Promotie: "Osteoporosis around the menopause"
Hormoontherapie oplossing voor toenemend aantal vrouwen met botontkalking

Steeds meer vrouwen met botontkalking
Meer dan de helft van de postmenopauzale vrouwen van rond de 50 jaar die geen hormoontherapie gebruiken, heeft osteopenie (verlaagde botdichtheid) of osteoporose (ernstig verlaagde botdichtheid).
Dit zegt Geraline Leusink in haar proefschrift"Osteoporosis around the menopause" waarop zij vrijdag 18 mei aan de Universiteit Maastricht hoopt te promoveren. Het promotie-onderzoek werd uitgevoerd onder alle vrouwen in Eindhoven in de leeftijd van 47-54 jaar, ruim 8500 vrouwen.

Behandeling
De aandoening treft drie keer zoveel vrouwen dan mannen. De reden hiervan is dat vrouwen in de overgang weinig vrouwelijke hormonen meer aanmaken. Door dit tekort treedt botverlies op. Uit de resultaten van het onderzoek blijkt ook dat de kans op een fractuur bij de vrouwen met een verlaagde botdichtheid minimaal 2.6 keer zo groot is als bij vrouwen met een normale botdichtheid. Uit de groep van 8500 vrouwen is een risicogroep van vierhonderd vrouwen met de laagste botdichtheid geselecteerd. Deze vrouwen zijn drie jaar lang gevolgd, waarbij twee jaar een behandeling is gegeven en één jaar niet. Deze behandeling bestond uit calcium, hormoontherapie en bisfosfonaten (middelen die de aanmaak van bot stimuleren). Na twee jaar bleek dat hormoontherapie de beste behandeling is voor een verlaagde botdichtheid en dat extra calcium een positief effect heeft op de botdichtheid.

Preventie
Met de toenemende vergrijzing is botontkalking een onderwerp dat extra aandacht verdient. De aanbevelingen naar aanleiding van dit onderzoek zijn om, in navolging van preventieve progamma's zoals bij verhoogde bloeddruk of cholesterol, osteoporose preventief te behandelen omdat voorkomen nu eenmaal beter (en goedkoper) is dan genezen. In dit geval zou dat betekenen dat vrouwen met een verhoogd risico op een lage botdichtheid (eerder doorgemaakte fractuur, moeder met een heupfractuur, veel roken, vroege overgang, langdurige bedrust) op te sporen en deze risicogroep te behandelen met hormoontherapie voor een periode van maximaal vijf jaar. Dit omdat na vijf jaar behandeling het risico op borstkanker toeneemt. Na deze vijf jaar zou een vrouw kunnen switchen van hormoontherapie naar bisfosfonaten. Daarnaast is het aan te bevelen voldoende melkprodukten te gebruiken (4-5 per dag), voldoende te bewegen, niet te roken en matig met koffie te zijn.

Noot voor de pers
De afdeling Communicatie van de UM is bereikbaar via 043 388 2044. Voor urgente zaken buiten kantooruren 06 21275612.
Mailto:pers@voorlichting.unimaas.nl.
De persberichten van de UM staan op Internet www.pers.unimaas.nl.