Persberichten > Nieuw > 01-21
01-21 15-05-2001
01/21 15 mei 2001
Oratie prof. Jaap Haartsen, uitvinder Bluetooth
Draadloos communiceren gaat straks geheel spontaan
`Zelfregulerende systemen' hebben de toekomst in draadloze communicatie. Kleine simpele basisstations, "als kauwgom ergens op te plakken", verbinden de mobiele gebruiker met een vast netwerk, of rechtstreeks met een andere gebruiker. Ze regelen zelf het verkeer zonder tussenkomst van een provider. Dat is de overtuiging van prof.dr.ir. Jaap Haartsen. Zijn eigen vinding Bluetooth, bij Ericsson, is al een voorbode van dit soort `ad-hoc' systemen. Haartsen stelt dit in zijn intreerede `Een vonk slaat over', op 17 mei, bij zijn benoeming als hoogleraar Mobiele Radiocommunicatie Systemen aan de faculteit Elektrotechniek van de Universiteit Twente.
Ad-hoc systemen werken op heel korte afstand, verwacht Haartsen. Hij noemt in zijn oratie de gebiedjes waarin ze worden gebruikt 'femtocellen': de cellen waarbinnen apparaten en gebruikers met elkaar communiceren zijn niet meer dan een paar meter groot. Vergeleken met de cellen van het GSM netwerk, waarin de mobiele beller contact heeft met een basisstation over een bereik van meerdere kilometers, hebben deze femtocellen het bereik van bijvoorbeeld een kantoorruimte.
Kleine cellen hebben voordelen, omdat de schaarse frequenties
veelvuldig opnieuw gebruikt kunnen worden. Ook is de bandbreedte
dankzij kleine cellen te vergroten en kan het energieverbruik omlaag.
Op deze manier is het mogelijk de grenzen te verleggen die
radiocommunicatie nu eenmaal heeft vergeleken met communicatie via
koper en glas.
Autonoom
Daar staat tegenover dat het niet meer mogelijk is al die kleine
basisstations en gebruikers `van bovenaf' te coördineren via een
mobiel netwerk, zoals bij GSM wel wordt gedaan. Haartsen ziet daarom
meer in basisstations die autonoom opereren en bijvoorbeeld hun kanaal
kiezen afhankelijk van de lokale condities. Via frequency hopping
wordt voortdurend gesprongen naar een vrij en geschikt kanaal.
`Bluetooth' werkt ook op deze manier, en is al een voorbeeld van de
nieuwe generatie systemen. Haartsen heeft zelf bij Ericsson aan de
wieg gestaan van deze vinding, die apparaten direct draadloos met
elkaar laat communiceren dankzij een ingebouwde radiochip.
In zijn oratie maakt Haartsen het onderscheid tussen mobiele systemen,
draadloze extensies en de genoemde ad-hoc systemen. Mobiele systemen,
zoals GSM, zijn in veel hogere mate `geregeld' dan de andere twee. De
mobiele beller realiseert zich vaak niet dat 90% van de communicatie
via glas en koper gaat, en alle kanaaltoewijzingen door het mobiele
netwerk worden geregeld. In de derde generatie mobiele systemen, UMTS,
zal het accent sterk verschuiven van spraak naar data en multimedia.
Hoewel "het radiospectrum duur wordt betaald", ziet Haartsen een
zonnige toekomst voor de mobiele telefoonaanbieders die de licenties
hiervoor hebben verworven.
`Draadloze extensies' zijn bijvoorbeeld de draadloze digitale
DECT-telefoons voor thuisgebruik, maar ook draadloze Local Area
Networks, WLANs. De gebruiker verwacht daar eigenlijk dezelfde
prestaties als bij het vaste netwerk, en de snelheid die draadloos
haalbaar is zal de komende jaren tussen 10 en 100 Megabit per seconde
komen te liggen. Hoewel het radiogedeelte de beperkende factor is en
het altijd zal verliezen van vaste verbindingen, noemt Haartsen het
een uitdaging voor radioingenieurs om deze strijd zo lang mogelijk vol
te houden.
Embedded connectivity
Ad-hoc systemen zoals Bluetooth maken het mogelijk dat apparaten
rechtstreeks met elkaar commuiniceren, soms zelfs zonder tussenkomst
van de gebruiker. Dit voorziet apparaten van, wat Haartsen noemt
`embedded connectivity': er is een directe draadloze verbinding
mogelijk met het binnenste van het apparaat. De intelligentie van het
apparaat is dan toegankelijk voor andere apparaten en gebruikers.
Voorwaarde om dit net zo succesvol te maken als `embedded computing',
is vooral dat het goedkoop is. De hele radio moet eigenlijk op één
chip passen. Haartsen: "De Bluetooth technologie is geheel
geoptimaliseerd om deze eenchips implementatie mogelijk te maken." De
eerste toepassingen liggen bij verbindingen tussen mobiele telefoons
en bijvoorbeeld organizers, maar zullen steeds meer oprukken in
dagelijks gebruik, verwacht Haartsen.
Noot voor de pers
De oratie van prof. Haartsen vindt plaats in het Bestuursgebouw van de
Universiteit Twente, op 17 mei om 16.00 uur.
De integrale tekst van de oratie, `Een vonk slaat over' is onder
embargo verkrijgbaar.
Contactpersoon Universiteit Twente, Communicatie en Transfer: ir. W.R.
van der Veen, tel (053) 489 4244, e-mail
w.r.vanderveen@cent.utwente.nl
© Universiteit Twente 1997-2000