 2,8% in het laatste kwartaal. In het 3 eerste kwartaal van 2001 is het cijfer nog sterker opgelopen, van 3,8% 2 in januari, via 5,2% in februari naar 6,8% in maart. 1 De stijging van deze jaarmutatie van ­1,6% naar +6,8% tussen maart 0 2000 en maart 2001 is zowel toe te schrijven aan voedingsmiddelen -1 die vanuit hun aard sterk in prijs kunnen fluctueren, als aan -2 voedingsmiddelen die een veel rustiger prijsverloop kennen. Tot de j f m a m j j a s o n d j f m a m j j a s o n d j f m eerste groep horen vers fruit, verse groenten en aardappelen. Deze 1999 2000 2001 waren in maart 2000 fors goedkoper dan in maart 1999: fruit ­4,3%, verse groenten ­12,0% en aardappelen ­49,7%. Tussen maart 2000 en Totaal Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken maart 2001 is de prijs weer fors aangetrokken: fruit +9,8%, verse groenten +17,9% en aardappelen +13,9%.
De prijzen van voedingsmiddelen die traditioneel een veel rustiger prijsverloop kennen, zijn in het laatste jaar ook sterk aangetrokken. Vlees werd in de laatste tien jaar gemiddeld minder dan een procent Prijsstijging voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken per jaar duurder. In de laatste twaalf maanden ging de prijs echter Procentuele mutatie eerste kwartaal 2001 t.o.v. eerste kwartaal 2000 8,8% omhoog. Een vergelijkbare ontwikkeling zien wij bij melk, kaas en eieren. Na een gemiddelde prijsstijging van 0,6% per jaar in de Voedingsmid. en alcoholvrije dr. afgelopen tien jaar wordt de consument in de laatste twaalf maanden met een prijsstijging van 6,4% bij zuivelproducten geconfronteerd. Alcoholvrije dranken Ook brood en granen werden in de laatste twaalf maanden 3,7% Suiker en andere zoetwaren Brood en granen duurder, duidelijk meer dan de gemiddelde prijsstijging van 1,7% per Melk, kaas en eieren jaar sinds 1990. Vis kent al enkele jaren wat sterkere prijsstijgingen. Rundvlees Was deze tussen 1990 en 1995 nog slechts gemiddeld 1,4% per jaar, Oliën en vetten Pluimvee sinds 1995 is deze aangetrokken tot 3,4% per jaar, en in de laatste Fruit twaalf maanden tot boven 10%. Vleeswaren en vleesgerechten De prijsstijging in de afgelopen twaalf maanden bij voedingsmidde- Vlees Tabak len en alcoholvrije dranken wordt nog overtroffen door de prijs- Groenten, aardappelen e.a. knollen stijging van alcoholhoudende dranken en tabak, welke gemiddeld Vis 7,2% duurder werden. Deze artikelen vallen onder het algemene Varkensvlees BTW-tarief, dus is deze stijging voor 1,3%-punt toe te schrijven aan de 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 BTW-verhoging per 1 januari.
Tabak stijgt sinds 1990 met gemiddeld 5,5% per jaar in prijs. De stijging in de afgelopen twaalf maanden van 7,9% gaat daar dus iets Voedingsmiddelen en alcoholvrije dranken, 1e kwartaal bovenuit. Alcoholhoudende dranken zijn wel veel meer in prijs geste- Procentuele mutaties t.o.v. overeenkomstige periode voorgaand jaar gen dan in de afgelopen jaren gebruikelijk was, namelijk met 6% tegenover gemiddeld 1,5% in de laatste tien jaar. 8 De toename van de prijsstijgingen van voedingsmiddelen en alcohol- 6 vrije dranken in de afgelopen twaalf maanden doet zich overigens in vrijwel alle landen van de Europese Unie voor. Tussen het eerste 4 kwartaal van 1999 en dat van 2000 daalden de prijzen van voedings- middelen in de eurozone licht. In de laatste twaalf maanden wordt in 2 de eurozone een gemiddelde prijsstijging van 4,4% voor deze produc- ten gemeten. 0
-2

-4 Por Ier Ned Spa Fra Ita Den Fin Bel Dui Gri Oos VK Zwe Euro-Eu zone 15 2001 2000