Provincie Drenthe

Dalende lijn zet niet door
Bestrijding muskusratten nog niet op gewenst niveau

Assen, 8 mei 2001
Persberichtnummer 01-044



Ondanks de intensieve bestrijding kost het de muskusrattenvangers van de provincie Drenthe nog steeds veel moeite om de populatie van de knaagdieren onder controle te krijgen. Dat blijkt uit het jaarverslag muskusrattenbestrijding over het jaar 2000. Vorig jaar zijn er weer ruim 7.600 muskusratten gevangen. Daarmee zet de daling die vanaf 1995 zichtbaar leek definitief niet door.

De afgelopen jaren daalden de vangsten van ruim 11.000 in 1995 naar 5.600 ratten in 1998. In 1999 echter leek de populatie zich weer uit te breiden en werden ruim 7.000 ratten gevangen. De cijfers over vorig jaar bevestigen dit beeld. Bijna de helft van de ratten wordt gevangen in het gebied van waterschap Aa en Hunze. Vooral in het relatief natte grensgebied met Groningen en Duitsland is het aantal vangsten gestegen. Oorzaak van de stijging zit waarschijnlijk in de zachte en natte winters van de afgelopen jaren.
De provincie Drenthe ziet geen reden om meer bestrijders in te zetten. In Drenthe zijn vorig jaar geen noemenswaardige schadegevallen opgetreden. Ook is de stijging ten opzichte van 1999 gering. De 17 bestrijders vangen gemiddeld 0,38 rat per uur dat ze in het veld zijn. Dat is een redelijke score. Het streven is om in het jaar 2005 op 0,25 rat per uur te komen. Dat is de landelijke norm die geldt voor een situatie die onder controle is.

In 2001 verwachten de bestrijders weer tussen de 6.000 en 8.000 muskusratten te vangen. Het vangstverbod vanwege het MKZ-risico zal tijdelijk wel een grotere populatie veroorzaken. De richtlijnen voor de vangers zijn inmiddels versoepeld. Zo is het leeghalen van de vallen en fuiken op veel plaatsen weer mogelijk onder de voorwaarde dat de bestrijders zichzelf en hun materieel ontsmetten met citroenzuur. De bestrijders verwachten de tijdelijke groei van de populatie in de loop van het jaar weer om te buigen. De periode dat de bestrijders niet in het veld mochten komen, lag grotendeels in de trekperiode die tot ongeveer half april duurt. In die periode waren alle fuiken en vangkooien al op de trekroutes uitgezet. Nu de trek voorbij is werken de muskusrattenbestrijders aan een gericht speurprogramma met name naar de nesten. Daar worden klemmen uitgezet. Dat duurt tot ongeveer half september. Daarna volgt de najaarstrek waarbij de vangmiddelen weer op de route worden uitgezet.



Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de Stafgroep Communicatie van de provincie, telefoonnummer (0592) 365265, faxnummer (0592) 357188
E-mail: communicatie@drenthe.nl