Overeenstemming over afronding Diemerzeedijk (26-4-01 14:48:48)
Minister Pronk (VROM) en de wethouders Stadig en Grondel van Amsterdam hebben
26 april een bestuurlijk overleg gehad over de bodemsanering van de
Diemerzeedijk. Onderwerp van gesprek waren twee rapporten van de Inspectie
Milieuhygiene van VROM en de reactie van de gemeente daarop. In de rapporten
beoordeelt de Inspectie de saneringsmaatregelen die tijdens de bodemsanering
genomen zijn en mogelijke milieu- en volksgezondheidsrisico's. De minister
constateert dat het oordeel over de technische kant van de bodemsanering
positief is maar dat ook tot het oordeel hoort dat nog enkele trajecten worden
afgewikkeld. In dit verband is overeengekomen dat het onderzoek van Amsterdam
naar de eventuele restrisico.s van de afdichtlaag door een onafhankelijke
instantie beoordeeld zal worden. Verder zal, als waarborg voor de nazorg die bij
bodemsaneringsprojecten met een dergelijke omvang gebruikelijk is, Amsterdam nog
drie extra onderzoeken uitvoeren naar eventuele resterende plaatselijke
verontreinigingen buiten de schermwand. Als die worden aangetroffen, zullen ze
conform de reeds geplande systematiek lokaal worden gesaneerd.Met betrekking
tot de verdeling van bestuurlijke en ambtelijke verantwoordelijkheden bij
omvangrijke saneringsprojecten zal minister Pronk met nadere richtlijnen komen
omtrent de bestuurlijke organisatorische aanpak van toekomstige
bodemsaneringsprojecten. Een resterend punt betreft de vraag of de aannemer
financieel voordeel heeft behaald door in plaats van schoon zand gerecycled zand
toe te passen. Er loopt op dit punt een gerechtelijke vooronderzoek. Indien
daaruit zou blijken dat er sprake is van ongerechtvaardigde verrijking zal de
gemeente zorgen dat die ongedaan wordt gemaakt. Minister Pronk zal de Tweede
Kamer informeren over dit onderwerp.