PERSBERICHT
Utrecht, 9 mei 2001

Kort geding tegen gebruik van
omstreden bestrijdingsmiddelen

Stichting Natuur en Milieu, de Zuid-Hollandse
Milieufederatie, de Vereniging van Waterbedrijven
VEWIN en drie waterbedrijven willen via een kort geding tegen de Staat voorkomen dat dit teeltseizoen elf uiterst omstreden bestrijdingsmiddelen worden toegepast. Het betreft elf zogeheten onmisbare bestrijdingsmiddelen, die in 1999 verboden werden na een serie door de
milieuorganisaties gewonnen processen, maar die via een recente wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet alsnog werden toegelaten. De milieuorganisaties en
waterbedrijven spanden direct een rechtszaak aan tegen de wetswijziging wegens strijdigheid met de Europese regelgeving. Deze rechtszaak dient echter pas in oktober. Met het kort geding willen de milieuorganisaties en de waterbedrijven voorkomen dat de elf bestrijdingsmiddelen dit teeltseizoen toch worden gebruikt, met alle
milieuschade van dien.

Het kort geding is een logische stap in het lange juridische gevecht tegen de schadelijke bestrijdingsmiddelen waarin de milieuorganisaties keer op keer door de bestuursrechter in het gelijk werden gesteld.
Al in 1991 werd bij het beleidsplan Meerjarenplan
Gewasbescherming duidelijk dat een negentigtal
bestrijdingsmiddelen het veld moest ruimen wegens grote milieu- en gezondheidsschade. De in 1995 van kracht geworden milieuregels werden onder druk van de land- en tuinbouw omzeild met gedoogregelingen voor vijftig van de negentig middelen. De bestuursrechter verklaarde in 1998 dat deze gedoogregelingen onrechtmatig waren. De vijftig middelen werden in 1999 verboden. Na een emotioneel protest van de land- en tuinbouw zorgde de Tweede Kamer voor een nieuwe gedoogregeling, nu voor elf 'landbouwkundig onmisbare' bestrijdingsmiddelen. De bestuursrechter verklaarde in de zomer van 2000 ook deze regeling onrechtmatig. Als laatste poging om de schadelijke middelen nog overeind te houden, is in januari 2001 de Bestrijdingsmiddelenwet zodanig gewijzigd dat de elf middelen toch mogen worden gebruikt.

De civiele bodemprocedure die de milieuorganisaties en de waterbedrijven tegen de wetswijziging hebben aangespannen, zal de rechtbank in oktober van dit jaar behandelen. Dat is te laat om dit teeltseizoen de milieuschade te voorkomen. Door de elf bestrijdingsmiddelen komt jaarlijks 470.000 kilo puur gif in het milieu terecht. Bovendien zijn er alternatieven. De wetswijziging is slechts een service is aan achterblijvers in de land- en tuinbouw die niet de moeite hebben genomen over te schakelen naar moderne landbouwmethoden.