Kamer van Koophandel Leeuwarden

Bedrijfsoverdracht vraagt veel tijd

Het opvolgingsprobleem is nu al niet gering. Het zal de komende jaren waarschijnlijk nog toenemen, omdat de babyboom-generatie van vlak na de Tweede Wereldoorlog nu de VUT-leeftijd bereikt. Dan komt voor elke ondernemer het moment in zicht waarop hij zijn werkzaamheden wil beëindigen.

Dertig procent van de eigenaren van eenmanszaken is ouder dan vijftig jaar. Wanneer zo'n eigenaar op zijn zestigste wil stoppen met werken en vijf jaar nodig heeft voor het regelen van de overdracht, zullen veel ondernemers op dit moment bezig zijn met het regelen van de opvolging.

Om een duidelijk beeld te krijgen van de ondernemers die hun bedrijf wel of niet willen overdragen, heeft de Kamer van Koophandel een schriftelijke enquête gehouden. Deze is verstuurd naar 1601 eigenaren van 55 jaar en ouder. Van de benaderde ondernemers hebben 689 de enquête binnen de gestelde termijn teruggestuurd, een respons van 43,1 procent.

Uit de antwoorden blijkt dat veel eigenaren van eenmanszaken tot op hoge leeftijd willen doorwerken. Meer dan de helft van de geënquêteerden geeft aan pas na hun vijfenzestigste te willen stoppen. Voor de hele responsgroep geldt dat slechts 44,3 procent het bedrijf wil overdragen. Hiervoor worden verschillende redenen gegeven. Een aantal bedrijven is gewoonweg te klein, er werkt slechts één persoon, soms niet eens fulltime, en de omzet is gering. De activiteiten van deze bedrijfjes zijn vaak persoonsgebonden, bijvoorbeeld omdat er specifieke deskundigheid of vakmanschap vereist is of omdat de klantenkring bestaat uit persoonlijke relaties. In andere gevallen acht de eigenaar zijn bedrijf op termijn niet levensvatbaar, waardoor hij niet op zoek gaat naar een opvolger.

In de komende vijf jaar zal tenminste eenderde van alle bedrijven waar de enquête is ingevuld, worden opgeheven. Het aandeel van de ondernemers die de komende vijf jaar wel hun bedrijf willen overdragen, bedraagt een kwart van de totale respons. In de meeste gevallen vindt de overdracht plaats aan een familielid. Tweederde van alle ondernemers die reeds contacten hebben met een mogelijke opvolger, zien een familielid als meest waarschijnlijke kandidaat. Verdere opties zijn de branche-organisatie, het personeel en andere persoonlijke relaties. Banken, accountants, ondernemersverenigingen, leveranciers en databanken worden slechts incidenteel genoemd. Veel ondernemers zijn niet actief op zoek naar een opvolger, ondanks het feit dat ze op korte termijn het bedrijf willen overdragen.

Het aantal ondernemers dat actief een kandidaat voor overname zoekt maar er geen kan vinden, blijkt mee te vallen. Slechts vijftien eigenaren geven aan problemen te hebben met het vinden van een opvolgingskandidaat. Tien daarvan willen hun bedrijf binnen vijf jaar overdragen, de andere vijf hebben nog ruim de tijd om een geschikte opvolger te zoeken.

Doordat de omvang van de bedrijven qua omzet en personeelsbestand in de bouw en de horeca het grootst is, zitten hier de meeste ondernemers die hun bedrijf willen overdragen. In de dienstensector is het streven naar overdracht gemiddeld minder aanwezig. Voor eigenaren van bedrijven in deze sector is persoonsgebondenheid een belangrijke factor om niet op zoek te gaan naar een opvolger. In detailhandel, groothandel en industrie zien de ondernemers de geringe overlevingskansen van hun bedrijf als reden om de onderneming niet over te dragen. Dertig procent van alle ondernemers in de detailhandel, inclusief die wel willen overdragen, acht zijn onderneming op termijn niet levensvatbaar.

Over het algemeen zien de ondernemers concurrentie niet als een bedreiging voor het voortbestaan van hun onderneming. Alleen de eigenaren in de sectoren detailhandel en vervoer zien concurrentie enigszins als een probleem.

De Kamer van Koophandel Friesland vraagt met nadruk aandacht voor de tijd die het opvolgingsvraagstuk neemt. Ondernemers moeten zich bewust zijn van de duur van het opvolgingsproces. Zoiets regel je niet in een paar maanden. Een gerichte aanpak met een goede planning vergroten de kans van slagen aanzienlijk. Wat opvalt, is dat ondernemers die hun bedrijf willen overdoen aan een familielid, weinig problemen voorzien. Toch moeten ook familieleden dezelfde stadia doorlopen dan andere ondernemers, zoals bijvoorbeeld het bereiken van financiële overeenstemming. Het is dus zaak om tijdig aan opvolging te denken en er aan te werken.