Onderzoek Ernst & Young Accountants:
Miljardentekorten in beroepsonderwijs en educatie

De komende vier jaar moeten de Regionale Opleidingen Centra (ROC's) en vakscholen in Nederland 1,2 miljard gulden per jaar meer rijksvergoeding krijgen. Na 2005 blijft een extra budget van 600 miljoen gulden per jaar nodig. Zonder deze financiële impuls kunnen deze onderwijsinstellingen niet langer voldoen aan wettelijke eisen en maatschappelijke verwachtingen.

Dat is de conclusie van Ernst & Young Accountants en Cap Gemini Ernst & Young, die in opdracht van de Bve Raad de bedrijfsvoering van ROC's en vakscholen hebben onderzocht. De extra gelden zijn vooral nodig om het onderwijs te vernieuwen en beter aan te laten sluiten op de wensen van het bedrijfsleven, apparatuur in beroepsopleidingen up to date te krijgen, de onderwijstijd die deelnemers achter de computer doorbrengen te verdubbelen, de huisvesting en inrichting van de gebouwen te verbeteren en meer te investeren in sociale veiligheid in en rond de scholen.

Toekennen van extra middelen moet gebeuren op voorwaarde dat de instellingen bereid zijn verantwoording af te leggen over de behaalde resultaten; niet alleen aan het Ministerie van OCenW, maar ook aan belanghebbenden in hun directe omgeving als het regionale bedrijfsleven, gemeenten, het voortgezet onderwijs en hoger beroepsonderwijs in de regio, deelnemers en hun ouders. Deze systematische en periodieke verantwoordingsplicht kan op termijn leiden tot resultaatfinanciering, waarbij de hoogte van de rijksvergoeding afhankelijk wordt van de mate waarin vooraf vastgelegde resultaten worden gehaald.

Op grond van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs vervullen ROC's een drieledige maatschappelijke functie: het vormen en versterken van het arbeidsmarktpotentieel, het samen met andere belanghebbenden opzetten van een regionale kennisinfrastructuur en het bevorderen van sociaal-economische participatie. Een gemiddeld ROC telt 11.000 deelnemers, waarvan tweederde in het beroepsonderwijs en eenderde in de educatie.

Het totaal aantal deelnemers in de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie bedraagt momenteel circa 650.000. Tweederde van de leerlingen in het voortgezet onderwijs gaat een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs volgen. Een kwart van de uitstroom van het middelbaar beroepsonderwijs stroomt door naar het hoger beroepsonderwijs en driekwart gaat naar de arbeidsmarkt. Vier van de tien beroepsbeoefenaren in Nederland hebben een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs gevolgd.

Einde bericht.
Noot voor de redactie,