PERSMEDEDELING VAN DE VLAAMSE REGERING VERGADERING VAN 18 MEI 2001

Langetermijnvisie Schelde-estuarium

Op voorstel van minister-president Patrick DEWAEL en minister vice-president Steve STEVAERT heeft de Vlaamse regering haar standpunt bepaald m.b.t. de Langetermijn- visie voor het Schelde-estuarium. De minister-president zal het Vlaams standpunt vòòr 1 juni ek. bezorgen aan zijn Nederlandse collega Wim Kok.

Het belang van het Schelde-estuarium mag niet onderschat worden. De Schelde is één van de belangrijkste levensaders voor de gehele regio, zowel in Vlaanderen als in Nederland. Bij het beleid en het beheer van het Schelde- estuarium zijn Nederland en Vlaanderen nauw betrokken. In 1995 werd bij verdrag besloten de vaarweg getijongebonden geschikt te maken voor schepen met een diepgang tot 11,60 meter. Dit programma is momenteel in uitvoering. De verdiepingsbaggerwerken zijn afgerond.

De Nederlandse regering besloot in 1998 om een langetermijnvisie voor het Schelde-estuarium op te stellen en verzocht Vlaanderen hieraan mee te werken. Op 18/2/1999 stemde Vlaanderen hiermee in. De studie kwam onder leiding van de Technische Schelde Commissie binnen de afgesproken termijn tot stand in een open en constructieve sfeer.

Over de procedure rond de verdere behandeling van de studie en over het gemeenschappelijk nautisch beheer van het Schelde-estuarium werden op 5 februari jl. afspraken gemaakt tussen Steve Stevaert en zijn Nederlandse collega Tineke Netelenbos. Hierin verbond Vlaanderen zich ertoe vòòr 1/6/2001 haar standpunt kenbaar te maken aan de Nederlandse regering, die op haar beurt haar standpunt zal bepalen binnen de 6 maanden.

Na afronding van de studie verzocht Steve Stevaert het Vlaams Parlement een breed maatschappelijk debat te voeren over de potentiële ontwikkelingskansen voor het Schelde estuarium. Het Vlaams Parlement hoorde een groot aantal actoren en stemde op 15/5 jl. een resolutie waarin veiligheid, toegankelijkheid en natuurlijkheid op evenwichtige wijze aan bod komen. De resolutie streeft naar meerwaarden voor al deze aspecten en bevat specifieke bepalingen betreffende een gemeenschappelijke en integrale aanpak die een win-win situatie benadrukken:

- gezamenlijk beleid en beheer, inclusief procedurevoorstellen in Vlaanderen voor gemeenschappelijke besluitvorming; - stapsgewijs streven naar gecontroleerde ontwikkeling van de veranderingen in het estuarium op basis van voortschrijdende gemeenschappelijke Vlaams-Nederlandse inzichten; - onverwijld een globale maatschappelijke kosten-baten- afweging van alle te nemen maatregelen maken; - onderzoeken naar de gevolgen van kunstmatige ingrepen in het estuarium verderzetten en versterken; - een grensoverschrijdend MER opmaken en daarbij maximaal het reeds beschikbare studiemateriaal aanwenden; - gemeenschappelijke beoordelingscriteria op het gebied van veiligheid, toegankelijkheid en natuurlijkheid vastleggen; - gezamenlijk de effecten van ingrepen voor de morfologische en hydraulische processen, de economische en nautische ontwikkelingen en de ecologische evolutie goed volgen.

De resolutietekst biedt ook sterke waarborgen voor de veiligheid:

- gedifferentieerd hogere veiligheidsniveaus tegen overstromingen realiseren op basis van de principes "ruimte voor de rivier" en "integraal waterbeheer"; - de veiligheidsmaatregelen van de vorige verruiming met een inhaalbeweging verder uitvoeren en aanvullen met extra maatregelen.

Met de bepalingen rond toegankelijkheid wordt een gunstig economisch perspectief verleend aan de Antwerpse havengemeenschap, zonder milieu en veiligheid uit het oog te verliezen:

- streven naar het aanleggen van verruimde vaargeulen voor een economisch gewenste diepgang zonder afbreuk te doen aan de systeemkarakteristieken van het estuarium, indien uit de resultaten van de grensoverschrijdende MER geen onomkeerbare, niet compenseerbare negatieve effecten blijken en indien de maatschappelijk kosten-baten analyse aantoont dat er dwingende redenen van algemeen belang zijn. In deze fase is de betrachting een getijongebonden vaart met een diepgang van 12,80 meter te realiseren, rekening houdend met een kielspeling zoals bepaald in het Verdrag van 17/1/1995. - de aanleg- en onderhoudskosten moeten financieel-economisch afgewogen worden in een havengrensoverschrijdende maatschappelijke kosten-batenanalyse, waarbij tevens rekening gehouden wordt met de budgettaire aspecten; - de maximale bergingscapaciteit voor baggerspecie binnen het estuarium onderzoeken.

Het vrijwaren van het natuurlijk karakter van het estuarium, ook op lange termijn, is fundamenteel:

- het meanderend karakter en het meergeulenstelsel behouden; - het natuurcompensatieprogramma van de vorige verruiming met een inhaalbeweging onverwijld verder uitvoeren en aanvullen met extra maatregelen; - bij nieuwe ingrepen gelijktijdig en passende natuurcompensatiemaatregelen uitvoeren; - het areaal van gebieden met een formele beschermde natuurstatus uitbreiden; - er bij de Nederlandse regering op aandringen haar verantwoordelijkheid inzake natuurcompensatie en natuurontwikkeling voor lopende en nieuwe projecten te nemen.

De nautische aspecten worden ook niet vergeten, met garanties voor een hoog veiligheidsniveau. Zo wordt een gezamenlijk nautisch beheer verder uitgewerkt, en voor het technisch beheer wordt gestreefd naar een gemeenschappelijke aanpak.

De resolutietekst schenk daarenboven aandacht aan visserij en recreatie en aan het Vlaamse havenbeleid, waarbij naast de Scheldehavens ook de kusthavens aan bod komen.

De krachtlijnen van de resolutie zijn nu integraal overgenomen in het standpunt van de Vlaamse regering.

De ontwikkeling van een Langetermijnvisie voor het Schelde-estuarium door een Vlaams-Nederlandse organisatie, die over een zeer uiteenlopende waaier van functies van het Schelde-estuarium gaat, is uniek. Niet alleen worden visies ontwikkeld over het toekomstige beleid, maar ook over de grensoverschrijdende manier waarop deze visies uitgewerkt kunnen worden. Het is een visionaire beleidsontwikkeling die tot voorbeeld strekt voor grensoverschrijdende samenwerking in een integrerend Europa.

De Vlaamse standpuntbepaling en het Nederlands engagement, vastgelegd in het Memorandum van 5/2/2001 betreffende onderlinge samenwerking in het Schelde-estuarium, zullen ongetwijfeld bijdragen tot een betere samenwerking met onze noorderburen.

persinfo : Johan Van Hoecke, woordvoerder van minister Stevaert - tel. 02 553 70 14 e-mail: persdienst.stevaert@vlaanderen.be