Titel: ANTWOORDEN VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN OP VRAGEN VAN
Persberichtnr.
01/127
Den Haag
9 mei 2001
ANTWOORDEN VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN OP VRAGEN VAN DE lEDEN REITSEMA EN WIJN VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN GENERAAL OVER EEN ONBELASTE VERGOEDING VOOR EEN INTERNETABONNEMENT
VRAGEN
1.
Is het de bedoeling om te komen tot een loonbegrip dat openstaat voor
maatschappelijke ontwikkelingen? Heeft u mede in dat licht in de nota
naar aanleiding van het verslag bij de invoeringswet IB 2001 kenbaar
gemaakt dat zakelijke internetabonnement onbelast vergoed kunnen
worden?
2.
Kunt u bevestigen dat hieronder ook kan vallen het verschaffen van een
abonnement op MXStream, een nieuwe vorm van een internetabonnement
waarbij de gebruiker voor een vast bedrag per maand ( 99) de
beschikking krijgt over een internetverbinding, waarbij de
telefoonkosten niet meer afzonderlijk in rekening worden gebracht?
Antwoorden.
1.
In de memorie van toelichting bij de Invoeringswet IB 2001 (26728, nr.
3) is opgemerkt dat het uitgangspunt van de tot en met 2000 geldende
wetgeving van kracht blijft. Dat uitgangspunt houdt in dat ieder
voordeel dat in verband kan worden gebracht met de dienstbetrekking,
wordt beschouwd als loon in de zin van de loonbelasting. In de Wet op
de loonbelasting 1964 is vervolgens ruimte geschapen voor het niet tot
het loon rekenen van vergoedingen en verstrekkingen die naar algemeen
maatschappelijke opvattingen niet als loon worden ervaren. Ter
verduidelijking daarvan zijn in de wet opsommingen opgenomen van
vergoedingen en verstrekkingen die in elk geval wel en die in elk
geval niet tot het loon behoren. In aanvulling daarop is een
delegatiebevoegdheid geïntroduceerd op basis waarvan de minister van
Financiën kan bepalen dat door hem aan te wijzen vergoedingen en
verstrekkingen wel of niet tot het loon behoren. Zoals ook in de
memorie van toelichting is opgemerkt geeft deze opzet een duidelijk
vertrekpunt voor een loonbegrip dat nauw aansluit bij de tot en met
2000 bestaande systematiek en dat open staat voor maatschappelijke
ontwikkelingen.
In de nota naar aanleiding van het verslag bij de Invoeringswet IB
2001 is op vragen van de leden van de fractie van GroenLinks
geantwoord dat de vergoeding voor een zakelijk internetabonnement als
een vrije vergoeding kan worden behandeld. Daarbij is opgemerkt dat
deze vergoeding in het specifieke belang van de werkgever wordt
betaald en dat geen sprake is van een aanmerkelijk voordeel van de
werknemer. Deze opmerking past in de hiervoor geschetste lijn.
2.
Mxstream is de merknaam waaronder KPN Telecom met behulp van de
zogenoemde ADSL-technologie (hierna: ADSL) breedbandverbindingen via
gewone telefoonlijnen mogelijk maakt. Een abonnement voor Mxstream is
niet op één lijn te stellen met een internetabonnement. Het
Mxstream-abonnement is namelijk te splitsen in een deel dat moet
worden betaald voor de toegang tot het internet en een deel dat moet
worden betaald voor (een vast bedrag aan) gesprekskosten.
Het Mxstream-abonnement is ook geen telefoonabonnement en evenmin een
tweede telefoon. De in de Wet op de loonbelasting 1964 opgenomen
bepalingen voor telefoonabonnementen en tweede telefoons gelden dus
niet voor een Mxstream-abonnement en soortgelijke voorzieningen. Over
deze onderwerpen bereidt een kennisgroep van de Belastingdienst enkele
standpunten voor. De lijn daarbij zal zijn dat zakelijke abonnementen
als Mxstream en dergelijke vormen van ADSL (in hun geheel) als vrije
vergoeding kunnen worden beschouwd als aannemelijk is dat zij geheel
of nagenoeg geheel worden gebruikt ter behoorlijke vervulling van de
dienstbetrekking. Bij een geringer zakelijk gebruik zal een deel van
de vergoeding tot het loon behoren.
Een en ander zal ik binnenkort in een besluit als beleid vaststellen.