OPTA

Visie op telecommunicatie- en postmarkt

Visie op telecommunicatie- en postmarkt
OPTA: STEVIGE REGELS EN TOEZICHT BLIJVEN NODIG VOOR EFFECTIEVE

CONCURRENTIE

Den Haag 10 mei 2001. De concurrentie op de telecommunicatiemarkt is in 2000 over het algemeen toegenomen. Prijzen voor eindgebruikers, zoals
bedrijven en consumenten, zijn gedaald. Investeringen en werkgelegenheid zijn gestegen en nieuwe diensten worden geïntroduceerd. Door het opleggen van toegangsverplichtingen en het beslechten van geschillen door OPTA kon de concurrentie zich zowel in diensten als in netwerken verder ontwikkelen.
Dat staat te lezen in de VISIE OP DE MARKT die OPTA vanochtend heeft gepubliceerd.

In het komende jaar wordt duidelijk hoe de nieuwe Europese telecommunicatieregels eruit zullen zien. Als iets duidelijk naar voren komt uit de evaluatie van OPTA en het voorgenomen Europese beleid, is het dat stevige regels en toezicht voorlopig nodig zullen blijven om te zorgen dat de al bereikte voordelen van concurrentie behouden blijven en verder uitgebouwd kunnen worden. Voor de kortere termijn 2001 geldt dat OPTA zich verder zal inspannen om te zorgen voor toegang én tempo zodat concurrenten tijdig gelijke kansen hebben, en eindgebruikers meer keuzemogelijkheden krijgen.


1 TELECOMMUNICATIEMARKT


De concurrentie op de telecommunicatiemarkt is sterker geworden, prijzen voor afnemers zijn flink gedaald. Door de ontwikkeling van nieuwe diensten en technologieën stijgt het investeringsniveau en de werkgelegenheid. Grote marktspelers zijn bezig hun posities te behouden en tegelijkertijd nieuwe posities op te bouwen. Nieuwe toetreders ervaren concurrentie op een andere manier: zij moeten strijden tegen de gevestigde ondernemingen in de markt. Deze gebruiken hun leidende positie onder meer om de toetreders een hard battle te presenteren bij binnenkomst. Toezicht in deze sector is daarom broodnodig. Hiervoor moeten dan wel geschikte regels aanwezig zijn. Dat is niet altijd het geval.

Netwerkcapaciteit

Er is een zeer sterke behoefte aan netwerkcapaciteit, bijvoorbeeld door de toename van het internetverkeer. Concurrenten richten zich vooral op het uitrollen van netwerken voor het verlenen van breedbanddiensten. Het is zaak dat deze netwerkcapaciteit vanuit publiek belang goed bewaakt wordt.
De regels over interconnectie, levering en toegang tot de netwerken bepalen voor een deel het investeringsklimaat.

Vaste telefonie

Investeringen in het segment vaste telefonie zijn het afgelopen jaar toegenomen. Het betreft hier zowel de traditionele dienstverlening, als investeringen in het technologische platform voor de toekomst. Ook concurrenten investeren fors in dit segment. De concurrentie op de markt voor vaste openbare telefonie heeft in 2000 een impuls gekregen door carrier preselectie. Dit betekent dat gebruikers makkelijker kunnen kiezen voor een concurrerende aanbieder van telefonie. KPN is verplicht hieraan mee te werken. De aanbieders concurreren met name op de markt voor nationaal en internationaal verkeer. Bij het lokaal bellen (binnen het basistarief) blijft KPN de goedkoopste. De concurrentie is hier minimaal.

Prijssqueeze
Concurrerende aanbieders zitten steeds vaker klem door een te kleine marge tussen eindgebruikers-tarieven die over de hele linie zijn gedaald als gevolg van meer concurrentie, en gestegen interconnectietarieven. Deze zogeheten prijssqueeze bedreigt de ontwikkeling van gezonde
concurrentie op langere termijn omdat deze werkt als toetredingsdrempel voor nieuwe aanbieders.
Voor dit probleem is dringend een oplossing gewenst en die zal OPTA ook bieden.

Mobiele telefonie

De markt voor mobiele telefonie is in 2000 weer zeer sterk gegroeid. Er zijn inmiddels ruim 10 miljoen Nederlanders met een mobiele telefoon. De concentratie van marktaandelen in de markt is verder afgenomen. Door de mogelijkheid van nummerbehoud (portabiliteit) is overstappen naar een andere aanbieder gemakkelijker geworden.

De mobiele markt wordt vaak genoemd als voorbeeld van een telecommunicatiemarkt waar de concurrentie goed op gang is gekomen. Dat is maar ten dele waar. Tarieven zijn weliswaar gedaald, maar de markt heeft een enorme groei doorgemaakt, zodat vaste kosten per eenheid alleen al door volumegroei gedaald zijn. Het is niet meer dan logisch dat dit aan gebruikers ten goede komt. Dat betekent nog niet dat er dus ook overal goede concurrentie is. Het beeld is sterk gedifferentieerd.

Er is een hevige concurrentie op de markt voor nieuwe abonnees. Die concurrentie speelt zich nu nog af op het terrein van kortingen op toestellen. Onduidelijk is of er sprake is van concurrentie op abonnementstarieven en op tikken. De marktdoorzichtigheid op de mobiele markt laat veel te wensen over. OPTA heeft de indruk dat er een overmatig accent ligt op het aantrekken van nieuwe klanten met weer het nieuwste model toestel. Hierdoor én door hoge kortingen lijken de consumentenkeuzes minder rationeel.

Markten werken hier nog niet goed. De concurrentie op de markt voor nieuwe abonnees wordt nog steeds gefinancierd uit de nog steeds te hoge tarieven voor het bellen van vast naar mobiel. De tarieven voor vast naar mobiel zullen meer in lijn met kosten moeten komen. Dat zal de marktwerking kwalitatief verbeteren, maar kan een interventie van de toezichtshouder nodig hebben.

Dat de mobiele markt gebreken heeft blijkt ook wel uit de bijzonder hoge tarieven voor het bellen van en naar een mobiel toestel in het buitenland. Dit is een grensoverschrijdend probleem. Dit vraagt dan ook een internationale oplossing. In het samenwerkingsverband van de Europese toezichthouders zullen hiervoor in 2001 initiatieven worden genomen om dit probleem op te lossen. Het is echter waarschijnlijk dat hiertoe de regelgeving moet worden aangepast.

Antennes

Een knelpunt op de mobiele markt betreft antennes. Er is een tekort aan locaties waar antennes geplaatst kunnen worden en er bestaan problemen bij het verkrijgen van (gemeentelijke) vergunningen. Eén van de oplossingen voor dit probleem is om de antennemasten die er al zijn beter te benutten (site sharing). OPTA heeft daarom begin 2000 regels opgesteld over het delen van antenne-opstelpunten. De rechter meende echter dat dit buiten de bevoegdheden van OPTA valt. Een uitspraak in hoger beroep, van het College van beroep voor het bedrijfsleven, heeft zeer onlangs uitgewezen dat OPTA beschikt over een ruimere beoordelingsruimte bij de uitleg van vage normen in de wet dan eerder bepaald. Deze bevoegdheden zijn belangrijk, zeker omdat bij het uitrollen van de nieuwe UMTS netwerken opnieuw problemen te verwachten zijn met het plaatsen en delen van antennemasten.

UMTS
Voor de ontwikkeling van de derde generatie mobiele telefonie, UMTS, is ook aan de orde of het mogelijk en wenselijk is dat operators gezamenlijk een volledig netwerk opzetten. Een arrangement kan naar de mening van OPTA op gespannen staan voet met de achterliggende noties van infrastructuurconcurrentie. Juist het naast elkaar bestaan van netwerken zorgt voor dynamische concurrentie, voor structurele prikkels en technologische innovatie. Het aanleggen van een enkel UMTS netwerk houdt directe risicos in voor concurrentie. Het zal dan nodig zijn om goede toegangswaarborgen te creëren en daarop toezicht uit te oefenen. Dit betekent in dit scenario dat meer specifieke regels nodig zullen blijven.

Internet

Directe toegang tot het aansluitnet van KPN is cruciaal voor concurrenten om bijvoorbeeld snel internet via ADSL aan te bieden. Hier is meer laagdrempelige toegang nodig. De instrumenten hiervoor zijn inmiddels gereed en worden nu toegepast, zodat alle concurrenten gelijke kansen hebben.

ADSL is een voorbeeld van innovatie die verstrekkende gevolgen voor de markt heeft. Voor zakelijk gebruik zijn breedbanddiensten al niet meer weg te denken. De markt voor huurlijnen met hoge capaciteit groeit al jaren bijzonder sterk, en hier zijn de marktaandelen al aardig gelijk verdeeld. Toch zijn de beschikbaarheid en de prijzen op de huurlijnenmarkt nog zeer problematisch. De levertijden van huurlijnen zijn lang en de prijzen zijn hoog, vergeleken met andere landen. OPTA werkt eraan dat dit probleem in 2001 is opgelost en dat geen grote afwijkingen met de markt in andere EU-landen meer bestaat.

Ook voor de consumentenmarkt is snel internet een belangrijke nieuwe dienst. In 2000 is de ontwikkeling hiervan achtergebleven op de voorspellingen. Dat is niet anders in de meeste Europese landen. De komende één à twee jaar zijn bepalend voor de verdere ontwikkeling van ADSL en de concurrentieverhoudingen in deze nieuwe markt. Om dat proces te begeleiden is sinds 1 januari 2001 een Europese Verordening van kracht, die rechtstreeks aan de toezichthouders extra middelen geeft voor waakzaamheid en ingrepen waar nodig.

Een cruciaal element in de ontwikkeling van nieuwe diensten is de ontbundeling van de aansluitlijn. Dit is een bron van vertraging bij de invoering van ADSL. OPTA heeft hiervoor reeds sinds 1998 stappen gezet. In 2000 is het tarief voor ontbundeling vastgesteld. Ook zijn richtsnoeren voor collocatie het plaatsen van apparatuur van concurrenten in centrales van KPN vastgesteld. OPTA heeft in 2000 te maken gehad met een aantal geschillen over met name operationele problemen (vaak capaciteitsproblemen) bij bijzondere toegang tot het netwerk van KPN. Het is zaak dat investeringen in voldoende mate én op tijd worden gedaan om collocatie mogelijk te maken.

Voor een evenwichtige ontwikkeling van concurrentie dienen concurrenten van KPN op precies dezelfde condities als KPN zélf, toegang tot consumenten te hebben. Het beginsel van non-discriminatie zal zó worden toegepast dat KPN niet anderen mag afhouden van toegang tot zijn centrales als KPN zélf nog niet gereed is voor afname van haar eigen breedbandfaciliteiten.

Kabel

De core business van de kabelbedrijven blijft nog altijd het doorgeven van televisieprogramma's. Bij doorgifte van omroepen zijn kabelbedrijven verplicht te voldoen aan redelijke verzoeken tot toegang tot het netwerk. OPTA heeft ook in 2000 verschillende geschillen in behandeling gehad over kabeltoegang door programma-aanbieders.

De rol van de kabelbedrijven als aanbieder van telefonie is nog beperkt. Kabelbedrijven spelen wel in toenemende mate een belangrijke rol wat betreft internettoegang tegen een vast tarief. De positie van kabelbedrijven is hier bijzonder te noemen. Kabelbedrijven hoeven tot op heden geen toegang tot hun netwerk te verlenen aan andere telecommunicatiebedrijven of internetproviders. Op dit moment betekent dit dat zij bij het aanbieden van breedband- c.q. tikkenloze diensten vaak een regionale monopoliepositie hebben. In het kader van het kabinetsvoornemen de kabelbedrijven te verplichten ook toegang te verlenen aan andere partijen (vooral internetproviders), is de markt geconsulteerd over de door OPTA en NMa opgestelde definitie van de markten voor smalband en breedband internettoegangsdiensten. Voor het eind van dit jaar komt OPTA met een nadere, meer specifieke analyse.


2- POST


De situatie op de postmarkt is vergelijkbaar met de telecommunicatiemarkt van een aantal jaren geleden. De liberalisering verloopt traag, maar de Nederlandse postmarkt presteert niet slecht in vergelijking met het buitenland. OPTA ziet het hierbij als haar taak om toe te zien op een zo goed mogelijk prestatieniveau van de monopolist. Daarnaast zal OPTA meer dan tot nu toe de mogelijkheden signaleren om de wettelijke instrumenten op dit punt aan te scherpen.


3- HET BELEID VAN OPTA BELEID, DE REGELGEVING, DE TOEKOMST VAN

TOEZICHT

Nederland heeft behoorlijk wat bereikt qua marktwerking in de telecommunicatiesector. Er is evenwel sprake van een kenterend investeringsklimaat. Bovendien worden de marktstructuren op de deelmarkten nog steeds door slechts enkele bedrijven beheerst en is het de vraag of dit snel wezenlijk zal veranderen. Dit betekent dat OPTA hard zal blijven werken aan bestendige concurrentie.

Een belangrijk knelpunt is de vertraging die nieuwe aanbieders ondervinden bij het toetreden tot de markt of het aanbieden van nieuwe diensten. Nieuwe toetreders hebben toegang nodig tot de netwerken van ex-monopolisten. Anders kunnen zij geen klanten bereiken. Die toegang moet bovendien tijdig worden verleend. Leidende principes voor het optreden van OPTA zijn dan ook om te zorgen voor gelijke toegang. Ook als dat betekent dat de voormalige monopolist zelf moet wachten met nieuwe diensten die door anderen worden voorgesteld. First mover advantages spelen in de dynamische telecommunicatiemarkt een sleutelrol bij het verwerven van marktaandelen.

Tijdigheid betekent ook iets voor het optreden van de toezichthouder. Het aantal geschillen is sterk toegenomen. De geschilprocedures zijn vaak lange juridische procedures waarmee impliciet de leveringstermijn van de gevraagde dienst wordt uitgesteld. De mogelijkheid om geschillen in te dienen is onmisbaar om de marktwerking op gang te brengen. Hiertoe is echter een zorgvuldige aanpak door OPTA noodzakelijk. Een nadeel ontstaat als nieuwkomers door de lange geschilprocedures later op de markt komen met nieuwe diensten dan de zittende partijen, en ze dus niet in staat zijn een first mover advantage te behalen. OPTA heeft tempo dan ook als speerpunt voor het interne beleid in 2001 benoemd. Hierbij zal aandacht worden besteed aan de mogelijkheden om het palet aan instrumenten voor een efficiënte geschilbeslechting uit te breiden waardoor procedures een snellere doorlooptijd krijgen. OPTA zal in 2001 aandacht schenken aan het stroomlijnen van interne processen, waardoor een efficiëntere en doelmatigere besluitvorming tot stand kan komen

Regelgeving
Het is wenselijk is om de huidige regelgeving te bezien op mogelijkheden tot verbetering. Dat gaat verder dan de herziening van de Europese regels, die dit jaar naar verwachting tot afronding komt maar pas eind 2002 in de Lidstaten moet zijn ingevoerd. OPTA heeft de afgelopen periode dikwijls gewezen op hiaten en gebreken in wet- en regelgeving. Zo kan OPTA niet uit eigen initiatief optreden, maar moet wachten tot er een geschil is aangemeld. Dit beperkt de effectiviteit en snelheid van handelen aanzienlijk en betekent onnodige inperking van de slagkracht van het Nederlandse toezicht, in vergelijking met andere landen waarmee wij wedijveren op het gebied van de netwerkeconomie. Het belang van de samenwerking tussen de toezichthouders in Europa neemt toe. Met het oog hierop speelt OPTA een voortrekkersrol binnen het samenwerkingsverband van de Europese regulators, de IRG.

Toekomst van toezicht
Naar aanleiding van de evaluatie van OPTA zal aan de orde komen hoe de inrichting van het sectorspecifieke toezicht eruit moet zien. In haar VISIE OP DE MARKT geeft OPTA aan dat er vooralsnog aanzienlijke specifieke inspanningen nodig zijn om de ontwikkeling van concurrentie te bewaken. Dat blijkt ook uit het omvangrijke pakket aan herzieningsvoorstellen waarover in Brussel momenteel onderhandeld wordt. OPTA vindt dat voor effectief toezicht een specifieke inspanning nodig zal zijn, waarbij van belang is om expertise te bundelen, een logisch samenhangend takenpakket aan toezichtsactiviteiten te organiseren en waarbij middelen en regels worden verschaft die garant staan voor slagvaardigheid.

De complete tekst van de VISIE OP DE MARKT wordt gepubliceerd op de website van OPTA: WWW.OPTA.NL

OPTA (Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit) bestaat sinds 1997 en is door de Nederlandse overheid belast met het houden van toezicht op de Nederlandse post- en telecommunicatiemarkt. OPTA heeft verder tot taak zorg te dragen voor voldoende concurrentie in deze markten. Daartoe heeft zij een aantal taken en bevoegdheden, die in de wet zijn vastgelegd. Besluiten worden genomen door het onafhankelijke college van OPTA en zijn voor de verschillende marktpartijen bindend.

Noot voor de redactie,