Regio Utrecht kan groei zelf opvangen
In tegenstelling tot minister Pronk denkt de Utrechtse Kamer van
Koophandel dat de regio Utrecht zelf de voorziene groei van
werkgelegenheid, bevolking en economie kan opvangen.
Dat staat in de reactie die de Utrechtse KvK heeft opgesteld in het
kader van de inspraak over de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening. De KvK
baseert deze mening op eigen onderzoek. Daaruit blijkt dat er in de
regio wel degelijk ruimte is voor nieuwe bedrijven- en
kantoorterreinen. Belangrijke ruimtewinst is ook te vinden door slim
om te gaan met bestaande locaties en creatief te bouwen (in de hoogte
en onder de grond).
De KvK pleit voor een selectieve aanpak met betrekking tot de
zogeheten 'groene contouren'. Het Groene Hart is geen aaneengesloten
groengebied. Niet alle groen is even waardevol. Volgens de KvK is
Rijnenburg daarom een geschikte locatie voor stedelijke ontwikkeling.
Het verdient de voorkeur om binnen het Groene Hart deelgebieden aan te
wijzen als waardevol groen. Een soortgelijke aanpak kan gelden voor de
Utrechtse Heuvelrug en het Kromme Rijngebied.
In de visie van de Kamer van Koophandel zijn voor de periode 2010-2030
de volgende locaties geschikt voor bedrijvigheid en wonen:
- kantoorlocaties: stadscentrum Utrecht, stedelijke subcentra (centrum
Nieuwegein en bij stations Houten, Maarssen, Bilthoven, Woerden,
Utrecht-Overvecht, Driebergen-Zeist) en stadsrandlocaties
(Utrecht-Kanaleneiland, Houten-Zuid, station Lage Weide, Lunetten en
Leidsche Rijn)
- bedrijvenlocaties: Rijnenburg, transformaties van bestaande zones
(langs Merwedekanaal, Cartesiusdriehoek, Lage Weide en kamp van
Zeist), benutting van corridors in Woerden, Veenendaal, Nieuwegein,
Tull in 't Waal en Vianen-Oost en 'nieuwe werklandschappen' bij
Breukelen, Den Dolder-Zeist en Driebergen.
- wonen: behalve 'verdichting' in Utrecht en Nieuwegein de nieuwe
locaties Rijnenburg en Schalkstad en uitbreiding bij Woerden,
Bunnik-Zuid, Vianen-Zuid en Veenendaal.