http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=415075
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Verenigde Naties en Internationale Financiële Instellingen Afdeling Politieke en Juridische Zaken Postbus 20061 2500 EB DEN HAAG
Datum 15 mei 2001 Auteur G.R. van der Lugt
Kenmerk DVF-PJ/245/01 Telefoon +3170 3484206
Blad /5 Fax +3170 3484817
Bijlage(n) Geen E-mail gr.lugt@minbuza.nl
Betreft Antwoord op vragen van het lid Hoekema over de bijdrage aan UNHCR.
Zeer geachte Voorzitter,
Onder verwijzing naar de brief van de Griffier uwer Kamer 12 april jl.,
kenmerk no. 2000109300, waarbij gevoegd de door het lid Hoekema
overeenkomstig
artikel 134 van het Reglement van Orde bij u ingediende vragen, heb ik de
eer u hierbij, mede namens de staatssecretaris van Justitie mijn antwoord op
de gestelde vragen
te doen toekomen.
De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Eveline Herfkens
Antwoord van mevrouw Herfkens, Minister
voor Ontwikkelingssamenwerking,
mede namens mevrouw Kalsbeek,
Staatssecretaris van Justitie, op vragen
van het lid Hoekema
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van de
oproep van de Hoge Commissaris
voor de Vluchtelingen, de heer
Lubbers, voor een aanzienlijke
verhoging van de bijdragen van
"rijkere landen, zoals de lidstaten van
de Europese Unie" aan UNHCR, in
de orde van grootte van 3 tot 5
procent van hun budget voor
asielzoekers? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Hoe verhoudt de Nederlandse
bijdrage aan UNHCR zich tot het
budget voor asielzoekers?
Antwoord
De totale bijdrage van Nederland aan
UNHCR bedroeg in het jaar 2000
NLG 113 miljoen. (ca USD 48 mln.). Daarmee is
Nederland na de Verenigde Staten en
Japan de derde donor. Dit bedrag is
gebaseerd op een vrijwillige bijdrage van
NLG 70 miljoen en bijdragen op grond van
speciale verzoeken van UNHCR van
NLG 43 miljoen.
Zoals uit de Rijksbegroting van het jaar
2000 en 2001 blijkt, bedraagt het budget
voor de opvang van asielzoekers in
Nederland ruim NLG 2 miljard. Dit
bedrag bestaat uit het budget voor de
centrale en decentrale opvang, alsmede
voor de tijdelijke noodvoorziening (TNV).
Daarmee bedraagt de Nederlandse
bijdrage aan UNHCR circa 6 procent van
het budget voor de opvang van asielzoekers
in Nederland.
Vraag 3
Wat is uw stellingname met
betrekking tot de oproep van de
UNHCR?
Antwoord
De oproep van de Hoge Commissaris is naar
mijn mening bedoeld om een discussie los te
maken over de anomalie die bestaat tussen het
aan UNHCR opgedragen taakveld en (het
gebrek aan) de daartoe ter beschikking
gestelde middelen. De Nederlandse regering
deelt de opvatting dat een zodanige
discrepantie bestaat en heeft in het
verleden veelvuldig lidstaten opgeroepen
hun vrijwillige bijdragen aan UNHCR te
verhogen.
Vraag 4
Kunt u een overzicht geven aan de
bijdragen van de overige leden van
de EU?
Antwoord
De vrijwillige bijdragen van de EU-
lidstaten (en andere belangrijke donoren)
zijn als volgt
(in US):
(VS 245 miljoen)
(Japan 100 miljoen)
(Nederland 48 miljoen)
Zweden 42 miljoen)
Commissie 41 miljoen)
Denemarken 37.5 miljoen
VK 30.5 miljoen
Duitsland 15 miljoen
Italië 11 miljoen
Frankrijk 10.5 miljoen
België 8 miljoen
Ierland 4 miljoen
Spanje 2.5 miljoen
Portugal 2 miljoen
Oostenrijk 0.7 miljoen
Luxemburg 0.5 miljoen
Griekenland 0.3 miljoen
(totaal EU 255 miljoen)
Vraag 5
Ziet u mogelijkheden of aanleiding
voor een hogere bijdrage van
Nederland en de andere EU-lidstaten?
Blijven andere VN-lidstaten fors in
gebreke en, zo ja, welke met name?
Antwoord
Ik heb tijdens de algemene beschouwingen
aangegeven dat ik een additionele bijdrage aan
UNHCR later in het jaar in overweging wil
nemen. De Regering kan uiteraard namens
andere EU-lidstaten geen uitspraak doen.
Van de grote EU-lidstaten en ook van
olieproducerende landen kan worden
gezegd dat hun bijdrage in verhouding tot
hun BNP en/of bevolkingsomvang (soms
sterk) achterblijft.
Vraag 6
Wat vindt u van de suggestie van de
heer Lubbers dat UNHCR zijn
mandaat zou moeten uitbreiden naar
ontheemden in eigen land, de zogenaamde
binnenlandse vluchtelingen?
Antwoord
Uit het krantenartikel wordt niet duidelijk
of de heer Lubbers doelt op een formele
mandaatuitbreiding, dan wel op het feit dat
UNHCR in sommige gevallen reeds feitelijk
bij opvang van ontheemden (internally displaced
persons) een rol vervult, met name
waar een onderscheid tussen beide groepen
moeilijk is te maken.
Wel heeft de heer Lubbers aangegeven dat
een eventuele uitbreiding van de opvang
naar ontheemden alleen onder bepaalde
voorwaarden, op verzoek van SGVN of de
Veiligheidsraad, kan plaatsvinden.
Daar waar het protectie en de
hulp aan ontheemden betreft is de regering
vooralsnog voorstander van het zogenaamde
samenwerkingsmodel ("collaborative
approach"), waarbij SGVN per situatie één
van de VN-instelllingen aanwijst de
activiteiten ten behoeve van de ontheemden
te coördineren.
1) Volkskrant 6 april jl..
Kenmerk DVF-PJ/245/01
Blad /5
===